‘Op avonden met regen of mist is het altijd prijs’

Het oude grenshek en de nieuwe grensmuur tussen Mexico en de VS in San Diego. © NARCISO CONTRERAS

Met de Muur van Trump in het vooruitzicht willen veel Mexicanen nog gauw de grens over. De prijzen van de smokkelaars gaan de hoogte in. ‘Ik wil mijn kind niet in een wereld laten opgroeien waar jongens op hun dertiende worden doodgeschoten.’

‘Of een muur tussen de VS en Mexico helpt om illegalen buiten te houden? Natuurlijk. We ervaren het zelf. Sinds het nieuwe hek er staat, is het aantal arrestaties van overstekende nieuwkomers drastisch afgenomen. Van 628.000 arrestanten in 1986 tot 30.000 per jaar sinds 2012. ‘

Eduardo Olmos, agent bij de Amerikaanse grenswacht in het district San Diego, knikt bevestigend naar de kilometerslange afsluiting die zich voor ons uitstrekt. Een vijf tot zes meter hoog hek van metaalgaas, afgezet met grote rollen prikkeldraad, splijt het glooiende landschap in tweeën. We staan aan Amerikaanse zijde, op een paar kilometer van de kust, waar het hek tientallen meters doorloopt in de Stille Oceaan. Achter het metaalgaas ligt de Mexicaanse stad Tijuana, beroemd vanwege de marihuana, seks en rijkelijk vloeiende tequila, berucht om de vele gewelddadige drugskartels.

We zijn op stap met de Amerikaanse grenswacht, die volop in de belangstelling staat nu president Donald Trump een muur langs de complete zuidgrens van de VS wil bouwen, maar liefst 3326 kilometer lang. In het kader van de beloofde hardere aanpak van illegalen wil Trump voorts dat de grenswacht met 5000 nieuwe krachten wordt uitgebreid, samen met 10.000 nieuwe immigratieagenten.

‘We wéten dat een muur mensen tegenhoudt’, benadrukt Eduardo Olmos. ‘Over politiek mogen we niet praten, daar heeft het voor ons niets mee te maken. Dit is onze job, dit zijn de feiten. In combinatie met 2400 grenswachten in deze regio, nieuwe camerasystemen, sensoren en nachtkijkers, blijkt dat dit hek – in feite hetzelfde als een muur – zijn dienst heeft bewezen. Alleen is het maar twintig kilometer lang.’ Hij wijst naar de bergen links van ons: ‘Daar steken meer migranten over. De route is een stuk gevaarlijker, mensen zijn dagen onderweg om de grens te bereiken.’

Een twintigtal meter achter het metaalgazen exemplaar staat nog een hek, een soort schutting van twee meter hoog. Het is de oude afzetting tussen Amerika en Mexico, neergezet begin jaren negentig en 74 kilometer lang. Doel destijds was het tegenhouden van auto’s. Achter de schutting begint Mexico.

Wat verderop ontdekken we een gat in de oude afsluiting. ‘Slaat nergens op’, zegt Olmos. ‘De muur is zo laag dat je er makkelijk over springt.’ Hij heeft het nog niet gezegd of er verschijnt een man in de opening. Hij klimt door het gat en rent vervolgens als een haas langs de muur, richting kust. Meteen daarna verschijnt nog een man die de andere kant op rent. Olmos en zijn collega horen via hun radio dat de Mexicaanse grenswacht de twee op de hielen zit. We zien het stof van hun auto opwaaien achter de muur. Ze volgen de man die richting kust rent. De andere is al uit het zicht verdwenen. Olmos kijkt wat verbouwereerd. ‘Ik doe dit werk al tien jaar, maar dit heb ik nog niet meegemaakt’, klinkt het droog. We horen geluiden van een sputterende motor. Het is de wagen van de Mexicaanse grenswacht achter de muur die stokt en tot stilstand komt. Intussen is de tweede vluchteling ook uit het oog verdwenen. Ik kan me voorstellen hoe de Mexicanen in hun auto zitten te vloeken.

