Wetenschappers hebben fout beeld van voorouders dinosaurussen

© Thinkstock

De dinosaurussen vinden hun oorsprong in Zambia en Tanzania na een tumultueuze reorganisatie van het dierenrijk in de nasleep van de massa-extinctie. Dat blijkt uit een onderzoek van wetenschappers van de universiteit van Washington.

Uit fossielenonderzoek blijkt dat wetenschappers jarenlang de verkeerde diersoort als voorouders van de dinosaurussen hebben aangeduid. De studie, die gepubliceerd werd in het vakblad Proceedings of the National Academy of Science, toont aan dat de grote uitsterving, die ongeveer 200 miljoen jaar geleden plaatsvond, een enorme reorganisatie in het dierenrijk heeft veroorzaakt waardoor de evolutielijn van de dinosaurus opnieuw bekeken moet worden

Samentroepen na de Grote Uitroeiing

De studie toont aan dat 35 procent van de vierpotige dieren voor de grote uitroeiing, die meer dan 90 procent van het Aardse leven uitroeide, in twee of meer bestudeerde gebieden voorkwamen. Sommige dieren hadden zelfs een leefomgeving die uitstrekte over meer dan 2.600 kilometer. Uit de fossielen van tien miljoen jaar na de grote extinctie bleek dat de verschillende diersoorten veel meer samentroepten. Slechts zeven procent van de soorten werd nog gevonden in twee of meer gebieden.

Zo bleek dat de archosaurus tien miljoen jaar na de grote uitroeiing niet verspreid was over het hele zuidelijke gebied van het Pangeacontinent. De archosaurus is een zoogdierachtige reptiel waar krokodillen en sommige vogels van af stammen. Lang werd gedacht dat ook dinosaurusachtige dieren zoals de asilisaurus en de nyansasaurus parringtoni van deze dieren afstamden. Maar nu werd aangetoond dat de archosaurus niet verder verspreid was dan de regio rond Tanzania en Zambia, wordt deze theorie in twijfel getrokken.

Andere diersoorten kwamen er slechter van af. De Dicynodon, die leek op een dikke hagedis met een korte staart en een schildpaddenkop, was bijvoorbeeld een vaak voorkomende soort in het zuiden van Pangea. Pangea is de naam van de landmassa toen alle continenten nog verbonden waren. Het Zuiden van Pangea bestond uit Afrika, Zuid-Amerika, Antarctica, Australië en Indië. Tijdens de grote extinctie op het einde van het Perm-tijdperk verdween de Dicynodon. Ook andere verwante soorten kwamen niet meer voor.

fossielexpedities Deze nieuwe inzichten zijn het resultaat van zeven fossielexpedities. In 2003 begonnen Christian Sidor, professor biologie aan de universiteit van Washington, en zijn team aan expedities naar gebieden in Tanzania die sinds de jaren 1960 niet meer onderzocht waren en naar gebieden in Zambia die sinds de jaren 1980 niet meer bestudeerd werden. Daarnaast vonden ook nog twee expedities in Antarctica plaats. De expeditiedata werden aangevuld met de studie van fossielen die reeds in musea geborgen zijn maar nog niet volledig beschreven. (LS)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content