Italiaanse verkiezingen: Berlusconi, de weg van het minste kwaad

Frank Vandecaveye
Frank Vandecaveye Freelancejournalist

Vier weken voor de parlementsverkiezingen worden de machtsverhoudingen – althans volgens de opiniepeilingen – duidelijk, al zegt dat voorlopig niets over hoe de volgende regering er zal uitzien. Een balans.

De verrassing van deze verkiezing is de zoveelste comeback van Silvio Berlusconi die op 81-jarige leeftijd met een nieuwe facelift nog eens komt bewijzen dat hij nooit helemaal uitgeteld is, ook niet door een effectieve veroordeling voor belastingsfraude uit 2013. Heel wat van zijn andere processen voor fraude, witwaspraktijken, corruptie en omkoping van getuigen zijn verjaard na ellenlange juridische uitputtingsslagen of zijn nog aan de gang.

Als miljardair en premier bezondigde hij zich voortdurend aan belangenvermenging en gebruikte hij zijn parlementaire meerderheid om met ad hoc-wetgeving het gerecht te ontlopen of zijn media-imperium te beschermen. En de onthullingen over decadente bunga-bunga-seksfeesten met (minderjarige) prostituees in zijn Sardische villa hielden wekenlang Italië in hun greep.

Maar nu is Il Cavaliere tot inkeer gekomen en presenteert hij zich in de herfst van zijn leven als de minzame vader van de natie, die zijn imago van geile vrouwenloper heeft ingeruild voor dat van dierenvriend met de witte poedel Dudu aan zijn zijde. En bij de Italianen komt hij ermee weg, vooral bij vrouwelijke 65-plussers, zo blijkt uit peilingen.

Waarom kan hij wat andere politici niet kunnen ? In de eerste plaats omdat hij als miljardair beschikt over communicatiekanalen waar andere politici alleen maar kunnen van dromen : via zijn controle over het internationale mediabedrijf Mediaset kan hij op zijn commerciële televisiestations Canale 5 en Rete 4 bijna dagelijks zijn neoliberale en conservatieve politieke boodschappen over het land spuien. Gelardeerd met grappen, want Il Cavaliere is een geboren entertainer, volgens zijn tegenstanders een leugenachtige paljas.

Ten tweede omdat hij zich als redder des vaderlands opwerpt tegen de dreigende chaos van de Vijfsterrenbeweging, net zoals hij in de jaren negentig opriep tegen de dreiging van het communisme.

En tenslotte omdat hij met veel gevoel voor timing handige deals weet te sluiten. Berlusconi weet dat hij met de electorale score van zijn Forza Italia (ongeveer 16 procent) geen verkiezingen kan winnen. Daarom heeft hij een alliantie gesmeed met de postfascistische Fratelli d’Italia van Georgia Meloni – Mussolini-nostalgici – en de xenofobe Lega, voorheen Lega Nord, van Matteo Salvini en met enkele kleinere centrumpartijen. Die alliantie trok voor het eerst samen naar de kiezer bij de regionale verkiezingen in Sicilië en sleepte er de gouverneurszetel in de wacht.

Voor het premierschap moet Berlusconi passen, omdat hij tot 2019 geen politiek mandaat meer mag uitoefenen, ook niet dat van parlementslid. Tegen dat vonnis trok hij naar het Europese Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg, maar de uitspraak zal wellicht vallen na de de verkiezingsdatum 4 maart.

Kieswet bepaalt strategie

Volgens de Termometro Politico stond op 30 januari de rechtse alliantie op kop met een gemiddelde van 36,4 procent in de verschillende peilingen. Dat is een kloof van 8,4 procent met de Vijfsterrenbeweging (28,2 procent) en van 9,3 procent met de alliantie van centrumlinkse lijsten rond de Partito Democratico (27,1 procent). Volgens de ingewikkelde nieuwe kieswet zou rechts met zijn allergunstigste peilinguitslag tot op heden nog steeds 17 zetels tekortkomen voor een absolute meerderheid, schat peilingbureau Ipsos.