We speuren de omgeving af. Niemand meer te zien. Behalve een figuur die vanaf het oude hek net als wij de boel in de gaten houdt. ‘Vermoedelijk een spotter’, zegt Olmos. ‘Die zijn langs de hele grens actief. De migranten steken over wanneer wij wisselen van wacht, of op andere momenten van afleiding. De spotters volgen alles. Op avonden met regen of mist is het altijd prijs. Vaak snijden de migranten een gat in het nieuwe hek. Dat gaat snel, in een halve minuut hebben ze het metaalgaas doorgebrand. Meestal zijn ze met drie man. Eén snijdt een gat, de andere twee trappen het in. Vorig jaar waren er 540 pogingen om via zo’n gat over te steken. Soms gebruiken de migranten ladders van zes meter lang om over het hek te kruipen. Eenmaal boven leggen ze dekens of tapijten op het prikkeldraad of ze knippen het door. Als ze niet durven te springen, duwen de smokkelaars hun klanten soms gewoon naar beneden. Er vallen veel gewonden.’

Tussen de twee hekken staat een auto. De reparatiedienst is al bezig het gat in de oude afsluiting te herstellen. Eduardo haalt zijn schouders op. ‘Ik weet ook wel dat er altijd mensen zullen zijn die het blijven proberen. Iemand die echt de grens over wil, laat zich niet tegenhouden door een hek. Vraag het maar aan onze collega’s in Texas, bij de Rio Grande. Daar hadden ze zo’n 40.000 arrestaties de afgelopen twee maanden. De meeste nieuwkomers in deze regio zijn overigens nog altijd Mexicanen, in tegenstelling tot de berichten over een toename uit Midden-Amerika. Van de 31.000 arrestanten vorig jaar waren er 25.000 afkomstig uit Mexico.’

Olmos is even stil. ‘Het is spannend werk. Daarom doe ik het graag. Er is veel kritiek op onze job, maar vergeet niet dat we ook criminelen tegenhouden. En smokkelaars oppakken. Er gaan enorme hoeveelheden drugs de grens over, onder andere via tunnels. Mensen gebruiken die tunnels niet, ze dienen louter voor criminele doeleinden. We zien schrijnende situaties. De smokkelaars zijn keihard. Laatst vonden we een familie met drie kleine kinderen. Achtergelaten in de bergen. De smokkelaar had hun laatste voorraad water meegenomen omdat hij die zelf nodig had.’

Nieuwe stroom gedeporteerden

Al veroorzaken Trumps dreigementen aan het adres van illegale immigranten veel onrust, voorlopig is er nog niets veranderd aan de grens. Tijdens de regeerperiode van Obama werd al volop ingezet op deportatie van migranten: meer dan 2,5 miljoen mensen werden teruggestuurd in de periode 2009-2015. Waarmee Obama de president van de meeste deportaties is. Degenen die werden uitgezet hadden meestal een misdrijf begaan, waaronder ook lichte overtredingen. Mensenrechtenadvocaten vrezen dat het onder Trump veel erger zal worden. Niet alleen criminelen zullen worden uitgewezen, maar ook een fors deel van de 11 miljoen illegalen in de VS, mensen die tot nu toe jarenlang werden gedoogd.

De regels worden sowieso strenger: er komt een snelle uitzettingsprocedure voor nieuwkomers zonder papieren als ze binnen de twee jaar ergens in de VS worden opgepakt. Tijdens Obama gold die regel alleen voor nieuwkomers die nog geen twee weken in de VS waren en opgepakt werden binnen een zone van 160 kilometer vanaf de grens. Ook mensen die hun kinderen binnensmokkelen, riskeren nu vervolging voor mensenhandel of uitzetting. Verder worden niet alleen Mexicanen, maar ook mensen uit Midden-Amerika naar Mexico gedeporteerd. Die moeten daar hun procedure afwachten. Mexico vreest dan ook dat het straks een aanzienlijke nieuwe stroom gedeporteerden moet opvangen. ‘Wij accepteren deze eenzijdige beslissing niet’, reageerde de Mexicaanse minister van Buitenlandse Zaken Luis Videgaray vorige week. Na Trumps beledigingen dat alle Mexicanen dieven en verkrachters zijn en zijn plannen om de Noord-Amerikaanse Vrijhandelsovereenkomst (Nafta) te heronderhandelen, is zijn uitzettingsplan de zoveelste klap in het gezicht van de zuiderburen. De verhouding tussen beide landen is sinds jaren niet meer zo slecht geweest.

