Liesbet Sommen (CD&V): ‘Politiek hoeft niet gelukkig te maken’

Liesbet Sommen (CD&V) © .
Jan Herregods

Knack.be stelde een Schaduwparlement samen, waarmee u elke dag van de week een afspraak hebt. Op vrijdag: Liesbet Sommen (CD&V).

Liesbet Sommen is momenteel directeur Sociale Zaken op het kabinet van vicepremier Kris Peeters (CD&V). Ze stond bij de verkiezingen van 25 mei op de 16de plaats op de Antwerpse Kamerlijst. In aanloop naar de verkiezingen viel ze op met haar video ‘Sommen voor 16‘.

Hoe ziet uw toekomst eruit?

‘Mijn professionele toekomst kleurt alvast oranje. De komende vijf jaar werk ik voor Kris Peeters – in zijn hoedanigheid van vice-premier – als zijn directeur Sociale Zaken. Het middenveld zal ik blijven ontmoeten, als ‘militant’ en als beleidsmaker. Of ik opnieuw een plaats op een verkiezingslijst zal bekleden in 2018 en 2019, heb ik zelf nog niet beslist.’

Heeft de politiek u al gelukkig gemaakt?

‘Politiek hoeft niet gelukkig te maken. Politiek passioneert wel. Dat laatste is zeker het geval voor mij. De politiek is een intrigerende omgeving, maar het is ook noodzakelijk om er af en toe afstand van te nemen. Indien je dat niet doet, kan politiek je zelfs zeer ongelukkig maken. Persoonlijk geluk mag je nooit laten afhangen van politiek.’

Wat zijn de uitdagingen voor de nieuwe Vlaamse en federale regering?

‘De Vlaamse politiek moet minder ambtelijk worden, en meer tot de verbeelding spreken. De besluitvorming van de Vlaamse regering kan wat sluipend verlopen, omdat de pers en de publieke opinie niet wakker worden geschud door een interessant politiek debat. De tendens dat dit zal veranderen valt nu al te ontwaren, omdat Vlaanderen vanaf deze legislatuur ook met budgettaire problemen te kampen heeft. De noodzaak om keuzes te maken verscherpt de standpunten.

De federale regering zelf, het bestaan ervan, wordt een uitdaging op zichzelf. Daarmee bedoel ik vooral het economische en sociale klimaat waar ze het hoofd aan moet bieden. De federale regering neemt ondanks het feit dat de Vlaamse begroting na de zesde staatshervorming groter geworden is dan de federale, het leeuwendeel van de door Europa opgelegde besparingen op zich. Ons sociaal model en de kerntaken van onze overheid komen hiermee onder grote druk te staan. Hierover consensus bereiken, tussen partijen maar ook over de taalgrens heen, wordt de uitdaging van de komende vijf jaar. Sommige partners zetten op deze constellatie in om het bestaan van de federale regering in twijfel te kunnen trekken. Mijn missie zal zijn om de meerwaarde ervan te blijven bewijzen.’

Partner Content