Wereldvluchtelingendag: wanneer vluchtelingen de ene oorlog verlaten voor een andere

Vluchtelingen in Yarmouk, nabij Damascus. © Reuters
Trui Engels
Trui Engels Journalist Knack

Nu er in Irak een blitzkrieg is uitgebroken, bevinden Syrische vluchtelingen in Irak zich ineens in een nieuwe oorlog. Ook de Palestijnen die indertijd naar Syrië vluchtten voor een beter leven, zitten vast in een oorlog die niet de hunne is.

Slecht nieuws voor de Syrische vluchtelingen in Irak: de oorlog in Syrië is overgewaaid naar het buurland. Terwijl berichten over gruwelijke massamoorden door islamistische extremisten de westerse media bereiken, beginnen Syrische vluchtelingen in Irak zich op deze Wereldvluchtelingendag af te vragen of ze de ene oorlog niet hebben ingeruild voor een andere.

De Syrische oorlog heeft volgens schattingen door de Verenigde Naties al zo’n 160.000 doden geëist. Dit zijn er ondertussen uiteraard al veel meer, maar de VN is gestopt met tellen… Ook het aantal vluchtelingen is niet meer bij te houden. Zo zochten meer dan 200.000 Syriërs, die genoeg hadden van de onophoudelijke nachtelijke bombardementen en de oorlogswerkloosheid, de afgelopen maanden hun toevlucht tot de semiautonome Koerdische regio in Irak. In het vluchtelingenkamp Kawergosk nabij Erbil in Iraaks Koerdistan verblijven nu al bijna 14.000 Syrische vluchtelingen, onder wie heel wat Syrische Koerden uit het noordoosten van Syrië.

Bang hartje

De extremistische terreurgroep Islamitische Staat van Irak en Syrië (ISIS), een afscheuringsbeweging van Al-Qaida die in Syrië en Irak een islamitisch kalifaat wil instellen, lijkt intussen het spoor van de vluchtelingen te volgen en breidt haar terrein steeds meer uit naar Irak. Onlangs namen de extremisten de stad Mosul in, de tweede grootste stad van Irak en slechts een kleine autorit verwijderd van Kawergosk, waar de vluchtelingen met een bang hartje luisteren naar berichten over door ISIS aangerichte gruwelijkheden in Syrië, en nu dus ook in Irak: executies, verkrachtingen en de invoering van een strikte islamitische wet.

Voorlopig voelen de Syrische Koerden zich nog steeds veiliger in Iraaks Koerdistan dan in Syrisch Koerdistan omdat het vluchtelingenkamp bewaakt wordt door streng gewapende, goed getrainde en zeer loyale Iraaks-Koerdische strijders, bekend als de Peshmarga’s, zo schrijft de Huffington Post. Maar wat als ISIS in zijn zoektocht naar regionale dominantie steeds meer terrein wint in Irak? Dan is het een kwestie van tijd voordat Irak er gaat uitzien als Syrië.

Het enige mogelijke lichtpuntje voor veel Koerden is de hoop op een Koerdische staat die volledig onafhankelijk wordt van Bagdad. Toen de Iraakse troepen in Mosul te horen kregen dat ISIS op komst was, dumpten tienduizenden Iraakse soldaten en veiligheidstroepen hun uniformen langs de kant van de weg en vluchtten voor hun leven. De Peshmarga’s bleven echter wel trouw strijden en boekten zelfs vooruitgang in bijvoorbeeld de betwiste stad Kirkuk, die door Irak wordt geclaimd en nu door de Koerden wordt gecontroleerd.

Het vergeten lot van de Palestijnen in Syrië

Een lichtpuntje ontbreekt helaas volledig bij een andere groep vluchtelingen wier lot zowaar nog rampzaliger is. De Palestijnen in het Syrische vluchtelingenkamp Yarmouk, bij Damascus, waar 18.000 vluchtelingen te midden van een voortschrijdende oorlog aan hun lot zijn overgelaten. Voor het uitbreken van de oorlog in Syrië telde Yarmouk zo’n 160.000 bewoners. Toen troepen in 2011 op het punt stonden Damascus in te nemen, gingen de meeste bewoners op de vlucht. In de plaats kwamen dan weer Syriërs in het kamp terecht, waar nu ongeveer 45 000 vluchtelingen verblijven, onder wie dus 18.000 Palestijnen, gevangen in andermans oorlog.

Omdat sinds 2013 niemand nog in of uit de stad mag, zijn de vluchtelingen afgesneden van voedselbevoorrading en medicatie omdat ze geprangd zitten tussen overheidstroepen van president Bashar al-Assad en rebellen die hem proberen omver te werpen. Plots werd Yarmouk een plaats waar extreem menselijk lijden en harde primitieve leefomstandigheden de norm zijn en waar verhalen over kinderen die sterven van de honger, bewoners die dierenvoeding of gras eten om te overleven, maar ook over mensen die honden doden en geen vlees vinden om zich te voeden omdat zelfs de honden verhongeren geen fictie zijn. Volgens een recent rapport van Amnesty International zijn sinds 2011 bijna 200 mensen gestorven van honger en ziekte.

Als het VN-agentschap voor Palestijnse vluchtelingen (UNRWA) er niet in slaagt om humanitaire hulp naar de vluchtelingen te brengen, betekent dit niet minder dan een doodsvonnis voor duizenden mensen die ooit een oorlog ontvluchtten, maar nu achterblijven in opnieuw een oorlog.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content