Mammoeten hadden ‘antivries’ in het bloed

© Belga

Uit onderzoek blijkt dat een soort antivriesbloed hun immense lichamen warm hield bij vriestemperaturen.

De wollige mammoeten hadden destijds meer nodig dan hun vacht om zich te beschermen tegen de ijskoude weersomstandigheden. Uit onderzoek blijkt dat een soort antivriesbloed hun immense lichamen warm hield bij vriestemperaturen.

Via een genetische aanpassing in het eiwit hemoglobine voorzag het bloed de mammoet van zuurstof waardoor die zich kon verplaatsen in de koude zonder veel lichaamswarmte te verliezen. Dat meldden wetenschapper Kevin Campell en zijn team van de University of Manitoba in Canada in het tijdschrift Nature Genetics.

De onderzoekers vergeleken hiervoor het DNA van de 43.000 jaar oude overblijfselen van een mammoet met de genetische code van moderne Afrikaanse en Aziatische olifanten. De aanpassing van het hemoglobine-eiwit was enkele terug te vinden bij het uitgestorven dier.

Zonder die wijziging zou de mammoet meer warmte verloren hebben tijdens de winter. Die energiebron hadden ze dan moeten vervangen door voedsel. Maar in die periode is er sowieso minder te eten waardoor het antivriesbloed cruciaal was voor hun overlevingskansen.

Klimaatsveranderingen

De voorouders van de mammoet kwamen 7 miljoen jaar geleden voor in Afrika maar hun populatie migreerde meer dan een miljoen jaar geleden naar het noorden. In die periode zorgden klimaatsveranderingen ervoor dat de temperaturen enorm daalden.

Eerder was al geweten dat de mammoet via kleine oren en zijn staart zijn lichaamswarmte bewaarde. Dat in tegenstelling tot de moderne olifant die bijvoorbeeld grote oren heeft om zich koel te houden bij enorme hitte.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content