In Irak vielen de afgelopen twee maanden meer dan 1.100 dodelijke slachtoffers. Stevent het land af op een nieuwe bloedige burgeroorlog?
Sinds april laait het sektarische geweld tussen soennieten en sjiieten opnieuw op in Irak. In april en mei liep de dodentol op tot maar liefst 1.100 slachtoffers. April was met meer dan 700 slachtoffers zelfs de dodelijkste maand in bijna vijf jaar. Experts vrezen dat er een nieuwe burgeroorlog zoals in 2006 en 2007 kan uitbreken. Toen vielen er duizenden slachtoffers. De voorbije week was ook heel bloedig. Zeven autobomexplosies zorgden in Bagdad op één dag voor 25 doden.
Martin Kobler, afgevaardigde van de Verenigde Naties, waarschuwt voor een verdere escalatie van het geweld. Hij roept de Iraakse politieke leiders op maatregelen te nemen om het conflict op te lossen.
Terreur van veiligheidstroepen Volgens Sarah Leah Witson van mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch is de sjiitische Iraakse regering van Nouri al-Maliki mee verantwoordelijk voor de escalatie van het conflict.
‘De regering sluit de soennieten uit van het politieke proces en treedt brutaal op met massa-arrestaties, oneerlijke processen en folteringen in de gevangenis’, vertelt Witson op de site van Human Rights Watch.
De veiligheidstroepen van de regering zorgen ook voor terreur. ‘De veiligheidstroepen voerden in april samen met het leger een gewapende aanval uit op een protestkamp in het soennitische dorp Hawija en vermoordden daarbij 44 burgers’, stelt Witson.
Radicaal geweld Het autoritaire optreden van de sjiitische regering van Maliki zorgt ervoor dat soennitische groeperingen radicaliseren. Militante Al-Qaidagroeperingen en radicale soennieten voeren geregeld aanvallen uit tegen burgers en regeringstroepen. Veiligheidsofficieren leggen de schuld van het geweld dan ook bij soennitische islamieten en bij de Iraakse vleugel van Al-Qaida.
De soennieten zijn onderling ook verdeeld. De gematigde soennieten zijn bereid om te onderhandelen met de regering van Maliki maar radicale soennieten zijn evenwel stevig gekant tegen Maliki.
De burgeroorlog in buurland Syrië tussen soennitische rebellen en president Bashar al-Assad heeft het conflict in Irak bovendien verergerd. Soennitische en sjiitische Irakezen hebben de grens overgestoken naar Syrië om mee te vechten in de burgeroorlog. Daardoor zijn de spanningen tussen beide islamitische strekkingen nog toegenomen. (WK)