Nieuwe kieswet bevoordeelt allianties

Voor een parlementaire meerderheid moet één van de drie blokken (centrumrechts, centrum links, Vijfsterrenbeweging) minstens 40 procent halen volgens de nieuwe kieswet, de Rosatellum (genoemd naar de indiener van het wetsontwerp Ettore Rosato, de PD-fractievoorzitter in de Kamer). Het nieuwe kiessysteem bepaalt dat 232 zetels volgens het meerderheidsstelsel worden toegekend aan gemeenschappelijke alliantiekandidaten en 386 proportioneel aan de partijkandidaten. In de vorige kieswet (Italicum) kreeg de grootste partij een forse bonus Kamerzetels om comfortabel te kunnen regeren en dat zou in de kaart hebben gespeeld van de grootste partij, de Vijfsterrenbeweging. Vandaar haar hevig protest tegen de Rosatellum. Omdat de Vijfsterrenbeweging principieel elke alliantie afwijst profiteert ze ook niet van het meerderheidsstelsel.

Het akkoord van ‘Centrum’-rechts ?

Op 18 januari tekenden Berlusconi, Salvini, Meloni en nog enkele centrumpartijtjes samen het coalitieakkoord van ‘centrodestra’ in Berlusconi’s villa in Arcore. De belangrijkste gemeenschappelijke programmapunten zijn een hele reeks belastingverlagingen, de invoering van een vlaktaks en drastische maatregelen tegen de migratie. Voor Berlusconi is een vlaktaks van ongeveer 23 procent het sluitstuk van een ‘liberale revolutie’. Het is een verkiezingsbelofte die hij eerder al eens in de jaren negentig heeft gelanceerd, maar nooit heeft uitgevoerd.

Die vlaktaks moet het huidige progressieve belastingstelsel vervangen en zal volgens de huidige minister van Economie Pier Carlo Padoan de staat 27 miljard euro kosten. Matteo Renzi, leider vande PD, stelde het in de krant La Repubblica nog scherper : ‘Die vlaktaks is een transfer van de mechanieker, die inlevert, naar miljonairs als Berlusconi en Beppe Grillo‘, zei hij.

Berlusconi, Meloni en Salvini
Berlusconi, Meloni en Salvini© Belga Image

De afspraak in de rechtse coalitie is dat de partij die de meeste stemmen behaalt de premier levert. Op dit moment is dat Forza Italia dat ongeveer 3,5% is uitgelopen op de Lega. Maar Salvini is ervan overtuigd dat zijn Lega de grootste wordt en hij dus het premierschap zal kunnen opeisen. ‘Salvini Premier’ is de base line van zijn campagne. Berlusconi houdt het bij de variant ‘Berlusconi presidente’ (de premier wordt in Italië de ‘Presidente del Consiglio‘ genoemd). Omdat hij zelf geen premier kan worden, zal hij de fakkel doorgeven aan huidig europarlementsvoorzitter Antonio Tajani of een andere niet nader genoemde kandidaat.

Maar er is meer dan het premierschap dat de buitenproportionele ego’s van Berlusconi en Salvini scheidt. Berlusconi doet er alles aan om zijn gehechtheid aan Europa in de verf te zetten, maar tijdens zijn regeerperiode lapte hij voortdurend afspraken met Europa aan zijn laars. In 2011 viel hij uit de gratie van Angela Merkel en de Europese Unie, omdat hij in volle eurocrisis weigerde de economische hervormingen door te voeren, die Italië uit de wurggreep van de financiële markten moest houden. Italië dreigde de hele eurozone mee te sleuren. Het werd zijn zwanezang.

Maar sinds het voorjaar van 2017 is hij met een charmeoffensief bezig zich weer in de gunst te werken van Merkel en de Europese Volkspartij (EVP) waarvan zijn Forza Italia deel uitmaakt. Voor zijn rechtse alliantie met de Lega kreeg hij alvast de zegen.

Waarom zou de EVP overigens bezwaar maken, als ze de Oostenrijkse zusterpartij ÖVP van Sebastian Kurz liet betijen toen hij een regering vormde met de xenofobe FPÖ en de Hongaarse premier Viktor Orban nog steeds zijn zin doet.

