‘Regering-Trump zaait paniek in Haïtiaans-Amerikaanse gemeenschap’

De wijk Little Haiti in Miami, Florida. © Arthur Debruyne
Arthur Debruyne
Arthur Debruyne Medewerker Knack.be

Na de aardbeving van 2010 kregen 58.000 Haïtianen tijdelijke bescherming in de VS. De regering-Trump zegt dat Haïti nu voldoende hersteld is: ze moeten terug. ‘Geen zinnig mens kan beweren dat de situatie in Haïti geen verlenging van het programma rechtvaardigt.’

Naar schatting 58.000 Haïtianen die al meer dan zeven jaar in de Verenigde Staten (VS) verblijven onder een tijdelijke humanitaire verblijfsvergunning moeten terug naar Haïti. Dat heeft het Amerikaanse Department of Homeland Security (DHS) afgelopen week aangekondigd.

Na de aardbeving van 2010 in Haïti had voormalig president Barack Obama aan 58.000 Haïtianen die toen al in de VS verbleven (met of zonder papieren) de zogenaamde Temporary Protected Status (TPS) toegekend, een tijdelijke humanitaire verblijfsvergunning die sindsdien elke 18 maanden hernieuwd werd.

In mei was TPS nog met een laatste zes maanden verlengd. De situatie in Haïti ging er met rasse schreden op vooruit, aldus toenmalig DHS-baas John Kelly, nu stafchef van president Donald Trump. De Haïtianen krijgen nu nog achttien maanden om hun vertrek voor te bereiden, aldus het DHS in een mededeling. Ook is het de bedoeling de Haïtiaanse overheid de tijd te geven om de nodige voorzorgsmaatregelen te nemen, klinkt het.

‘Sinds de aardbeving van 2010 is het aantal intern verplaatsten in Haïti met 97 procent afgenomen’, leest de mededeling. ‘Er zijn aanzienlijke maatregelen genomen om de stabiliteit en levenskwaliteitte verbeteren voor Haïtiaanse burgers, en daarom is het land opnieuw in staat uitgewezen burgers op te vangen. Bovendien heeft Haïti bereidheid getoond zich klaar te maken voor het einde van TPS.’

De Haïtiaanse regering had Washington nochtans officieel om een verlenging van het programma verzocht. Sinds de aardbeving van 2010 kreeg Haïti, één van de armste landen ter wereld, nog te maken met een cholera-epidemie (veroorzaakt door hulpverleners van de Verenigde Naties), terugkerende politieke instabiliteit en de doortocht in 2016 van orkaan Matthew die naar schatting 200.000 huizen verwoestte en 1,4 miljoen Haïtianen op noodhulp aanwees. Ook dit jaar veroorzaakte het orkaanseizoen heel wat schade.

De beslissing veroorzaakte een golf van protest, vooral daar waar in de VS een aanzienlijke Haïtiaanse gemeenschap gevestigd is: Boston, New York en Zuid-Florida. Krantencommentatoren maken brandhout van de beslissing en volksvertegenwoordigers uit die districten, Democraten én Republikeinen, hadden nog voor een verlenging gelobbyd. Enkele honderden betogers trokken naar Mar-a-Lago, het weekendverblijf van de president in Palm Beach, Florida.

‘Geen zinnig mens kan beweren dat de situatie in Haïti geen verlenging van het programma rechtvaardigt’, zegt Clarel Cyriaque, een Haïtiaans-Amerikaanse immigratieadvocaat en pleitbezorger die in Miami reeds honderden TPS-begunstigden heeft vertegenwoordigd. ‘Het is een politieke beslissing: de regering baseert zich niet op de feiten, maar is erop gebrand een punt te zetten achter TPS. Van in het begin was duidelijk dat Trump met zulke programma’s komaf wil maken.’

Haïtiaanse immigranten en sympathisanten protesteren tegen de beëindiging van de TPS-verblijfsvergunning voor Haïtianen in de VS, Manhattan, 21 november 2017.
Haïtiaanse immigranten en sympathisanten protesteren tegen de beëindiging van de TPS-verblijfsvergunning voor Haïtianen in de VS, Manhattan, 21 november 2017. © REUTERS

Achterpoortje voor illegale immigratie

Temporary Protected Status kwam er in 1990 toen het Amerikaanse Congres een bredere immigratiewet stemde. Het programma dient als een bescherming voor mensen zonder papieren die niet terug naar hun thuisland kunnen vanwege conflicten of de gevolgen van natuurrampen.

Burgers van een aantal West-Afrikaanse landen konden aanspraak maken op TPS tijdens de cholera-epidemie, zo ook Koeweiti’s tijdens de Golfoorlog. Vandaag zijn er zo’n 300.000 TPS-begunstigden in de VS, onder meer uit El Salvador, Honduras, Nepal, Syrië, Zuid-Soedan en Somalië. Met de verblijfsvergunning mogen ze werken en studeren.

De wet bepaalt dat TPS vernieuwd moet worden zolang conflict of onveiligheid, ofwel de omstandigheden die bescherming rechtvaardigen, aanhouden in een land. Het kan jaren duren: tienduizenden Salvadoranen vallen al zestien jaar onder het programma, sinds een aardbeving in hun thuisland.

Tegenstanders van het programma, vooral in het Republikeinse kamp, zeggen daarom dat TPS een achterpoortje vormt voor illegale immigratie en uiteindelijke amnestie. Immigratiehardliners vinden zelfs dat het Witte Huis nog te soft is voor de Haïtianen. ‘De wet schrijft duidelijk voor dat TPS-begunstigden zestig dagen krijgen om het land te verlaten wanneer het programma ten einde loopt, niet achttien maanden’, zei de Republikeinse minister van Buitenlandse Zaken van de staat Kansas en gouverneurskandidaat Kris Kobach aan de rechtse nieuwssite Breitbart.

