Oost-Europese landen blijven dwarsliggen na ‘principeakkoord’ over vluchtelingen

De Duitse minister Thomas de Maizière en zijn Franse collega Bernard Cazeneuve melden het 'princiepsakkoord' © AFP

Het “principeakkoord” dat de Europese minister van Binnenlandse Zaken maandag bereikten over de spreiding van 160.000 asielzoekers, was niet unaniem. “Vier of vijf” Oost-Europese landen blijven zich verzetten. En de Nederlandse staatssecretaris voor Asiel zegt dat er “geen politiek akkoord” was.

De Europese ministers van Binnenlandse Zaken hebben maandagavond geen unaniem akkoord gevonden over de spreiding van 160.000 asielzoekers.

Er is wel een voldoende grote meerderheid om het verplichte spreidingsplan door te drukken tegen de wil van de dwarsliggende Oost-Europese lidstaten. Als zij niet bijdraaien, volgt op 8 oktober een stemming.

Frankrijk en Duitsland repten eerder op de avond nog wel van een akkoord. De Duitse minister Thomas de Maizière kondigde maandag in de vooravond een “principeakkoord” over het spreidingsplan aan. Zijn Franse collega Bernard Cazeneuve had het over een “beslissende stap”.

Na afloop van de vergadering bleek dat de bewindslieden wel het besluit om 40.000 vluchtelingen te spreiden formeel bekrachtigd hebben. Maar op tafel lag ook het recente voorstel van de Europese Commissie om nog eens 120.000 vluchtelingen die in Italië, Griekenland en Hongarije zitten, over heel Europa te verdelen.

De Nederlandse staatssecretaris voor Asiel Klaas Dijkhoff, verklaarde volgens NRC Handelsblad dat daarover “geen politiek akkoord” was bereikt.

Dijkhoff: “Over de 120.000 is geconstateerd dat een grote meerderheid voor is, maar niet iedereen.”

‘Vier of vijf’

“De landen uit Oost-Europa die blijven dwarsliggen, krijgen nog tot 8 oktober de tijd om bij te draaien”, zegt een topdiplomaat aan Belga. “Doen ze dat niet, dan wordt het spreidingsplan met een gekwalificeerde meerderheid goedgekeurd.” Dat betekent concreet dat alle lidstaten door de beslissing gebonden zullen zijn en aan de verplichte quota moeten deelnemen.

De Belgische staatssecretaris voor Asiel Theo Francken (N-VA) blijft het “enorm betreuren” dat de 28 lidstaten niet unaniem achter het spreidingsplan staan. Maar indien nodig wordt er gestemd, bevestigt hij. Meer zelfs, Francken wil dat de voor begin oktober geplande vergadering vervroegd wordt “zodat we zeer snel kunnen overgaan tot een eerlijke spreiding”. Volgens hem gaat het om “vier of vijf landen” die zich blijven verzetten tegen opgelegde quota.

Het gaat volgens Belga om Hongarije, Tsjechië, Slovakije en Letland, waar over de vluchtelingencrisis een regeringscrisis dreigt. Sommige bronnen vermelden ook Roemenië.

Francken benadrukt wel dat over “een aantal belangrijke punten” overeenstemming is bereikt, onder meer over het toekennen van extra middelen aan landen die onder hogere druk komen, “zoals België”, de verhoogde controles aan de buitengrenzen van de EU, de organisatie van ‘hotspots’ in landen waar vluchtelingen die in Europa aankomen verplicht worden geregistreerd, meer opvang in de conflictregio’s, meer strijd tegen mensensmokkel en een aanscherping van het terugkeerbeleid voor economische migranten.

Er werd ook overeengekomen dat er een Europese lijst van veilige herkomstlanden komt, waar met name de landen van de Westelijke Balkan op komen te staan. De Commissie wilde ook Turkije aan de lijst toevoegen, maar daar gingen de ministers niet in mee.

Politiek akkoord of geen?

Opvallend, en zeker na de uitspraken van de Nederlandse staatssecretaris voor Asiel: in de conclusies van de EU-vergadering staat dat er wel degelijk een politiek akkoord werd bereikt over de verdeling van 120.000 mensen en dat “alle lidstaten” daaraan willen deelnemen. Nadien vermeldt de tekst dat er rekening zal worden gehouden met “de flexibiliteit die lidstaten nodig kunnen hebben om de beslissing te implementeren”. Daarmee sluit men (nog) geen enkele optie uit.

(Belga/RR)

Partner Content