‘Het is een totaal onvoorspelbare situatie’, zegt Nicole Ramos, een Amerikaanse advocate in Tijuana die gespecialiseerd is in vreemdelingenrecht. ‘Want hoe kun je iemand die niet uit Mexico afkomstig is, maar bijvoorbeeld uit Honduras of Guatemala, naar Mexico deporteren terwijl hij of zij daar niet de papieren voor heeft? Dat is compleet idioot. Trumps beleid ruïneert jaren en jaren werk op het vlak van mensenrechten. Ik weet niet wat Mexico zal doen, maar het land heeft het recht om zich te verzetten tegen die eenzijdige maatregel van de VS en kan dus weigeren niet-Mexicanen op te vangen. Als dat gebeurt, zullen die mensen in Amerikaanse privégevangenissen terechtkomen, waarmee dan weer grof geld kan worden verdiend. De privésector zal maar wat graag tienduizenden nieuwe bedden vullen met migranten.’

Ook Jorge Bustamante maakt zich grote zorgen om de toekomst van illegale migranten in de VS. Hij is prof aan het ge-renommeerde Colegio de la Frontera Norte (Colef), een onderzoeksinstituut in sociale wetenschappen dat zich focust op het Amerikaans-Mexicaanse grensgebied. ‘In verschillende Amerikaanse steden heeft de immigratiedienst ICE (‘Immigrations and Customs Enforcement’) half februari honderden mensen zonder papieren gearresteerd, in het kader van de zogeheten operatie Cross Check. Volgens minister van Binnenlandse Veiligheid John Kelly ging het om een normale, jaarlijkse procedure. Maar velen getuigen van een klopjacht in de latinowijken, waarbij veel meer mensen werden opgepakt dan voorgaande jaren.’

Nietsontziende drugskartels

In de opvanghuizen van migranten die in Tijuana wachten om over te steken, is de sfeer gelaten. Pal aan het strand, op twintig meter van het grenshek, verblijft een dertigtal mensen in een krakkemikkige woning. De regen sijpelt door het dak, de kussens en matrassen op de grond stinken van het vocht. Een jonge vrouw bakt tostadas, geroosterde tortilla’s, op een vuurtje terwijl de wind om het huis giert en we de golven horen beuken. De vrouw komt uit Honduras, ze is zwanger en is samen met haar man gevlucht voor het extreme bendegeweld in haar land. ‘Niet iedereen is een economische vluchteling’, zegt ze wat tries-tig. ‘Ik wil mijn kind niet in een wereld laten opgroeien waar jongens op hun dertiende worden doodgeschoten. Maar nu we hier aan de Amerikaanse grens staan, durf ik niet meer verder. Ik ben bang dat ze ons meteen oppakken en terugsturen. Het enige wat we kunnen doen, is wachten. Op het goeie moment.’

Ook Mexicanen gaan op de loop voor het geweld in bepaalde gebieden. Complete gezinnen uit deelstaten als Michoacán, Veracruz, Chihuahua en Tamaulipas proberen in de VS een veilig bestaan te vinden, ver weg van de nietsontziende drugskartels die de hele regio onder controle hebben, inclusief de politie en andere overheidsdiensten. Redenen voor vertrek zijn een combinatie van armoede en geweld. De helft van de bevolking van 129 miljoen inwoners zou onder de armoedegrens leven.

In de kamer naast het ‘fornuis’ controleren twee Mexicanen het dak. Boven een van de matrassen loopt het water in straaltjes naar binnen. Miguel Angel Robles, een blonde Mexicaan uit de buurt van Mexico-Stad, wacht ook op het juiste moment om het hek over te klimmen. ‘Het is niet makkelijk, maar ik heb het al een paar keer eerder gedaan. Ik ga naar de VS om te werken. In Mexico verdien ik nog geen 30 euro per week, in de VS veel meer. Als ik genoeg heb gespaard, keer ik voor een jaar terug naar Mexico en leef van mijn centen. Nu ga ik het opnieuw in Amerika proberen. Papieren krijg ik niet. Dan maar zonder.’

Hugo Castro werkt bij de Border Angels, een ngo die zich aan beide zijden van de grens inzet voor immigranten. ‘Veel Mexicanen steken meerdere keren over. Als ze worden uitgezet, keren ze gewoon terug. Nu het passeren moeilijker wordt door het beleid van Trump, stijgen de prijzen van smokkelaars: 500 tot 1000 dollar hoger dan vorig jaar. Wie louter de grens over wil, betaalt doorgaans 1000 dollar. Wil je bijvoorbeeld tot aan Los Angeles worden gebracht, tel je al gauw 5000 dollar neer. De smokkelaars zitten overal, maar verderop naar het oosten is het erg gevaarlijk geworden. Sinds een goed jaar draait de ontvoeringsindustrie van migranten op volle toeren. Het gebeurt ook hier in Tijuana, maar aan de grens bij Texas loopt het de spuigaten uit. Smokkelaars of hun medewerkers pakken migranten op, bellen vervolgens met de familie in de VS en dwingen die om geld te betalen. Meestal bedragen van 10.000 tot 20.000 dollar want dat wekt geen argwaan op als je het van de bank haalt. Wie geen familie heeft die betaalt, wordt vaak botweg vermoord en in de woestijn gedumpt. Als de Mexicaanse politie een vermoorde migrant vindt, wordt dat al te vaak afgedaan als drugsgerelateerd. Wat betekent dat er verder geen onderzoek komt.’

Voor dood achtergelaten

De volgende dag ontmoeten we Efren Guevara Galindo (50). Hij verblijft in een migrantenopvang in de heuvels van Tijuana. Galindo vluchtte onlangs halsoverkop uit de deelstaat Chihuahua, grenzend aan Texas en New Mexico. Hij zit onder de wonden, waarvan een aantal nog in het verband, en is zwaar getraumatiseerd. Zijn verhaal verscheen op een Spaanstalige zender in de VS. Galindo werd ontvoerd en voor dood achtergelaten nadat bleek dat er geen losgeld voor hem werd betaald. Hij was acht maanden oud toen zijn grootvader – die hem adopteerde – hem naar Texas in de VS bracht. Na 46 jaar werd hij gedeporteerd.

‘Ik renoveerde hotels, in heel Amerika. Omdat ik vaak van huis was, vergat ik mijn verblijfsvergunning opnieuw te verlengen. Toen ik na een avondje stappen werd aangehouden met te veel alcohol op achter het stuur, moest ik terug naar Mexico. In 2014 was dat. Ik ging naar Chihuahua, waar ik ben geboren. Maar het was een regelrechte schok. Ik had mijn hele leven in Texas gewoond, mijn vrouw, zes kinderen en vijftien kleinkinderen wonen er nog altijd. In Chihuahua kwam ik terecht in de hel, ik kan het niet anders omschrijven. Ik verbleef in de grensstad Ojinaga waar ik in de bouw aan de slag kon. Het geweld in de stad was ongezien. Er werd constant geschoten, overdag en ’s nachts. Op straat, in lege huizen, overal lagen doden met gaten in hun hoofd. Aan de bruggen hingen mensen ondersteboven, aan één been. Zonder armen, zonder hoofd. Ik zag hoe mensen beroofd werden, ontvoerd. De overheid doet niets, de politie wordt betaald door de kartels. De situatie in Mexico is overal hetzelfde aan de grens, tot aan de oostkust toe. Na een paar weken besloot ik te vertrekken.

‘Als vreemdeling in Ojinaga is de kans namelijk groot dat je gedwongen wordt als ‘muilezel’ te werken, drugskoerier. Om dat te voorkomen, vroeg ik asiel aan in de VS. Ik zat negen maanden vast, de procedure duurt lang. Toen mijn aanvraag werd geweigerd, moest ik terug naar Mexico. Dan maar zonder asiel de grens over, dacht ik. Ik wilde terug naar mijn familie, naar mijn leven. Dus betaalde ik 3000 dollar aan een coyote (smokkelaar). We staken de rivier over en moesten wachten, vlak bij een grenspost. Na een paar dagen trokken we de grens over. Maar ik werd meteen aangehouden, zat vier maanden vast en werd opnieuw naar Mexico gedeporteerd.’