Pleitbezorgers van de Haïtiaans-Amerikaanse gemeenschap zeggen dan weer dat de regering-Trump zich laat leiden door een vooringenomen afkeer tegen programma’s als TPS. Recent zijn ook Nicaragua, Honduras en Soedan van de lijst geschrapt. De 46 Zuid-Soedanese TPS-begunstigden mogen dan weer blijven, omdat in hun thuisland etnische zuiveringen gebeuren.

‘De regering-Trump is verkozen om een einde te maken aan zulke programma’s’, zegt advocaat Clarel Cyriaque. ‘Trump heeft vaak verklaard dat hij TPS wil beëindigen, omdat het volgens hem niet tijdelijk is. Immigranten zonder papieren hebben geen recht op zulke programma’s, zegt hij: volgens hem moeten ze het land verlaten en het op de legale manier proberen. Hij heeft er nooit in geloofd, dat is geen geheim. Maar men doet nu alsof de situatie in Haïti netjes onderzocht is.’

‘Geen massale uitwijzingen’

Het voorbije jaar sprak Knack.be met enkele Haïtiaanse TPS-begunstigden in Florida: sommigen van hen, onder wie universiteitsstudenten of zaakvoerders, verblijven al tien jaar in de VS, en kunnen zich amper inbeelden hoe ze terug moeten naar een land dat ze al lang niet meer als thuis beschouwen.

De Haïtiaanse TPS-begunstigden die geen regelingen getroffen hebben binnen achttien maanden zullen als ‘illegale immigranten’ beschouwd worden. ‘De retoriek van de regering gaat dat mensen hun koffers dienen te pakken en zich klaar moeten maken om te vertrekken’, aldus Cyriaque. ‘Maar heel wat TPS-beginstigden hebben nog opties: asiel aanvragen bijvoorbeeld. Sommigen hebben kinderen gekregen, die staatsburgers zijn. Die mensen kunnen niet zomaar summier uitgewezen worden enkel omdat TPS is afgelopen.’

‘Maar het onverantwoordelijke taalgebruik van de regering creëert heel wat paniek’, vervolgt Cyriaque. ‘Mensen vrezen dat daags na de einddatum de immigratiepolitie aan hun deur opdaagt om hen het land uit te zetten. De regering maakt daar gebruik van. Het wordt voorgesteld alsof er voor hen niets anders opzit dan berustend te vertrekken. Tal van TPS-begunstigden die zelfs nog opties hadden zijn naar Canada gevlucht, onder wie een cliënt van mij. Het taalgebruik is erg onverantwoordelijk, vooral voor de Haïtiaanse gemeenschap waar mensen niet altijd de middelen hebben om te rade te gaan bij advocaten.’

Grootste verdediger Haïtianen

In de VS wonen ongeveer een miljoen Haïtiaanse inwijkelingen en hun kinderen, een bevolking die door de jaren is aangezwollen door een reeks politieke en natuurlijke calamiteiten in Haïti. De helft van hen woont in Florida, hoofdzakelijk in Miami en Palm Beach County, een voorstedelijke regio een uur ten noorden van de diverse metropool.

Tijdens een campagne-evenement in de wijk Little Haiti in Miami beloofde toenmalig presidentskandidaat Donald Trump dat hij de grootste voorvechter van de Haïtiaanse gemeenschap zou worden. ‘Veel Haïtianen dachten dat TPS vernieuwd zouden worden, precies om die belofte’, zegt Clarel Cyriaque. ‘Het was misschien één van die typische verkiezingsbeloftes, maar mensen geloofden dat wel. Ze zijn teleurgesteld.’

Kinderen vervoeren water in een kamp voor mensen die hun huis verloren in de aardbeving in Haïti van 2010, Port-au-Prince, 21 november 2017.
Kinderen vervoeren water in een kamp voor mensen die hun huis verloren in de aardbeving in Haïti van 2010, Port-au-Prince, 21 november 2017. © REUTERS

‘Overheid niet langer toegevend’

Sinds Donald Trump het Witte Huis introk, hebben Amerikaanse immigratieadvocaten een pak meer werk, zegt Clarel Cyriaque. Bovendien merkt hij in de rechtszaal een uitgesproken verandering in de houding van overheidsadvocaten. Zo hebben ze de opdracht gekregen om voortaan de strikte letter van de wet toe te passen.

‘Tijdens het Obama-tijdperk waren immigranten zonder papieren maar zonder crimineel verleden geen prioriteit voor uitwijzing. Als ze toch in aanraking kwamen met de immigratieautoriteiten, dan werd een eventuele uitwijzingsprocedure voor onbepaalde duur opgeschort, zo ging een richtlijn. Overheidsadvocaten pasten hun discretionaire bevoegdheid toe om in individuele dossiers te beslissen.’

‘Op 20 januari (de eedaflegging van president Donald Trump, nvdr.) kwam dat allemaal tot een abrupt einde’, weet Cyriaque. ‘Die Obama-richtlijn is geschrapt. Gedaan met toegevendheid en medewerking. De advocaten van DHS en ICE (Immigration and Customs Enforcement, dat onder meer verantwoordelijk is voor uitwijzingen, nvdr.) hebben uitdrukkelijk de instructie gekregen de wet toe te passen, zoals zij het zien. Dat is hun rol. Het is niet hun taak en het is ook niet in hun belang om het gezond verstand te volgen in de individuele dossiers van migranten zonder papieren, die door een uitwijzing bijvoorbeeld van hun gezin gescheiden worden.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content