In de Iraakse stad Mosoel worden de eerste tekenen genoteerd van gewapend verzet tegen de Islamitische Staat. Vooral de vernieling van moskeeën en andere heligdommen zit de bewoners hoog.
Toen de extremistische moslimleger van de Islamitische Staat (voorheen ISIS) recent de stad Mosoel innam, liet het er geen gras over groeien, schrijft The new York Times. Meteen werd een bijzonder strenge vorm van de sharia ingevoerd. Roken werd verboden. Vrouwen moesten hun gezicht bedekken. Christenen werden verjaagd. Plaatselijke hoogwaardigheidsbekleders die het daar niet mee eens waren, werden geëxecuteerd.
Vervolgens begonnen de strijders van de Islamitische staat het straatbeeld te zuiveren van wat volgen hen zondige bouwwerken zijn. Het meest notoire voorbeeld daarvan is de Moskee van de profeet Younis (Arabisch voor de Bijbelse profeet Jonas; dezelfde die door een walvis werd ingeslikt).
Die moskee is van historisch belang, omdat de overleveringen willen hij op de plek staat waar Jonas in de achtste eeuw voor Christus begraven werd. De jihadi’s maakten hem met explosieven met de grond gelijk.
“We huilden toen ze hem opbliezen”, zei buurtbewoner Abdulmalik Mustafa aan de New York Times. “We konden niet geloven dat de geschiedenis van Mosoel verdwenen was. Ik wilde doodgaan.”
Vuurgevechten
Een reeks andere moskeeën en heiligdommen werd eveneens vernietigd. Op de lijst van af te breken bouwwerken stond ook de scheve minaret van Mosoel, een symbool van de stad dat ouder is dan de scheve toren van Pisa en afgebeeld staat op het Iraakse briefje van 10.000 dinar.
Dat nam de bevolking van de tweede grootste stad van Irak niet. Toen een woedende menigte zich rond de toren verzamelde, bliezen de IS-militanten hun plannen tot nader order af.
Het was het eerste teken van verzet tegen de Islamitische Staat, schrijft de New York Times. In eerste instantie waren de inwoners van de stad de IS niet ongenegen, vooral omdat ze het gehad hadden met hun corrupte stadsbestuur. Dat sloeg om dat de militanten begonnen het culturele erfgoed van Mosoel te vernielen.
Groepjes gewapende bewoners hebben vuurgevechten geleverd met de militanten. Daarbij werden IS-strijders gedood, maar vervolgens werden ook burgers geëxecuteerd. Een grootschalige opstand is het nog niet, maar het verzet zou groeien.
“Het ongeorganiseerde groepen die op dit moment met ISIS vechten”, zei bewoner Khalis Jumah aan de New York Times. “Als we macht en bevoorrading hadden, zouden we ISIS de stad uit kunnen schoppen.”
Onvrede
Dat doet in Washington de hoop rijzen dat er wat te doen is aan de heerschappij van de islamitische staat in delen van Irak, schrijft de New York Times. De strategie zou erin bestaan om soennitische groepen die allianties zijn aangegaan met de IS opnieuw los te weken van de jihadi-strijdmacht.
Die benadering werd ook al gebruikt ten tijde van de Amerikaanse bezetting van Irak. Toen werden Soennitische groepen betaald om tegen Al-Qaeda in Irak te vechten. Ook toen heerste er onder de bevolking onvrede over de brutale wijze waarop de jihadi’s heersten in de gebieden die ze controleerden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier