VS: welk afwijkend werkgedrag is mogelijk op religieuze gronden?

Aanhangers protesteren voor de gevangenis waar griffier Kim Davis wordt vastgehouden © REUTERS
Rudi Rotthier

Welke afwijkingen worden in de arbeidssfeer toegestaan voor religieuze of levensbeschouwelijke vrijheid? In de VS hangt het af van de term ‘redelijke tegemoetkoming’. Als de chauffeur van een bierbedrijf weigert alcohol te transporteren is er geen redelijke tegemoetkoming mogelijk. Als het bedrijf meestal niet-alcoholische goederen transporteert wel.

Twee gevallen hebben de afgelopen week het recht op religieuze afwijking in arbeidssituaties in de actualiteit gebracht.

Het meest aandacht kreeg Kim Davis, de 49-jarige griffier in Kentucky die door een rechter tot gevangenis werd veroordeeld, nadat Davis systematisch had geweigerd huwelijksattesten uit te schrijven. Ze weigerde die attesten uit te schrijven, en zocht vergeefs dat recht tot en met voor het hooggerechtshof, omdat ze niet geassocieerd wilde worden met homohuwelijken (die ze zondig vindt).

Het tweede geval betreft een stewardess bij een kleine luchtvaartmaatschappij, die weigert alcohol te serveren. Ze doet dat sinds ze in juni vernam dat niet alleen consumptie van alcohol maar ook het serveren ervan zondig is binnen de islam. De vrouw in kwestie werkt sinds 3 jaar bij de maatschappij, ExpressJet, en heeft zich 2 jaar geleden bekeerd.

Sinds juni werd een regeling gevonden waarbij ze er een andere steward bijriep als een passagier alcohol bestelde.

De vrouw, Charee Stanley, 40, is nu volgens haar advocaat een jaar op non-actief geplaatst, zonder loon, na klacht van een collega, die (we hebben tot dusver alleen de versie van de advocaat) niet alleen verwees naar de weigering om alcohol te serveren maar ook naar het feit dat Stanley een boek in een vreemde taal bij zich had, en een hoofddoek droeg. De uitspraken van de advocaat waren voor islamitische verenigingen reden om van islamfobie te spreken.

De maatschappij zelf geeft geen wederwoord, en bevestigt niets. Luchtvaartjournalisten opperen dat de vluchten van ExpressJet soms kort zijn en dat de vliegtuigen vaak slechts 2 stewards en uitzonderlijk slechts 1 steward(ess) aan boord hebben, wat een regeling inzake het wisselen van taken bemoeilijkt tot (in het laatste geval) tot onmogelijk maakt.

Bon voor een hamburger

Wat is de wet in de VS? The Washington Post liet het uitspellen door een specialist, Eugene Volokh, die wetgeving rond vrijheid van meningsuiting, religieuze vrijheid en kerk-staat doceert in Los Angeles, aan de UCLA.

Hij begint met een aantal gevallen waarbij uitzonderingen op de gelijke behandeling van werknemers in het verleden werden toegestaan op basis van levensbeschouwelijke of religieuze gronden, soms in overleg met de werkgever, soms na een rechtszaak.

Zo kon verplegend personeel verkrijgen dat het niets te maken zou hebben met abortus (tot en met het steriliseren van instrumenten). Zo kregen pacifistische postbodes (toen er nog dienstplicht bestond) het recht om geen oproepingsbrieven te bedelen. En Jehova’s Getuigen kregen het recht om de vlag niet te hijsen – als dat in hun takenpakket zat. Een ambtenaar van de belastingdienst kreeg het recht om geen belastingformulieren af te handelen van organisaties die bijvoorbeeld homoseksualiteit, vasectomie of duivelverering promoten. Een vegetarische buschauffeur kreeg de mogelijkheid om geen bonnen voor gratis hamburgers uit te delen, waarmee de busmaatschappij klanten lokte voor een volgende reis.

Daarnaast hebben velen op religieuze gronden het recht verworven om op bepaalde dagen niet te werken, zaterdag dan wel zondag.

‘Buitensporig ongemak’

De wet terzake, schrijft Volokh, dateert van 1972, en stelt dat zowel de overheid als privéwerkgevers de plicht hebben werknemers op religieuze gronden een afwijking toe te staan op algemeen geldende regels zolang die afwijking geen “buitensporig ongemak” veroorzaakt (undue hardship). Dat betekent volgens Volokh dat de uitzondering niet meer dan een matige meerkost mag meebrengen voor de werkgever, en dat de taak zonder grote hinder voor andere werknemers en klanten kan georganiseerd worden. In het geval van de stewardess: als het te organiseren valt, dat anderen de alcohol serveren, is er geen probleem. Dat wordt een “redelijke tegemoetkoming” genoemd. Vraag is wie bepaalt wat redelijk is – bij conflict is het de rechter.

Kim Davis, op haar gevangenisfoto
Kim Davis, op haar gevangenisfoto© REUTERS

Recent verleende een rechtbank een “religieuze uitzondering” voor een vrachtwagenchauffeur die geen alcohol wenste te transporteren, maar die uitzondering zou niet zijn toegestaan mocht het bedrijf in kwestie uitsluitend of vooral alcohol transporteren.

Het gaat volgens Volokh om een kwestie van gradatie, waarbij elk geval afzonderlijk in overweging moet genomen worden, en de ene toekenning of afwijzing geen precedent is voor de volgende.

Hellend vlak?

De wetgever voorzag zowel het probleem van “onoprechte” gewetensbezwaren als van het hellend vlak. Dat eerste: als iemand om religieuze redenen uitzonderingsregels krijgt, voelen andere werknemers zich hierdoor soms gediscrimineerd. Als een werknemer nooit op zaterdag of zondag moet werken, is het voor collega’s, die ook liever hun weekend thuis doorbrengen, verleidelijk om dezelfde uitzondering te eisen. Volgens de Amerikaanse wetgeving moet de werkgever uitmaken wie oprecht is in die eise, kan dan relatief makkelijk. “De wet heeft het misschien fout voor, maar dat is de wet”.

En het hellend vlak: als de ene een tegemoetkoming krijgt, is de andere ook geneigd iets te eisen. De werkgever moet dan hetzelfde principe volgen, eisen die niet te veel kosten inwilligen, en anders ze juridisch betwisten.

De regel ‘als het werk je niet aanstaat, moet je maar ontslag nemen’ wordt door de Amerikaanse wet niet gevolgd.

Federaal vs regionaal

Wat, vraagt Volokh zich af, kunnen we hieruit leren voor de zaak van de griffier?

Ten eerste: verkozen ambtenaren, zoals griffiers, vallen niet onder de hierboven geciteerde wet, en hebben geen (federaal) recht op gewetensbezwaren: zij moeten onverkort de wet uitvoeren. Een aantal staten, waaronder Kentucky, voorzien echter plaatselijke wetten om die religieuze bezwaren toch weer een plaats te geven.

Dat de griffier, Kim Davis, weigert huwelijksattesten uit te schrijven, gaat in tegen het recht van burgers om te trouwen (en het argument dat die burgers elders, in een naburig district, kunnen trouwen, snijdt geen hout). Ze werd hiervoor door een federale rechter tot gevangenis veroordeeld.

Maar, vindt Volokh, Davis had haar zaak bij een plaatselijke rechtbank aanhangig kunnen maken. Als ze daar niet het recht opeist om helemaal geen attesten uit te schrijven, of om geen attesten voor holebi’s uit te schrijven, maar om attesten uit te schrijven zonder haar naam erop, maakt ze volgens Volokh een goede kans om haar zaak te winnen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content