Op 22 januari van dit jaar bracht Berlusconi een bezoek aan Europese Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker en de EVP in Brussel en beloofde er plechtig dat als hij aan de macht komt hij de Europese begrotingsnorm voor een maximaal deficit van 3 procent van het bnp zou respecteren.

Salvini drukte hem echter meteen met zijn neus op punt drie van het centrumrechtse alliantieprogramma dat de Italiaanse belangen en grondwet voorrang geeft op de Europese regelgeving. Salvini is uitgesproken anti-Europees en heeft lak aan de 3%-norm. Net als zijn geestesverwante Marine Le Pen vindt hij de euro en de eurozone een mislukking, maar sinds zijn verbond met Forza Italia is hij wel vager geworden over het italexit-referendum dat hij de Italianen wil voorleggen. De afscheiding van Padanië (Noord-Italië) staat ook niet langer bovenaan de agenda sinds Salvini het roer in handen kreeg bij de Lega Nord.

Zijn absolute core business is de strijd tegen de immigratie. Hij wil een half miljoen illegalen het land uitzetten als hij premier wordt. Berlusconi hamert evenzeer op het terugdringen van de immigratie en wil Salvini zijn gang laten gaan, maar dan als minister van Binnenlandse Zaken. Salvini’s modellen zijn Trump, Poetin en Orban. Vooral het Hongarije van Orban charmeert hem: ‘Premier Orban verdedigt zijn grenzen, zijn banken, zijn eigen munt en blokkeert elke immigratie’, zei hij in de krant La Stampa.

Matteo Salvini
Matteo Salvini© Belga Image

Populisten nemen het niet nauw met de betaalbaarheid van hun programma. Berlusconi, die een dam wil opwerpen tegen het populisme, evenmin. Als tegenzet tegen het bestaansminimum van 780 euro in het M5S-programma belooft hij een minimumpensioen van 1000 euro per maand. Komt daarbij dat hij een barslechte reputatie meesleept om nooit zijn beloftes te houden. De torenhoge Italiaanse staatsschuld van 157% tenslotte wil hij naar 100% terugbrengen door privatiseringen.

M5S, dromerig en gebrek aan realisme

De Vijfsterrenbeweging (M5S) zet zich al jaren af tegen wat ze de oude politiek noemt. Ze is erg populair bij jongeren die niet langer geloven in de beleidspartijen als Partito Democratico en Forza Italia. Ze is ook milieubewust en omarmt de sociale media als democratisch forum. Vooral in de Mezzogiorno (Zuid-Italië), waar de jeugdwerkloosheid piekt, scoort ze goed.

Maar met het aantreden van de 31-jarige Luigi di Maio als kandidaat-premier is ze langzaam haar koers aan het bijsturen naar een partij die toont dat ze beleidsverantwoordelijkheid aankan. Bij de voorstelling van het verkiezingsprogramma van M5S op haar website lijkt ze ook niet langer een referendum te eisen waarin de Italianen zich kunnen uitspreken over een uittreding uit de eurozone.

Dat programma wordt samengesteld op basis van directe onlinedemocratie, het Rousseau-platform, waar leden van de beweging thema’s, wetsvoorstellen en amendementen op de agenda kunnen zetten en daarover stemmen. De belangrijkste progammapunten zijn de invoering van een leefloon van 780 euro, de belastingvrijstelling voor inkomens onder 10.000 euro, de afschaffing van 400 overbodige wetten en de besparing van 50 miljard euro (!) op politieke instellingen. In het woelige debat over vaccinatie na een uitbraak van een mazelenepidemie ten slotte koos de beweging duidelijk stelling tegen de verplichting om te vaccineren.

Di Maio weet dat M5S met de nieuwe kieswet geen schijn van kans maakt om de verkiezingen te winnen en op eigen kracht een regering te vormen. Daarom kant hij zich niet langer tegen samenwerking met andere partijen. Hij wil het twintigpuntenprogramma van zijn beweging na de verkiezingen voorleggen aan de kandidaten van andere partijen. De enige twee kandidaten die bereid zijn te praten, zijn de radicaal-linkse Liberi e Uguali (LeU) van Pietro Grasso en de uiterst rechtse Lega van Salvini. Bij de meeste M5S-leden gaat de voorkeur uit naar de LeU.

