Er zouden al een honderdtal burgers gedood zijn bij manifestaties sinds waarnemers van de Arabische Liga in Syrië arriveerden.
In Syrië werden opnieuw burgerslachtoffers gemaakt door regeringstroepen. De Syrische oppositie had opgeroepen om in het hele land te protesteren na het vrijdaggebed. Honderdduizenden mensen hebben aan die oproep gehoor gegeven. Dat gebeurde ook in de steden waar Arabische waarnemers momenteel nagaan of Damascus zich wel aan het vredesplan houdt. De aanwezigheid van de observatoren verhinderde de veiligheidstroepen niet het verzet bloedig neer te slaan.
Vier manifestanten kwamen om nadat veiligheidstroepen in de provincie Homs lukraak op activisten van de oppositie vuurden. Vijf andere burgers werden door veiligheidstroepen doodgeschoten in de provincie Deraa, in het zuiden van Syrië. De troepen openden het vuur om een anti-regeringsmanifestatie uiteen te drijven, luidt het. Ook in Hama kwamen minstens vijf mensen om het leven.
In Duma raakten overheidstroepen slaags met manifestanten. Daarbij vielen minstens 10 gewonden. De Syrische veiligheidstroepen zouden spijkerbommen, traangas en geluidsgranaten gebruikt hebben om een menigte van 60.000 betogers uiteen te drijven.
Volgens de oppositieleiders is het geweld van de overheidstroepen jegens de manifestanten nog toegenomen sinds de waarnemers eerder deze week in Syrië arriveerden om na te gaan of Damascus zich aan het vredesplan houdt.
Sinds het arriveren van de eerste teams van waarnemers, kwamen volgens de oppositie al minstens 98 mensen om. De Verenigde Naties schatten het aantal doden sinds het begin van de opstand in Syrië midden maart op meer dan 5.000. (Belga/INM)
