Trump haalt opnieuw uit naar sporters die knielen tijdens Amerikaanse volkslied

© AFP

De Amerikaanse president Donald Trump heeft opnieuw uitgehaald naar de protestacties van American Football-spelers in de NFL tijdens het volkslied, dat traditioneel voor de start van wedstrijden wordt afgespeeld.

Spelers die niet rechtstaan tijdens de hymne, hebben volgens hem geen respect voor het land en de Amerikaanse vlag. Dat Donald Trump die solidariteitsacties veroordeelt, valt niet in goede aarde bij de Amerikaanse sportwereld.

‘Kijkcijfers voor NFL-football zijn erg laag behalve net voor de wedstrijd start, wanneer mensen (op de zender) afstemmen om te zien of ons land al dan niet met respect wordt bejegend’, schreef hij op Twitter, zijn geliefkoosde communicatiekanaal.

Hij verwees ook naar de NFL-wedstrijd van de Dallas Cowboys maandagavond. Het hele team knielde samen met eigenaar Jerry Jones neer net voor het volkslied werd gespeeld. Tijdens het volkslied voor de wedstrijd in Arizona, tegen de Cardinals, stond het team rechtop met de armen in elkaar gehaakt. De Cardinals deden hetzelfde, maar zij knielden niet neer vooraleer het volkslied speelde, aldus de Amerikaanse krant Washington Post.

‘Het boegeroep tijdens de NFL-footballwedstrijd afgelopen avond, toen het hele Dallas-team neerknielde, was het luidste dat ik ooit had gehoord. Grote woede’, aldus Trump. ‘Maar terwijl Dallas neerknielde als een team, stonden zij allemaal op voor ons Volkslied. Grote vooruitgang wordt gemaakt – we houden allemaal van ons land!’

De Washington Post meldt daarentegen dat het boegeroep afkomstig was van ‘enkelen in het publiek’.

‘De kwestie van neerknielen heeft niets te maken met ras. Het gaat over respect voor ons Land, Vlag en Volkslied. NFL moet dit respecteren’, zei Trump eerder al op Twitter.

De protestdaad dateert al van de zomer van 2016, toen de toenmalige quarterback van de San Francisco 49ers, Colin Kaepernick, knielde tijdens het volkslied en zo een nationaal schandaal veroorzaakte. Hij deed dat om te protesteren tegen het dodelijk politiegeweld tegen zwarte Amerikanen. De actie van de Dallas Cowboys was de recentste uiting van eenheid en protest door NFL-teams, sinds Trump op vrijdag tijdens een bijeenkomst in Alabama eigenaars had opgroepen spelers te ontslaan die niet rechtstaan voor het volkslied. Afgelopen weekend had hij ook opgeroepen de NFL te boycotten.

De Pittsburgh Steelers, Seattle Seahawks en Tennessee Titans stonden zondag niet op het veld tijdens het volkslied voor hun wedstrijden. Vele spelers van andere teams kozen ervoor om neer te knielen tijdens de hymne. Andere ploegen toonden dan weer solidariteit en stonden arm in arm. Verschillende eigenaars vervoegden zich bij hun spelers. Jones was weliswaar de eerste eigenaar die mee knielde, aldus de Washington Post.

‘Dit gaat niet over de president die tegen iemand is gekant’, aldus woordvoerster Sarah Sanders. ‘Dit gaat over de president en miljoenen Amerikanen die ergens voor staan, voor het eerbiedigen van onze vlag, ons volkslied en de mannen en vrouwen die gevochten hebben om die te beschermen.’ Trump tweette begin deze week ook een foto van Pat Tillman, een NFL-spelers die in het leger ging en in Afghanistan in 2004 om het leven is gekomen.

De heisa leidde tot een breder debat over het belang van nationale symbolen zoals het volkslied, maar ook de grondwettelijke bescherming voor vrijheid van meningsuiting.

Volgens de veteranenorganisatie American Legion zijn atleten die het volkslied gebruiken om te protesteren, ‘misleid en ondankbaar’. De organisatie zei dat respect voor de vlag geen politieke kwestie zou mogen zijn.

Quarterback Tom Brady van de New England Patriots, regerend NFL-kampioen, voegde zich bij de atleten die het niet eens zijn met Trump. Eerder had hij zichzelf nog een aanhanger van de president genoemd. Bill Belichick, de coach van de Patriots die overigens banden heeft met Trump, drukte zijn ‘respect en bewondering’ uit voor het gedrag van de spelers en zei dat hij private gesprekken heeft over de kwestie met de ploeg.

De NFL is niet de enige sporttak waarmee Trump heibel heeft. Ook de spelers van basketbalbond NBA scharen zich achter de protesten. LeBron James, sterspeler van de Cleveland Cavaliers, gebruikte weliswaar de naam van Trump niet toen hij maandag aan journalisten zei dat ‘de mensen dit land leiden, niet één individu, en zeker niet hij’. James stoort zich eraan dat Trump sport gebruikt als een platform ‘om ons proberen te verdelen’.

Naar jaarlijkse gewoonte wordt de NBA-kampioen gehuldigd in de ambtswoning van de president. Dit jaar is dat echter niet het geval. Sterspeler Stephen Curry van de Golden State Warriors had immers al laten weten dat hij zou afzien van een bezoek aan Trump, waarop de president prompt de uitnodiging voor de hele ploeg introk. De Golden State Warriors reageerden zaterdag in een persbericht dat ze van hun bezoek aan de stad dan maar ‘constructief’ gebruik zullen maken om ‘gelijkheid, diversiteit en inclusie te vieren’, ‘waarden die we als een organisatie omarmen’.

De ijshockeykampioen Pittsburgh Penguins gaat dan wel in op de uitnodiging van Trump en zal zich laten huldigen in het Witte Huis.

Het Amerikaanse olympische comité (USOC) reageerde maandag op de heisa rond de NFL-weerstand. De spelers ‘protesteren omdat ze van hun land houden, niet omdat ze dat niet doen’, aldus CEO Scott Blackmun. ‘We steunen het recht van de atleten om zich uit te drukken volledig.’ Hij waarschuwde tegelijk de atleten voor de komende Winterspelen in Zuid-Korea dat politieke of andere manifestaties verboden zijn door het Internationaal Olympisch Comité (IOC).

Partner Content