Bij een aanval in de noordwestelijke Syrische stad Idlib vielen opnieuw verschillende slachtoffers en raakten twee gebouwen zwaar beschadigd.
Bij een aanval in de noordwestelijke Syrische stad Idlib vielen opnieuw verschillende slachtoffers en raakten twee gebouwen zwaar beschadigd. Ook vond een aanslag plaats op de centrale bank in Damascus. Daarbij vielen geen slachtoffers. De twee strijdende partijen geven elkaar de schuld. De VN-waarnemers maken zich intussen op voor een uitbreiding van hun missie.
In Idlib vonden drie ontploffingen plaats, vlakbij het hoofdkwartier van de veiligheidsdienst. Bij die ontploffingen vielen volgens de staatsmedia acht doden en bijna 100 gewonden. Zij beschuldigen de gewapende “terroristen” die al 13 maanden strijden tegen het regime van Bashar al-Assad.
De in Engeland gebaseerde oppositiesite “Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten” (SOHR) spreekt van minstens 20 doden. De rebellen voegden daaraan toe dat de ontploffingen gebeurden vlakbij het hotel waar de VN-observatiemissie logeert, en legden de schuld dan weer bij “agenten van het regime”. In een mededeling wijzen de “activisten” er ook op dat de aanslag vlakbij een zwaar beveiligde compound plaatsvond.
VN-waarnemersmissie
Eerder lieten bronnen bij de VN al weten dat een deel van de waarnemersmissie inderdaad in Idlib was. Zondag kwam de Noorse generaal-majoor Robert Mood in Syrië aan om de missie te leiden die moet toezien op de opvolging van het broos staakt-het-vuren. Hij riep op tot kalmte.
“De waarnemers kunnen niet alleen alle problemen oplossen. Alle partijen moeten het geweld stoppen en het plan-Annan een kans geven. We gaan werken aan een complete toepassing van dat plan. Om daartoe te komen, zijn we nu met 30 waarnemers op het terrein. In de komende dagen gaan we dat aantal verdubbelen”, kondigde Mood aan.
Over een maand zouden er al meer dan 100 waarnemers in het land moeten zijn. Uiteindelijk moeten het er 300 worden, zoals de VN-Veiligheidsraad vorige week unaniem overeenkwam. (Belga/INM)
