De kerk heeft toch nog steeds donkere kantjes, en daar is de inquisitie één van. De paus was in zijn tijd als kardinaal nog prefect van de ‘moderne inquisitie’.
Goed, hier gaan we wat kort voor de bocht. Joseph Ratzinger was van 1981 tot 2005 prefect (lees: voorzitter) van de Congregatie voor de Geloofsleer. Die Vaticaanse instelling buigt zich over zaken die betrekking hebben op de leer van de Katholieke Kerk.
Die Congregatie is de onrechtstreekse opvolger van de Romeinse inquisitie, een rechtbank die vonnissen uitsprak tegen personen die ‘geloofsmisdaden’ begingen. Beelden over brandstapels, folteringen en gemolesteerde heidenen zijn niet nodig. De Romeinse inquistie was een pak zachtaardiger dan haar Spaanse tegenhanger, waar ketters wel hardhandig werden aangepakt.
Positieve accenten
Bij het Tweede Vaticaanse Concilie, een grootschalige moderniseringsoperatie voor de Katholieke Kerk, werd de naam inquisitie geschrapt en de term van Congregatie voor de Geloofsleer ingevoerd. De kerk wilde zich vanaf dan meer bezighouden met de positieve accenten van de godsdienst en niet met de brute afstraffing van ongelovigen. (EA)
