Turkije heeft honderden politieagenten ontslagen. De regering probeert zo opnieuw de impact van het corruptie-onderzoek te beperken.
Zo’n 350 Turkse politieagenten hebben onverwacht te horen gekregen dat ze ontslagen zijn of worden overgeplaatst. Dat melden verschillende Turkse media. De agenten werden ervan beschuldigd de regering niet geïnformeerd te hebben over het onderzoek dat naar diezelfde regering gevoerd werd.
Een grootschalig corruptieschandaal houdt Turkije al enkele weken in de ban. In december viel de politie binnen bij 52 personen, onder wie de zonen van drie opgestapte ministers en ondernemers die nauwe banden hebben met de regering. Naar verluidt zouden deze betrokken zijn bij omkoopschandalen. De beschuldigden, allen hooggeplaatste leden van de AKP, zouden bovendien illegale transacties met Iran hebben gesteund.
De Turkse premier blijft volhouden dat het om een internationaal complot gaat. Hij beschuldigt zijn vroegere bondgenoot Fethullah Gülen van gezagsondermijnend gedrag. De islamgeleerde heeft een belangrijk imperium uitgebouwd dat zich uitstrekt over het onderwijs, de media en verschillende bedrijven. Momenteel leeft hij in de Verenigde Staten in ballingschap van waaruit hij een invloedrijke Gülenbeweging leidt. (AVE)
