Fire and Fury-auteur Michael Wolff: ‘Trumps medewerkers proberen het land tegen hem te beschermen’

Donald Trump in het Oval Office: 'Zijn kinderen hebben meer te zeggen dan zijn ervaren medewerkers.' © Reuters

De lancering van het boek Fire and Fury joeg Donald Trump de gordijnen in. Auteur Michael Wolff staat er met verwondering naar te kijken. ‘Ik had met plezier een ander boek geschreven, een boek over Trump als succesvol president. Maar ik heb geen enkele aanwijzing gevonden.’

Het waren spannende dagen voor Michael Wolff (64), toen we onze afspraak met hem hadden. De eerste voorpublicaties van zijn boek over Donald Trump in het Witte Huis waren net verschenen, en het zat eraan te komen dat Fire and Fury in Washington een storm teweeg zou brengen. Toen probeerde de Amerikaanse president de publicatie tegen te houden. Wolffs uitgever reageerde laconiek: hij besliste om het boek net snéller in de handel te brengen. De New Yorkse journalist werd op slag beroemd als ‘de man die Trump uitdaagde’.

Het blijft vreemd: het is geen journalist van The New York Times of The Washington Post die het Witte Huis doet daveren. Het is een societycolumnist van Hollywood Reporter en Vanity Fair die het vertrouwen won van de president en zijn medewerkers. Trump had Wolff toegelaten tot het Witte Huis om getuige te zijn van zijn eerste 100 dagen als president. Het zouden er 200 worden – blijkbaar was iemand vergeten om hem na 100 dagen weer buiten te zetten. We ontmoetten Wolff niet in Washington, maar in zijn thuisstad New York.

Toen ik Trump zei dat ik een boek wilde schrijven, zei hij: “Een boe-oek?” Binnen de seconde verloor hij zijn interesse.

U beschrijft in uw boek de eerste maanden van Donald Trump in het Witte Huis, en komt tot de conclusie dat de man mentaal niet in staat is om zijn werk te doen. Daarmee stelt u zijn presidentschap fundamenteel ter discussie. Was dat uw opzet?

Michael Wolff: Het was niet mijn bedoeling om Trump te schaden. Ik had met plezier een ander boek geschreven, een boek over Trump als succesvol president – dát zou pas een bijzonder boek zijn geweest. Maar ik heb geen enkele aanwijzing gevonden.

Uw boek heeft zware gevolgen. Trump heeft zijn voormalige chef-strategie Steve Bannon buitenspel gezet, en probeert via Twitter te bewijzen dat hij mentaal wél in orde is – de man noemt zichzelf ‘een stabiel genie’. Wat mogen we nog allemaal verwachten?

Wolff: Eerlijk, ik weet het ook niet. Ik ben al vreselijk verrast door wat het boek teweeg heeft gebracht. Het gaat tenslotte maar over een boek. En veel van wat ik schrijf, is niet nieuw.

U geeft veel voorbeelden die erop wijzen dat Trump geestelijk gestoord zou zijn. U schrijft dat hij oude vrienden van zijn golfclub niet meer herkent, dat hij voortdurend en steeds vaker hetzelfde zegt. Lijdt hij aan dementie?

Wolff: Dat kan ik niet zeggen, ik ben geen arts. Maar als je een gesprek voert met iemand die voortdurend hetzelfde herhaalt, dan vind ik dat alarmerend.

Kunt u iets vertellen over een van de keren dat u Trump in het Witte Huis hebt ontmoet?

Wolff: Nee.

Waarom niet?

Wolff: Omdat die ontmoetingen niet on the record waren, ze waren niet voor publicatie bedoeld. Hij begon telkens weer over de media. Als ik hem in de wandelgangen tegenkwam, begon hij bijvoorbeeld te klagen over de late night shows op tv. (snel) Ik zei net dat ik niet over die ontmoetingen zou praten en ik doe het nu toch. Ach wat. Er was een grappig voorval toen hij eens begon te klagen over Saturday Night Live (comedyshow waarin acteur Alec Baldwin een striemende persiflage op Trump opvoert, nvdr.) Hij zei: ‘Die zijn stout, die zijn zeer, zeer stout.’ En ik antwoordde: ‘Ach, dat is toch gewoon wat de mensen van dit programma verwachten?’ Waarop hij antwoordde: ‘Maar ze zijn zeer, zeer stout.’ En ik zei: ‘Trek het u niet zo aan. Negeer dat toch gewoon.’ En hij keek me aan en zei: ‘Maar Michael, ze zijn zeer, zeer, zeer stout.’ En ik dacht: okéééé…

Hoe vaak hebt u hem ontmoet?

