Turkije heeft gewonde vluchtelingen aan de grens met Syrië toegang tot het grondgebied gegeven. De gewonden worden in Turkse ziekenhuizen behandeld. Voor anderen blijft de grens wel gesloten, ondanks een oproep van het VN-vluchtelingenagentschap UNHCR daartoe.
Aan de Syrische kant van de grens wachten al dagen tienduizenden mensen uit de stad Aleppo om Turkije binnen te mogen. Volgens verschillende bronnen wachten in het Syrische gebied bij Azaz tussen 10.000 en 50.000 mensen.
Vicepremier Numan Kurtulmus zei maandag aan het persagentschap Anadolu dat zowat 600.000 nieuwe vluchtelingen naar de grens kunnen trekken “in een worst case scenario”. “Ons eerste doel is deze vluchtelingen buiten Turkije op te vangen”, zei Kurtulmus.
Inspanningen vervangen plicht niet
De Turkse regering hield de grens tot dusver gesloten voor de 35.000 mensen die nabij de grens zijn gestrand, nadat ze op de vlucht waren geslagen voor aanvallen van Syrische regeringstroepen en Russische bombardementen op de stad Aleppo.
“We vragen Turkije de grenzen te openen voor alle vluchtelingen uit Syrië”, aldus UNHCR-woordvoerder William Spindler. De Turkse vrijgevigheid om Syriërs op te vangen, en de inspanningen binnen Syrië, “vervangen de plicht niet om mensen op te vangen die voor gevaar op de vlucht zijn”, aldus nog Spindler.
NAVO buigt zich over Turks-Duitse vraag
De ministers van Defensie van de 28 NAVO-lidstaten zullen zich woensdag buigen over de Turks-Duitse vraag om de westerse alliantie een rol te laten spelen in de aanpak van de vluchtelingencrisis. Dat heeft NAVO-topman Jens Stoltenberg dinsdag gezegd op een persconferentie in aanloop naar de ministeriële ontmoeting.
Stoltenberg wilde de gesprekken binnen de NAVO-afwachten alvorens zich ten gronde uit te spreken. “Ik verwacht dat de Turkse minister ons meer details zal geven over de vraag en dat de ministers de kwestie zullen bespreken. Want de vluchtelingencrisis gaat ons allemaal aan”, klonk het.
‘Militaire aanvallen drijven mensen naar Turkse grens’
“We zullen deze vraag zeer serieus nemen en bekijken wat de NAVO zou kunnen doen om hen te helpen om deze crisis en de uitdagingen – niet in het minst voor Turkije – het hoofd te bieden.” Stoltenberg merkte nog op dat de NAVO vorig jaar al extra steun bood aan Turkije, naar aanleiding van de strijd tegen IS in Syrië en Irak. Het gaat om AWACS-vliegtuigen, luchtruimbeveiliging, een verhoogde maritieme aanwezigheid en andere militaire capaciteiten.
De secretaris-generaal hekelde ook opnieuw de intense Russische aanvallen in het noorden van Syrië. Deze aanvallen – “vooral tegen de oppositie” – ondermijnen de inspanningen om een einde te maken van het leed van de burgerbevolking, aldus Stoltenberg. “Ze drijven tienduizenden mensen naar de Turkse grens en maken de hopeloze humanitaire situatie nog erger.” (Belga/NSK)
