Gewervelde diersoorten zullen honderd keer sneller verdwijnen dan in het verleden. Dat blijkt uit een studie van experts van de Amerikaanse universiteiten van Stanford, Princeton en Berkeley. Volgens de wetenschappers is er een zesde grote uitstervingsgolf aan de gang, en is de mens daarvoor verantwoordelijk.
De laatste grote massa-uitsterving – die van de dinosaurussen – dateert van 66 miljoen jaar geleden. Sindsdien stierven dieren nooit zo snel uit dan vandaag. De studie, die vrijdag in het tijdschrift Science Advances werd gepubliceerd, “toont zonder twijfel aan dat we aanbeland zijn in de zesde grote massa-uitsterving”, aldus biologieprofessor Paul Erhlich. De wetenschappers voegen bovendien toe dat ook de menselijke soort zal verdwijnen.
“Als we toelaten dat dit voortduurt, dan zou het leven enkele miljoenen jaren nodig hebben om zich te herstellen, en onze soort zou waarschijnlijk vrij snel verdwijnen”, aldus professor Gerardo Ceballos. De wetenschappers vergeleken het ritme waarop soorten verdwijnen met de “natuurlijke ritmes waarop de soorten verdwenen vooraleer de menselijke activiteit de wereld domineerde”, klinkt het.
Sinds 1900 verdwenen 477 gewervelde diersoorten. Indien de mens niet de voornaamste oorzaak was geweest van de uitstervingen, zouden op 100 jaar tijd slechts 9 soorten zijn verdwenen. De wetenschappers vrezen dan ook dat in twee generaties tijd 75 procent van de diersoorten die we kennen zal verdwijnen. “Er zijn op heel de planeet soorten dieren die letterlijk ondood zijn”, aldus Paul Erhlich nog.
Volgens de Internationale unie voor het behoud van de natuur (International Union for Conservation of Nature, IUCN) is ongeveer 41 procent van de amfibieënsoorten en 26 procent van de zoogdierensoorten bedreigd. De oorzaken voor het verdwijnen van de diersoorten zijn onder meer de klimaatopwarming, de vervuiling en de ontbossing, aldus de wetenschappers. (Belga/JH)