Wolff: Niet zo vaak. Maar dat hoefde ook niet, want het boek gaat over wat mensen die elke dag met hem samenwerken over hem denken.

Fire and Fury-auteur Michael Wolff: 'Trumps medewerkers proberen het land tegen hem te beschermen'
© Belga Image

U kon de eerste maanden van zijn presidentschap bijna ongehinderd het Witte Huis binnenlopen. Hoe kreeg u het voor elkaar om Trump te overtuigen van uw boekproject?

Wolff: Ik heb hem na de verkiezingen gevraagd of ik een boek mocht schrijven over zijn eerste 100 dagen als president. Hij dacht eerst dat ik op zoek was naar werk, maar toen ik nog eens benadrukte dat ik gewoon een boek wilde schrijven, zei hij – ik herinner het me nog heel goed: ‘Een boe-oek?’ Binnen de seconde verloor hij zijn interesse. Ook toen ik later op het boek terugkwam, zei hij alleen nog: ‘Ach, ach, ja natuurlijk.’ Ik heb Kellyanne Conway(een van Trumps belangrijkste adviseurs, nvdr.) daarvan op de hoogte gebracht, en daarna heb ik op geregelde tijdstippen het Witte Huis bezocht.

Hoe moeten we ons dat precies voorstellen?

Wolff: Ik maakte gewoon een afspraak. Ik zei dat ik met goedkeuring van de president aan een boek werkte, en omdat niemand precies wist hoe de vork aan de steel zat, kon ik daar bij momenten hele middagen zitten en kijken hoe het er toegaat. Hoe vaker ze me zagen zitten, hoe meer ze me als een deel van het meubilair gingen beschouwen. Soms kwam iemand me zomaar iets vertellen, en soms hing ik wat rond in de West Wing (het operationele hart van het Witte Huis, waar ook de persruimte is, nvdr.).

Kan dat zomaar? Is die niet streng beveiligd?

Wolff: (lacht) Je kunt daar zomaar rondlopen.

Waar was u het meest bang voor?

Wolff: Dat Rupert Murdoch, de grote mediabaas, lucht zou krijgen van mijn boek en Trump zou vertellen dat hij me eruit moest gooien. Ik vreesde dat Murdoch mijn achilleshiel was.

Dat mag niet verbazen. Murdoch heeft u ooit uitgebreid toegelaten tot zijn inner circle, waarna u een heel kritisch boek over hem schreef.

Wolff: Inderdaad. En toch heeft hij Trump vreemd genoeg nooit voor mij gewaarschuwd. Hoewel ze geregeld met elkaar telefoneren.

De medewerkers van Trump begonnen na een maand of zes heel anders over hem te denken, schrijft u. Hoe scherp was die omslag?

Wolff: In het begin was iedereen enthousiast om die eigenaardige maar door het volk verkozen president bij te staan. De meesten kenden hem helemaal niet. Bij andere presidenten hadden de medewerkers al twee, drie jaar samengewerkt met de kandidaat voordat hij naar het Witte Huis verhuisde, maar Trump had niet zo’n ingewerkt team. Tijdens mijn laatste weken in het Witte Huis, toen Trumps medewerkers hem bij het dagelijkse werk hadden leren kennen, waren ze allemaal volstrekt gedesillusioneerd door zijn woedeaanvallen, zijn koppigheid en door het feit dat zijn kinderen meer te zeggen hebben dan zijn ervaren medewerkers.

Steve Bannon beschouwde Trump steeds meer als een probleem voor zijn nationalistische project.

Waarom houden de meesten er dan niet mee op?

Wolff: Voor een stuk omdat nu eenmaal hun carrière op het spel staat. Maar ik denk ook dat ze het ergste willen voorkomen. Ze zijn er om hem zo veel mogelijk op het goede spoor houden. Zijn medewerkers proberen Trump onder controle te houden, hoewel ze weten dat hij niet te controleren valt. Ze beschouwen het min of meer als hun taak om hun land tegen Trump te beschermen.

