De twee rivaliserende partijen in het Syrië-conflict gaan zaterdag in Genève voor het eerst in één kamer zitten. Verwacht wordt dat er ‘hele kleine stapjes’ kunnen worden gezet.
Dat heeft de speciale gezant van de Verenigde Naties, Lakhdar Brahimi, bekendgemaakt op een persconferentie.
Bemoedigend
Eigenlijk hadden de vredesgesprekken tussen het Syrische regime en de oppositie vrijdag al moeten beginnen. Maar beide groepen weigerden elkaar onder ogen te zien.
Brahimi had daarom aparte gesprekken met beide delegaties. Hij noemde die gesprekken ‘bemoedigend’. “We hopen dat de beide delegaties, zoals afgesproken, morgen bijeenkomen in dezelfde zaal”, zei de bemiddelaar.
Boos
Als de partijen zaterdag daadwerkelijk met elkaar aan tafel gaan zitten, is dat de verdienste van Brahimi. De verenigde oppositiepartijen weigerden aanvankelijk om directe gesprekken met de vertegenwoordigers van president Bashar al-Assad te voeren. Zij zijn boos omdat het regime de voorwaarden voor de vredesconferentie weigert te onderschrijven. Of dit nu wel is gebeurd, blijft nog onduidelijk.
Hoewel beide partijen lijnrecht tegenover elkaar staan, begrijpen ze volgens Brahimi dat er iets moet gebeuren. Diplomaten zullen morgen proberen ‘kleine stapjes’ te maken in plaats van te zoeken naar een allesomvattend vredesakkoord.(Elsevier/Servaas van der Laan/TV)
