Mysterie van de dag: waarom wordt er nooit gelachen op oude foto’s?

Strenge gezichten op een foto uit 1860 © Getty Images

Deze zomer viert Knack.be de mysteries van het leven. Elke dag kruipen we in de huid van een verwonderd kind en verbazen we ons over al dan niet alledaagse mysteries. Vandaag: waarom wordt er nooit gelachen op oude foto’s?

Er zijn vier mogelijke verklaringen voor het fenomeen van de strenge gezichtsuitdrukkingen op oude foto’s:

Sluitertijd

Een eerste verklaring is dat de technologie het indertijd niet toeliet om een lach vast te leggen op de camera. Door de lange sluitertijd moest het onderwerp van de foto zo stil mogelijk blijven staan om een wazige afbeelding te vermijden. Het is uiteraard veel gemakkelijker om een neutrale gezichtsuitdrukking aan te houden dan om stil te blijven staan met een brede lach op je gezicht, wat de strenge gezichten zou kunnen verklaren.

Eigenaardig is wel dat vanaf 1900 de sluitertijd aanzienlijk korter werd. Vergeleken met de camera’s van vandaag waren die fotoapparaten nog altijd traag, maar niet zo traag dat het lachen onmogelijk werd gemaakt. Toch zijn er ook geen foto’s van lachende gezichten uit dat tijdperk, wat doet vermoeden dat er culturele redenen zijn voor de serieuze blikken.

Invloed van schilderijen

Een andere theorie wijt de serieuze afbeeldingen aan de invloed van de schilderkunst op de fotografie. Vandaag de dag betekent fotografie het vastleggen van ons leven zoals het ook daadwerkelijk geleefd wordt. Vroeger linkte men fotografie aan geschilderde portretten, waardoor een foto gezien werd als een bevroren afbeelding van een persoon en niet als een momentopname. Op schilderijen werd er nooit gelachen, dus deed men dat op foto’s ook niet. Ook het Amerikaanse model Elmer Ellsworth Masterman, die voor schilderijen en foto’s poseerde als Jezus Christus, gaf in 1894 aan in de Photographic Journal of America dat hij geen verschil zag tussen poseren voor een foto en een schilderij.

Zelfs nadat de camera’s verder ontwikkeld werden, lukte het niet om fotografie als een unieke vorm van kunst te zien. Camera’s bleven een manier om het ideaalbeeld van het leven weer te geven, en niet om een stukje leven te tonen. Dus zonder lachende gezichten.

‘Belachelijke grijns’

Daarbovenop werden foto’s in het verleden ook gezien als een manier om je van een zekere onsterfelijkheid te verzekeren, wat een derde theorie ondersteunt. Als wij een profielfoto nemen, is onze bedoeling voornamelijk om er cool uit te zien, of om vluchtige momenten vast te leggen. Maar jaren geleden had men geen Facebookpagina om over na te denken bij het nemen van hun foto’s. Fotografie was louter een manier om jezelf van een plekje in de eeuwigheid te voorzien.

Een foto is het belangrijkste document dat er is, en er is geen ergere manier om aan het nageslacht te worden doorgegeven, dan met een belachelijke grijns op je gezicht, voor altijd en eeuwig vastgelegd.

Mark Twain, komiek en schrijver

Er was zelfs een traditie die postmortem photography heette. Zo werden pas gestorven volwassenen, kinderen of zelfs huisdieren gefotografeerd alsof ze nog in leven waren. Tegen 1900 was die traditie grotendeels verdwenen, hoewel de mentaliteit bleef: portretfotografie was een manier om verder te leven in toekomstige generaties.

Het medium was dus voorbestemd voor ernst, boven het kortstondige. Mark Twain, komiek en schrijver, zei ooit: “Een foto is het belangrijkste document dat er is, en er is geen ergere manier om aan het nageslacht te worden doorgegeven, dan met een belachelijke grijns op je gezicht, voor altijd en eeuwig vastgelegd.”

Neerkijken op lachen

Een vierde en laatste theorie stelt dat de Victoriaanse en Edwardiaanse cultuur neerkeek op lachen. Voor velen is het de meest aannemelijke theorie, maar tevens ook de theorie die het moeilijkst te bewijzen is. Het lijkt alsof veel mensen begin 1900 gewoon dachten dat lachen iets voor idioten was.

Uit onderzoek blijkt dat er een eeuwenlange geschiedenis is waarin lachen gezien werd als iets voor clowns. Dat een slecht gebit mensen van lachen zou hebben weerhouden, klopt niet. Als iedereen slechte tanden had, was het waarschijnlijk niks om je voor te schamen.

Net als elke grote culturele bewering, valt ook deze theorie moeilijk te bewijzen. Er is bovendien een groot aantal uitzonderingen. De Flickr groep ‘Smiling Victorians’ bevat bijvoorbeeld 2100 foto’s, en een aantal van die foto’s laten echte grijnzen zien. Dat alleen al is een belangrijk tegenargument. Maar juist door het bestaan van een speciale Flickr groep voor foto’s van lachende mensen in het verleden, wordt ook weer bewezen dat het niet zo voor de hand liggend was om te lachen op een foto. Het duurde lang voor mensen de lach begonnen te appreciëren.

Maar waarom lacht deze man dan?

Lachende man op een oude foto uit 1904
Lachende man op een oude foto uit 1904© Laufer/American Museum of Natural History Library

En toch is er een foto uit 1904 waarop een man zonder twijfel breed lacht. De afbeelding komt uit de collectie van Berthold Laufers foto’s van zijn expeditie naar China en hoewel we niet weten welk idee er achter de foto schuilt, strookt het beeld niet met de andere foto’s uit die tijd.

Dat kan liggen aan de fotograaf en het onderwerp van de foto. Fotograaf Berthold Laufer was een antropoloog, wat betekent dat hij een andere missie had dan andere fotografen van zijn tijd – hij wou het leven vastleggen zoals het was en niet als iets dat gespeeld of geposeerd was. Laufer wou emoties weergeven. De man op de foto had er misschien geen probleem mee om lachend afgebeeld te worden omdat hij van een andere cultuur was, een cultuur met een ander idee over fotografie en publiek gedrag.

Beide mannen, fotograaf en gefotografeerde, waren buitenbeentjes in de toenmalige normale fotografiecultuur. Samen kwamen ze tot een foto die zelfs nu nog gedenkwaardig is. We weten niet waarom de afgebeelde man zo gelukkig was, maar we weten wel dat de foto ons tot op de dag van vandaag nog kan doen lachen. (MD)

Partner Content