Tientallen vrachtwagens met hulpgoederen aan boord zijn aangekomen in vijf belegerde steden in het noorden van Syrië. Dat maakte de VN bekend. Het gaat onder meer om hulp aan de bevolking van Malaya, waar eerder berichten kwamen over een hongersnood.
“De operatie is nog altijd aan de gang”, aldus Linda Tom, woordvoerster van het VN-agentschap voor humanitaire hulp (ACHA) in Amman in buurland Jordanië.
De vrachtwagens hebben onder meer voedsel, geneesmiddelen en medische uitrusting bij zich. Ze trekken naar Madaya, zo’n 25 kilometer ten noordwesten van Damascus, dat in handen is van Syrische rebellen maar al sinds juli onder vuur ligt van het Syrische regeringsleger, met steun van de Hezbollah.
Ook de dorpen Foua en Kefraya krijgen noodhulp. Die zijn in handen van de regimegetrouwe sjiieten maar worden al tien maanden aangevallen door soennitische rebellen. Ook in Zabadani komt er humanitaire hulp. Kafr Batna en Deir al-Zour zijn later deze week aan de beurt.
Pessimisme
Volgens de VN leven er in de regio zo’n half miljoen mensen. De humanitaire hulp maakt deel uit van de afspraken die de grootmachten vorige week in München maakten. Maar van een wapenstilstand is nog lang geen sprake. Bronnen bij de VN lijken eveneens pessimistisch, want een persconferentie door VN-gezant de Mistura is al verschoven van vrijdag naar maandag.
Bij de bombardementen van zowel de Russen als de internationale coalitie onder leiding van de VS, vallen ook burgerdoden. Maandag werd nog een ziekenhuis en een school aangevallen. Tienduizenden burgers zijn op de vlucht geslagen voor het geweld, terwijl Turkije zijn grens gesloten houdt.
(Belga/RR)