En toen ging het pas echt mis.

‘Terug in Ojinaga wilde ik de eerste paar dagen in een migrantenopvang doorbrengen. Ik was er te voet op weg naartoe, samen met twee andere mannen en een vrouw, allemaal uitgezette Mexicanen. We droegen een kleine, rode tas van de immigratiedienst, we waren duidelijk herkenbaar als gedeporteerden. Plots reed een witte vrachtwagen langs. Hij sneed ons de pas af en stopte. De chauffeur sprong eruit, gewapend met een klein machinegeweer en een mes, gevolgd door twee mannen die uit de laadbak kwamen. Instappen, klonk het. Ik weigerde, waarop hij een mes in mijn rug stak. We konden niet veel anders dan doen wat ze zeiden. Na een rit van zo’n 15 minuten stopte de vrachtwagen bij een ranch waar we in een kamer werden opgesloten, pal naast de keuken. De deur zat met een ketting op slot, maar ze stond op een kier, zodat we alles konden horen. Zo begrepen we dat er mensen uit Honduras, El Salvador en Guatemala werden vastgehouden. Het was enorm druk in het huis, er werd constant heen en weer gelopen. Leider van de bende was een vrouw. Ik heb haar één keer gezien.’

De ontvoerders wilden geld. Tienduizend dollar. In de papieren van Efren Galindo vonden ze de telefoonnummers van zijn zoon en een zus.

‘Ik zei dat ik niet wist wie ze waren. Ze belden de nummers, maar de zoon en zus namen niet op. Omdat er ‘anoniem’ op hun schermpje verscheen, begreep ik later. Na twee dagen vruchteloos bellen werden ze kwaad. ‘Snijd hem’, zei de bazin. Waarop ze mijn arm vastnamen en er een stuk uit sneden.’

Galindo wikkelt het verband af en toont ons een gapende wond. ‘Dit is van bijna twee maanden geleden. Ik werd ook in mijn andere arm gestoken, en geschopt en geslagen. Ik heb suikerziekte en mijn armen raakten geïnfecteerd, ze zwollen enorm op. Ik werd zo ziek en zwak dat ik niet meer kon opstaan. Door de infectie werd ik doof, ook mijn zicht ging achteruit. Op zeker moment ben ik bewusteloos geraakt. Hoe lang weet ik niet. De ontvoerders moeten gedacht hebben dat ik het niet zou halen en dumpten me. Ik kwam bij bewustzijn in een beek. Het was nacht en ijskoud. Ik lag half in het water. Ik wachtte tot de zon opkwam, wist uiteindelijk overeind te krabbelen en volgde de bandensporen van de wagen waarmee ze me gebracht hadden. Eenmaal bij de weg aangekomen, bleef ik staan. Ik moet er niet uit hebben gezien, onder het bloed. Toch stopte er een wagen. De bestuurder bracht me naar een ziekenhuis, in een andere stad meer dan vier uur rijden verder. Omdat hij begreep dat het niet veilig was om in Ojinaga te blijven, iedereen werkt er samen. Na twintig dagen was ik min of meer hersteld en ben ik meteen naar Tijuana gegaan, zo ver mogelijk weg van Ojinaga. Dat is drie weken geleden. Nu heb ik maar één wens: naar huis.’

Een mensenrechtenadvocaat is bezig om Efren Galindo zo snel mogelijk terug naar de VS te brengen.

Door JOANIE DE RIJKE, foto’s NARCISO CONTRERAS

‘Vaak snijden de migranten een gat in het nieuwe hek. Dat gaat snel, in een halve minuut hebben ze het metaalgaas doorgebrand.’

‘Wie de grens over wil, betaalt 1000 dollar. Wil je tot Los Angeles worden gebracht, tel je al gauw 5000 dollar neer.’

‘Ojinaga was de hel. Overal lagen doden. Aan de bruggen hingen mensen ondersteboven, aan één been. Zonder armen, zonder hoofd.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content