De vaak sloganeske rechtlijnigheid van hun voorstellen verraadt de afkeer van ingewikkelde regelgeving en de beroepspolitiek (achterkamerpolitiek). 5MS zet daarom liever gewone burgers op haar kieslijsten. Dat een dergelijke keuze ook een keerzijde heeft, bewijst het M5S-bestuur van de stad Rome, dat door incompetentie en schandalen wordt geteisterd en niet bepaald een uithangbord is voor de beweging.

Haar stichter, de komiek Beppe Grillo, die samen met internetspecialist Gianroberto Casaleggio de beweging opstartte, heeft dan weer de reputatie niet echt gesteld te zijn op afwijkende meningen. Vaak werden de afvalligen via een uitgelokte internetstemming uit de beweging gezet. Berlusconi noemt Grillo de leider van een sekte. Dat verwijt kan hij hem niet langer maken want Grillo lijkt afscheid te hebben genomen van zijn beweging en op een nieuwe blog zijn eigen weg te zijn ingeslagen.

Partito Democratico verdeeld

Tenzij er een mirakel gebeurt, wordt de grote verliezer van de verkiezingen de sociaaldemocratische Partito Democratico (PD). Wonderboy Matteo Renzi, die zijn PD bij de Europese verkiezingen in 2014 nog naar een eclatante zege (41 procent) leidde, schoot zich sindsdien enkele keren in de voet en het tij keerde.

Eind 2016 moest hij als premier opstappen nadat hij zijn lot had verbonden aan een referendum over een grondwetswijziging voor de hervorming van de Senaat en de regio’s, dat hij verloor. Omdat de Senaat achterbleef met zijn oude proportionele kiessysteem moest de kieswet voor de kamer daaraan worden aangepast. Het resultaat was een nieuwe kieswet die proportionaliteit met een meerderheidsstelstel combineerde en op maat was gemaakt voor coalities en niet langer voor grote partijen.

Niet de verdeelde PD, maar de brede rechtse coalitie van Berlusconi zou daaruit het meeste munt slaan. Weer bleek Renzi te hebben geblunderd. Ook de PD wist een alliantie te vormen. Maar PiuEuropa van voormalig minister van Buitenlandse zaken Emma Bonino, Civica Popolare van minister van Volksgezondheid Beatrice Lorenzin, die een campagne voert voor vaccinatie en de roodgroene lijst Insieme, zijn kleine partijtjes met geringe electorale meerwaarde.

Matteo Renzi
Matteo Renzi© Belga Image

Erger nog, tot zijn grote frustratie heeft Renzi niet kunnen beletten dat enkele oudgediende partijkopstukken (Pier Luigi Bersani, Massimo d’Alema) rond Senaatsvoorzitter en voormalig maffiajager Pietro Grasso de linkse scheurlijst Liberi e Uguali (LeU) hebben gevormd, omdat ze Renzi te vriendelijk vonden voor bedrijven en banken. Die lijst kan een niet te verwaarlozen 6 procent van het kiespubliek bekoren. Nu de nederlaag van links nakend is, geven PD en LeU elkaar de schuld voor de splitsing. Pier Luigi Bersani zei in La Repubblica dat hij ervan overtuigd is dat Renzi aanstuurt op een coalitie met Berlusconi’s Forza Italia en dat hij daarom geen compromissen wilde sluiten met LeU en dat hij ook daarom gematigde kopstukken de PD-kieslijsten laat aanvoeren.

Regeringsbalans: too little too late

Kan Renzi dan geen enkel palmares voorleggen ? Toch wel, als voorbeeldige Europeaan ruimde hij het puin uit de Berlusconi-jaren, waarmee het zakenkabinet van Mario Monti in 2011 was begonnen. Hij hield zich zo goed en kwaad hij kon aan het opgelegde Europese bezuinigingsbeleid, waardoor hij vaak de budgetten ontbeerde voor meer drastische maatregelen. Hij snoeide in de bureaucratie en zette de hervorming verder van het pensioensysteem dat in 2011 door Elsa Fornero werd opgestart en dat de pensioenen betaalbaar moet houden in een land dat in een recordtempo vergrijst.

