Historisch proces tegen ‘Pinochet van Afrika’ van start

Voormalige dictator Tsjaad Hissène Habré © Reuters

In Senegal start het proces tegen de voormalige dictator van Tsjaad, Hissène Habré. Hij is verantwoordelijk voor 40.000 politieke moorden, systematisch martelen en duizenden willekeurige arrestaties.

Met het proces tegen de vroegere Tsjadische dictator Hissène Habré, dat vandaag start in Dakar, wordt er voor het eerst een vroegere machthebber in een ander land berecht voor schendingen van de mensenrechten. Bovendien wordt het eerste proces in Afrika op basis van het principe van universele jurisdictie. Voor de Franse krant Le Monde vormt het proces ‘een ommekeer voor justitie in Afrika.’

Habré (72) staat terecht voor de door Senegal en de Afrikaanse Unie opgerichte Buitengewone Afrikaanse Kamers van de Senegalese rechtbanken.

In de lange aanloop naar het proces heeft het er ook enige tijd op geleken dat het proces in België zou doorgaan. Een Senegalese rechter klaagde de “Afrikaanse Pinochet” in 2000 al aan, maar oud-president Abdoulaye Wade hanteerde alle mogelijke achterpoortjes om het maar niet tot een proces te laten komen. Eind 2000 dienden dan drie Belgen van Tsjadische origine een klacht in, en vier jaar lang werd de zaak onderzocht. Habré werd in beschuldiging gesteld en in 2005 werd om zijn uitlevering gevraagd, maar zover kwam het nooit.

‘Droom die werkelijkheid wordt’

Dat Habré zich, 25 jaar nadat hij van de macht verdreven werd na de staatsgreep door huidig president Idriss Déby Itno en naar Senegal vluchtte, toch zal moeten verantwoorden, is voor Human Rights Watch ‘de verdienste van de volharding van Habrés slachtoffers en hun bondgenoten bij ngo’s’

Nadat Senegal in 2006 van de Afrikaanse Unie de vraag kreeg om Habré, ‘namens Afrika’, te berechten, kwam het evenmin snel tot een beslissing over een proces. Het was pas nadat het Internationaal Strafhof, in 2012, oordeelde dat Senegal ‘zonder verder uitstel’ Habré moest berechten, dat de nieuwe Senegalese president Macky Sall alles in het werk stelde om het inderdaad tot een proces te laten komen. In juli 2013 werd Habré opgepakt, en sindsdien zit hij opgesloten.

De Zuid-Afrikaanse Nobelprijswinnaar Desmond Tutu had het daarom, niet onterecht, over een ‘eindeloze politieke en wettelijke soap.’ Dat het nu toch tot een proces komt, is voor de slachtoffers ‘een droom die werkelijkheid wordt’.

Niet aanwezig

Eind november 2012 werd over de financiering een akkoord gesloten, voor een totaalbedrag van 8,6 miljoen euro. België draagt, samen met Tsjaad, de EU, de Afrikaanse Unie en verschillende andere westerse landen, bij aan de financiering van het proces. Voor België gaat het om een bedrag van 500.000 euro.

Het ziet er echter niet naar uit dat Habré, of zijn advocaten, het proces zullen bijwonen. ‘Hij erkent de jurisdictie van deze rechtbank niet’, zegt een van zijn advocaten. ‘Op een proces verschijnen is een recht, geen verplichting.’

Politieke moorden

De oud-dictator is aangeklaagd voor misdaden tegen de menselijkheid en martelingen, en van oorlogsmisdaden op basis van zijn hoge verantwoordelijkheid. Hij regeerde van 1982 tot 1990 als een tiran over Tsjaad. Een 714 pagina’s tellend rapport van mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW) wees Habré al aan als verantwoordelijk voor duizenden politieke moorden, systematisch martelen en duizenden willekeurige arrestaties.

Een Tsjadische Waarheidscommissie beschuldigde Habré in 1992 van 40.000 politieke moorden. Het meeste misbruik werd uitgevoerd door Habrés gevreesde Direction de la documentation et de la sécurité (DDS). De directeurs van de DDS waren vertrouwelingen van Habré, behoorden tot zijn etnie of waren familie.

Kritiek op ICC

Hissène Habré en koning Boudewijn in 1987
Hissène Habré en koning Boudewijn in 1987 © Reuters

Dat Habré zich, 25 jaar nadat hij van de macht verdreven werd na de staatsgreep door huidig president Idriss Déby Itno en naar Senegal vluchtte, toch zal moeten verantwoorden, is voor Human Rights Watch ‘de verdienste van de volharding van Habrés slachtoffers en hun bondgenoten bij ngo’s.’ Dat die verantwoording niet voor het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag gebeurt, heeft ermee te maken dat die rechtbank enkel bevoegd is voor feiten gepleegd na 2002, de oprichting van de rechtbank.

In de plaats daarvan werd gebruik gemaakt van het principe van ‘universele jurisdictie.’ Dat is een ‘belangrijk vangnet om te verzekeren dat verdachten van wreedheden geen straffeloosheid genieten in een derde staat als ze niet vervolgd kunnen worden in het land waar de misdaden gepleegd werden, of voor een internationale rechtbank’, aldus HRW. De laatste jaren was vanuit Afrika regelmatig kritiek gekomen op het ICC, omdat het vooral Afrikanen zou viseren. Voor HRW is dit proces ‘een belangrijke stap vooruit in het nemen van verantwoordelijkheid door Afrikaanse staten, om ernstige internationale misdaden te vervolgen.’

Levenslang

De zittingen zijn gepland van 20 juli tot 22 oktober. Als Habré schuldig verklaard wordt, start een nieuwe fase waarin eventuele schadevergoedingen onderzocht zullen worden. Hij kan veroordeeld worden tot levenslang, zonder een mogelijke strafverlichting zoals amnestie of gratie. Bijna 4.000, rechtstreekse en onrechtstreekse, slachtoffers hebben zich burgerlijke partij gesteld.

Tijdens zijn acht jaren aan de macht kreeg Habré steun van de Verenigde Staten en Frankrijk, die de dictator beschouwden als een buffer voor de Libische dictator Moammar al-Kadhafi. (Belga/AVE)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content