Een Amerikaan die sinds 2007 vermist is in Iran, bleek zonder goedkeuring te werken voor de CIA.
De Amerikaan Robert Levinson die zeven jaar geleden verdween in Iran, was daar op een missie van de geheime dienst CIA. Dat zegt het persagentschap AP. Tot dusver heeft de Amerikaanse overheid altijd volgehouden dat hij op zakenreis was in het land.
Robert Levinson was een FBI-agent op rust. Volgens een onderzoek van het persagentschap AP werd hij in 2007 als vrije werknemer naar Iran gestuurd door een team van de CIA. Daar moest hij informatie verzamelen over corruptie en getuigenissen over het kernprogramma van Iran. De inlichtingendienst had die missie echter nooit formeel goedgekeurd.
Intern schandaal
Toen de feiten bekend raakten, leidde dat tot een groot intern schandaal bij de CIA. Volgens AP heeft de inlichtingendienst zo’n 1,8 miljoen euro betaald aan de familie van Levinson om de zaak stil te houden. Sindsdien zijn naar aanleiding van zijn verdwijning drie CIA-analisten ontslagen en hebben er zeven anderen een berisping gekregen.
Het onderzoek van AP kan bogen op de getuigenissen van topdiplomaten en vertrouwelijke documenten. Naar verluidt heeft het persbureau er op aandringen van het Witte Huis sinds 2010 al drie keer mee ingestemd om de kwestie uit het nieuws te houden. De VS beweerden namelijk een kans te zien om Levinson weer thuis te krijgen en lekken in de pers konden zijn vrijlating bemoeilijken.
Medewerking
Over de identiteit van de ontvoerders van Levinson en de locatie waar de voormalige FBI-agent wordt vastgehouden, tast Washington nog steeds in het duister. Meteen na het sluiten van de overeenkomst tussen Iran en de Westen in november hebben Amerikaanse diplomaten er bij de Iraniërs op aangedrongen hun medewerking te verlenen in het dossier. (YD)