Met zijn Jobs Act maakte hij het aanwerven en ontslaan in bedrijven eenvoudiger en creëerde naar eigen zeggen sinds 2014 één miljoen arbeidsplaatsen. Maar voor grote groepen lage inkomens die hoge verwachtingen hadden in de linkse regering bleef dat onvoldoende in een land dat nauwelijks sociale bescherming biedt tegen werkloosheid en inkomensverlies. Italië kent nog steeds een bedroevend lage tewerkstellingsgraad (57,3 procent van de beroepsbevolking), de hoogste werkloosheid van de eurozone na Spanje en Griekenland en vooral een torenhoge jeugdwerkloosheid (33 procent).

Vooral de jongeren keren zich af van de PD. Door de Jobs Act krijgen ze wel tijdelijke en stagecontracten aangeboden, maar ze zien met lede ogen aan hoe de oudere generaties de vaste banen blijven bezetten.

Dankzij de doortastendheid van zijn minister van Binnenlandse Zaken Marco Minniti boekte Renzi zelfs resultaten bij het indijken van de immigratiegolven. De populaire Minniti slaagde erin in de tweede helft van 2017 met meer patrouilleboten en betere ondersteuning van de Libische kustwacht en met hulp van de Italiaanse marine het aantal bootvluchtelingen dat op Italiaanse kusten landde drastisch in te perken van 23.000 in juni naar iets meer dan 5000 in oktober en november.

Hij maakte ook – soms controversiële – afspraken met gewapende Libische clans om de instroom van vluchtelingen aan de zuidelijke grens van Libië te controleren. Zonder die drastische ingrepen zou de score van de Lega wellicht nog veel hoger liggen. Maar de honderdduizenden vluchtelingen in de Italiaanse steden blijven koren op de molen voor de tirades van Salvini.

Renzi verwijt de Vijfsterrenbeweging bestuurlijke incompetentie in de stad Rome en vindt dat ze overdreven veel de nadruk legt op sociale uitkeringen in plaats van jobcreatie om welvaart te creëren. Forza Italia herinnert hij aan de financiële puinhoop die ze hebben achtergelaten tijdens de eurocrisis. Hij roept de Italianen op om een nuttige stem uit te brengen op de PD en niet op LeU of M5S.

Maar als compromisloze hervormer die enkele keren op zijn bek ging en een te magere balans kan voorleggen is hij stilaan zelf een probleem voor zijn partij. Zijn grootste troef is misschien wel Paolo Gentiloni die als efficiënte en alom gerespecteerde eerste minister in de pop polls de lijst aanvoert van meest betrouwbare Italiaanse politici.

Europa en president Mattarella spelen rol achter de schermen

Zoals de kaarten in de peilingen liggen haalt geen enkel blok de absolute meerderheid, tenzij centrumrechts in een massaal offensief van Berlusconi’s tv-imperium toch nog de 40%-grens overschrijdt. In dat laatste geval is het waarschijnlijk dat Forza Italia als derde partij van het land het premierschap opeist. Maar helemaal ondenkbaar is het niet dat euroscepticus Salvini de beste score behaalt. Uiterst rechts wordt traditioneel ondergewaardeerd in de peilingen. Dat zou al een kleine nachtmerrie zijn voor Europa.

Haalt geen enkel blok de meerderheid dan maakt mathematisch ook een eurosceptische coalitie van de Vijfsterrenbeweging en de Lega een kans. In het derde land van de Europese Unie is dat het ultieme worst case scenario voor Juncker en co. Hoeft het nog te verbazen dat ze er in Brussel niet helemaal gerust in zijn en Berlusconi als het minste kwaad beschouwen.

In de Italiaanse pers wordt er ook op gezinspeeld dat president Sergio Mattarella Berlusconi en Renzi aan de mouw zal trekken om het maar samen eens te proberen. Hoewel ze elkaars programma afschieten, hebben ze evenmin een veto uitgesproken tegen elkaar en dat maakt vooral Salvini bijzonder wantrouwig. Zo’n grote coalitie zou Berlusconi het voordeel bieden dat hij ditmaal zijn coalitiegenoot de schuld kan geven voor al die verkiezingsbeloftes die hij weer eens niet heeft gehouden.

Partner Content