‘Hou de gastarbeiders aan het werk, vooral de negers’: de slavenarbeid achter het Witte Huis

© Reuters

Sinds de speech van Michelle Obama op de Democratische Conventie, waarin ze van het Witte Huis zei dat het gebouwd werd door slaven, is er steeds meer aandacht voor de arbeiders die het iconische gebouw hebben opgetrokken. Historicus Clarence Lusane is er al jaren meer bezig: ‘Michelle vermeldde een deel van de geschiedenis dat de meeste mensen niet op school leren.’

De toespraak van first lady Michelle Obama op de Democratische Conventie maandag kon op heel wat bijval rekenen. Een van de zinnen die de monden deed openvallen, was Obama’s vaststelling dat ze ‘elke morgen ontwaakt in een huis dat door slaven is gebouwd.’ Veel Amerikanen beschouwden dat als een mooie metafoor, maar het is wel degelijk een feit. Dat weet ook econoom Paul Krugman.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Toch zullen 1 miljoen bezoekers die het Witte Huis jaarlijks over de vloer krijgt daar geen enkele vermelding van kunnen zien. Jammer, vindt historicus Clarence Lusane. Voor zijn boek The Black History of the White House deed de historicus uitgebreid onderzoek naar de slaven die de ambtswoning van de president optrokken. In The Washington Post noemt hij de uitspraak van Michelle Obama een kantelpunt in de geschiedenis van de Verenigde Staten.

‘Als scholier kreeg ik nooit te horen dat veel onze presidenten niet alleen slaven bezaten, maar ook dat het bekendste gebouw van ons land een resultaat is van slavenarbeid.’ – Clarence Lusane, historicus

‘Ze vermeldde een deel van onze geschiedenis dat de meeste mensen niet op school leren’, zegt Lusane. ‘Als scholier kreeg ik nooit te horen dat veel onze presidenten niet alleen slaven bezaten, laat staan dat het bekendste gebouw van ons land een resultaat is van slavenarbeid.’ Op het Capitool, het gebouw waar het parlement samenkomt, wordt het wel vermeld, net als bij de Liberty Bell in Philadelphia.

Bekwame ambachtslui

Volgens de website van de White House Historical Association spraken de bouwmeesters Afro-Amerikaanse werkkrachten – zowel slaven als vrijen – aan toen het een probleem werd om Europese arbeiders te vinden. Uiteindelijk zouden het zwarten worden die het leeuwendeel van het werk verrichten in het Witte Huis en in heel wat andere regerings- en overheidsgebouwen. Hoeveel slaven er exact hebben meegewerkt, is niet bekend. Toch weten historici vrij veel over hen. ‘We kennen een aantal namen van slaven’, zegt Lusane. ‘Sommigen van hen waren bekwame ambachtslui, zoals de schrijnwerkers en metsers. We hebben de betalingsbewijzen van hun eigenaars.’

In een steengroeve in Virginia werden slaven opgeleid om stenen te kappen. Later zouden Schotse metsers daarmee de muren van het Witte Huis maken. Naast Afro-Amerikanen werkten ook blanke werkkrachten uit Maryland en Virginia and immigranten uit Ierland en Schotland mee.

‘In alle bouwberoepen waren wel slaven actief, van schrijnwerkerij over beglazen tot schilderen en metsen. Het hout hakken en stenen kappen was quasi alleen voor de slaven’ – Congresrapport uit 2005

Ook in de marmer- en zandsteengroeven zwoegden ze. Het werk was er eenzaam, de leefomstandigheden pover. ‘Hou de gastarbeiders aan het werk van zonsopgang tot zonsondergang, in het bijzonder de negers’, schreven de drie supervisors aan de uitbater van een steengroeve.

Kortom, het slavenwerk was hard en vuil, zegt Lusane. ‘Ze moesten bomen kappen, moerassen droogleggen, vuil en rotsen verwijderen en met materiaal sleuren vanuit afgelegen steengroeves.’ De historicus is er bijna zeker van dat er mensen het leven lieten bij de werken. ‘Ze bouwden de hele stad, wat zo’n tien jaar in beslag nam. Voeg daar het harde werk en de mogelijkheid op verwondingen en ziekten aan toe…’

‘Negro hire’

Een task force van het Congres vond in 2005 al heel wat bewijzen voor de betrokkenheid van slaven in de constructie van het Capitool. Ook daar zijn de betalingsdocumenten een belangrijk bewijs. ‘Drie supervisors, die in dienst van president George Washington de bouwwerken coördineerden, maakten tussen 1795 en 1801 385 betalingen over een slaveneigenaars. Ze gebruikten het eufemisme ‘Negro hire’.’ Uiteindelijk kon de task force geen exact aantal slaven bepalen. Dat het hard labeur was, staat wel vast. ‘In alle bouwberoepen waren wel slaven actief, van schrijnwerkerij over beglazen tot schilderen en metsen. Het hout hakken en stenen kappen was quasi alleen voor de slaven’, klonk het rapport toen.

‘Dit soort verhalen krijgt weinig aandacht in de Amerikaanse geschiedenis. We zijn nog steeds geneigd om presidenten positief voor te stellen’ – Clarence Lusane, historicus

In een interview uit 2011 had Lusane het ook uitgebreid over de intieme, zelfs dwangmatige relatie die veel van de vroege leiders van de VS hadden met hun slagen. Zo is er het verhaal van Oney Judge, een slavin van president Washington die kon ontsnappen. Washington probeerde haar te kidnappen, maar Judge, die toen al als een vrije vrouw leefde, kon ontkomen. Toen ze in de tachtig was, leerde ze nog lezen. ‘Dit soort verhalen krijgt weinig aandacht in de Amerikaanse geschiedenis. We zijn nog steeds geneigd om presidenten in een positief daglicht te stellen.’

Het werk van de slaven mag dan ondergesneeuwd zijn in de Amerikaanse geschiedenis, je kunt er aan de oostkust van de VS niet naast kijken. ‘Alle grote gebouwen aan de kust, van bibliotheken tot universiteiten en stadhuizen – zijn het werk van slaven. Ze konden timmeren en metsen, hadden zelfs verstand van ontwerp en architectuur.’ Nu nog een duidelijke vermelding in het Witte Huis? Lusane hoopt erop. ‘Zo kan het land eindelijk vooruitgaan’, vindt hij. ‘Vanuit haar perspectief, dat van een zwarte vrouw, was haar uitspraak uniek. De toon zat perfect. Ze praatte over problemen, gebaseerd op verschillen, maar zonder die verschillen te verscherpen. Het is een waardevolle geschiedenisles.’ (JVL)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content