“We hebben alle instrumenten om waterschade te vermijden”

© Belga

Ons land beschikt over schitterende instrumenten om waterellende te vermijden. Alleen kunnen die te dikwijls niet worden toegepast.

Hoogleraar Integraal Waterbeheer Patrick Meire van de Universiteit Antwerpen bracht voor Knack zes Vlaamse experts samen voor een minisymposium over de waterproblematiek.

De boodschap was ontnuchterend: zelfs Nederland is onder de indruk van de juridische en wetenschappelijke instrumenten die we ontwikkeld hebben om waterproblemen zoveel mogelijk te beheersen, maar ze kunnen onvoldoende in praktijk worden gebracht, omdat ze te dikwijls stuiten op belangen van individuele diensten: het beschermen van middelen, personeel en bevoegdheden.

‘Als de bevoegde instanties efficiënt zouden samenwerken, kunnen we de voornaamste problemen oplossen’, zucht Meire.

Omdat 90 procent van onze regen op het land valt, begint een efficiënt waterbeleid op het land. Water moet zo veel mogelijk in de bodem kunnen sijpelen. Bossen zijn daar uitermate geschikt voor, maar ook landbouw moet zijn steentje bijdragen, bijvoorbeeld door aangepaste teeltkeuze en bewerkingstechnieken. Helaas stuiten initiatieven van individuele boeren of natuurbeschermers dikwijls op tussenkomsten van vertegenwoordigers van belangenorganisaties.

Succesvolle projecten, zoals de bescherming van de regio rond Sint-Truiden tegen erosie en andere vormen van wateroverlast, waren dikwijls een gevolg van grote inspanningen van mensen die te velde gingen uitleggen wat de bedoeling was. Het wordt als een algemeen euvel in het Vlaamse waterbeleid ervaren: er zijn te veel planners en te weinig doeners in het systeem, en er wordt te veel van hogerhand gestuurd, terwijl het duidelijk is dat vooral lokale verantwoordelijken goed zicht hebben op de problemen.

klimaatopwarming

‘Er zijn maar weinig maatregelen die altijd en overal nuttig zijn’, stelt Meire. ‘De Vlaamse overheid zou er goed aan doen een deel van het beleid los te laten, en te steunen op wat er van onderuit komt, in de plaats van omgekeerd.’

Experts maken zich ook zorgen om het feit dat de overheid nog te weinig anticipeert op wat er ons te wachten staat met de klimaatopwarming, waardoor het droger zal worden in de zomer, maar de neerslag die in het winterhalfjaar valt zal heviger zijn, zoals de voorbije weken illustreerden. We weten echter nu al dat onze rioleringen niet bestand zullen zijn tegen zulke zware regens. Als we in de toekomst extra problemen willen vermijden, zullen we parken in steden zo moeten aanleggen dat ze af en toe onder water kunnen lopen, en zullen we de vele grachtjes in urbaan gebied die lange tijd schromelijk verwaarloosd zijn, in ere moeten herstellen.

‘De omgeving verandert altijd’, besluit Meire, ‘dus we zullen waakzaam moeten blijven. Een nulrisico bestaat niet, maar als iedereen mee wil, moeten we in staat zijn de problemen met water in de toekomst veel sterker onder controle te brengen dan nu het geval is.’ (DDR)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content