ESA vraagt aan Europa extra geld na Schiaparelli-crash

De landing van Schiaparelli © ESA

In het Zwitserse Luzern beraden de Europese ministers zich over de toekomstige projecten van de ESA. De recente crash van de Marslander zet een domper op de feestvreugde.

De voor ruimtevaart bevoegde ministers van de 27 lidstaten van het Europese Ruimtevaartbureau ESA (en partnerland Canada) beraden zich donderdag en vrijdag in het Zwitserse Luzern over de toekomst van de Europese ruimtevaart.

De excellenties blazen gewoonlijk om de twee of drie jaar verzamelen om als hoogste beslissingsorgaan van de organisatie met zetel in Parijs de krachtlijnen voor de toekomst vast te leggen. ESA legt een wenspakket op tafel. De ministers kunnen voor de vrije programma’s al dan niet “intekenen” en een bijdrage van hun land beloven (wat ze doen met het oog op de “return” van de investering naar hun eigen land). De praktijk leert dat het dikwijls een koehandel is waarbij de lidstaten naar elkaar kijken wie hoeveel voor wat wil betalen, en het dan op een akkoordje gooien van zodra er beweging in de zaak komt of kan komen. Niet zelden is stichtend lid België met zijn traditie van compromissen zoeken scherprechter voor de strijd, in het bijzonder tussen de drie groten binnen ESA: Frankrijk, Duitsland en Italië.

Directeur-generaal Jan Wörner van ESA had voor deze top een verlanglijstje van elf miljard op zak. Het gaat onder meer over de verdere deelname aan het Internationaal Ruimtestation ISS, draagraketten, aardobservatie en ook over de voor 2020 geplande tweede ExoMars-missie waarvoor nog 400 miljoen euro nodig is.

Domper

ExoMars was op de vorige “top” in Luxemburg al een heikel punt, mogelijk zet de crash op Mars van de Europees-Russische Schiaparelli-lander een domper op het enthousiasme. ESA zal stellig aanvoeren dat die mislukte landing alsnog voldoende data heeft opgeleverd om het tweede luik van ExoMars (landing van een Europese robotjeep en een Russisch “platform”) zeker te doen slagen en dat de “moedersonde” TGO wel uitstekend (met het Belgische NOMAD-instrument) rond de Rode Planeet wentelt.

Een woordvoerder zei donderdag dat ESA een vierde van de 400 miljoen wil vinden door interne verschuivingen, maar dat de lidstaten de rest voor ExoMars moeten dragen. ESA zelf zei in de aanloop naar de “top” dat die plaatsvindt bij de start van een tijdperk waarin de ruimtevaart niet meer enkel een aangelegenheid is van de overheid. Er zijn meer en meer andere spelers waaronder private bedrijven, de academische wereld en de industrie. Het Europese Ruimtevaartbureau wil in dat kader 2,5 miljard euro uittrekken voor het integreren van de ruimtevaart in de Europese maatschappij en economie.

Andere doelen zijn het ondersteunen van een wereldwijd concurrerende Europese markt en (traditioneel) het verzekeren van autonome toegang tot de ruimte. (Belga/TE)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content