De Syrische hoofdstad Aleppo werd de afgelopen dagen opnieuw zwaar gebombardeerd. Het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten wijst naar Russische gevechtsvliegtuigen.
De luchtaanvallen op Aleppo, de zwaarst bevochten stad in het Syrische conflict, zijn in alle hevigheid herbegonnen. Volgens de BBC kwamen minstens 25 mensen daarbij om, onder wie vier kinderen. Activisten spreken van de zwaarste luchtaanvallen in dagen.
Volgens Staffan de Mistura, VN-gezant voor Syrië, zou Oost-Aleppo tegen Kerstmis helemaal van de kaarten kunnen zijn geveegd.
Het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten zegt dat de bombardementen werden uitgevoerd door Russische gevechtsvliegtuigen. Volgens activist Mahmut Raslan hebben ze daarbij ook een zogenaamde bunker buster gedropt, een explosief dat schuilkelders kan doorboren.
De aanvallen komen na een periode van relatieve rust. Het Syrische leger zei een week geleden nog dat het zijn aanvallen op Aleppo zou verminderen. Zo konden burgers het oostelijke deel van de stad verlaten, dat in handen is van de rebellen. Gisteren nog meldde het regime van president Assad dat ook de rebellen Aleppo mochten verlaten. In het verleden waren er ook zulke aankondigingen, maar die bleken afleiding te zijn. (JVL)