Een van uw belangrijkste gesprekspartners in het Witte Huis was Steve Bannon, die na zeven maanden werd ontslagen als chef-strategie. U noemt hem een briljant strateeg. Bannon moet toch goed hebben geweten wie u was en wat de risico’s waren als hij met u praatte?

Wolff: Bannon raakte meer en meer gefrustreerd over Trump, en hij beschouwde hem steeds meer als een probleem voor zijn nationalistische project. Bannon was ervan overtuigd dat ‘zijn’ kandidaat Roy Moore de tussentijdse verkiezingen voor de Senaat in Alabama zou winnen, en dat hij daarna afstand zou kunnen nemen van Trump. (Het liep anders: Moore verloor, onder andere wegens beschuldigingen van kindermisbruik, nvdr.) Hij zou mijn boek gebruiken om zich te distantiëren van Trump, die hij steeds meer als een idioot begon te zien.

Bannon beschuldigde Trumps oudste zoon, Donald Trump Junior, van landverraad. Dat heeft hij intussen teruggenomen…

Wolff: (snel) Nee, hij neemt die beschuldiging niet terug. Dat klopt niet. Hij zegt alleen dat zijn aanklacht van landverraad niet voor Donald Junior maar voor Paul Manafort (een andere Trump-adviseur, nvdr.) bedoeld was. Wat totaal belachelijk is.

Zou u Bannon dat fragment uit jullie gesprek kunnen laten horen op tape?

Wolff: Hij wéét dat ik het opgenomen heb. Daarom heeft hij ook zijn andere uitspraken over Donald Trump Junior niet teruggenomen, bijvoorbeeld dat speciaal bemiddelaar Robert Mueller hem als een ei heeft opgeklopt. Bannon wil de schade beperken, maar hij kan zijn uitspraken niet terugnemen.

Veel journalisten hebben geprobeerd om Trumps politiek te verklaren. Uw boek gaat bijzonder weinig over politiek.

Wolff: Alleen al omdat ik denk dat politiek Trump niet interesseert. Volgens mij moet je Trump niet proberen te verklaren door te beschrijven hoe hij de hervorming van de gezondheidszorg aanpakt. Dat is het verhaal niet. De journalisten in Washington wisten van bij het begin niet hoe ze over Trump moesten schrijven. Ik ontdekte hoe het moet.

Michael Wolff

– 1953: geboren in Paterson, New Jersey

– 1974: debuteert in The New York Times, verhuist al snel naar het tijdschrift New Times.

– 1998: bestseller met Burn Rate, een boek over zijn dotcombedrijf. Krijgt kritiek wegens feitelijke fouten en ‘verzonnen of verdraaide’ quotes.

– 1998: wordt vaste columnist bij New York Magazine

– 2005: mediacolumnist bij Vanity Fair ?

– 2008: publiceert The Man Who Owns the News, een biografie van mediamogol Rupert Murdoch.

– 2018: publiceertFire and Fury: Inside the Trump White House

Trump staat erom bekend dat hij wraakzuchtig kan zijn. Bent u niet bang dat u bijvoorbeeld plots een belastingcontrole krijgt?

Wolff: (lacht) Hij hééft al een klacht tegen mij ingediend. Trump is de eerste president in de geschiedenis van de Verenigde Staten die een klacht indient wegens smaad en schending van de morele levenssfeer. Volgens mij is dat een contradictie, als je president bent van de Verenigde Staten. Dus ja, hij is wraakzuchtig. Maar hij is ook onbekwaam, en daarom maak ik me niet al te veel zorgen.

En wat met zijn extremistische aanhangers? Het huis van de vrouw die Roy Moore in Alabama ten val bracht door hem ervan te beschuldigen dat hij haar als kind had aangerand, is in vlammen opgegaan.

Wolff: Die arme vrouw woont in Alabama, ik woon in Greenwich Village in New York. Ik woon niet te midden van de Trumpaanhangers. Ik denk dat een Trumpfanaat nogal zou opvallen op West 9th Street.

Tv-icoon Oprah Winfrey liet weten dat ze er ‘ernstig over nadenkt’ om zich bij de presidentsverkiezingen in 2020 kandidaat te stellen voor de Democraten. Hebt u haar al een volgende boekproject voorgesteld?

Wolff: (lacht) Goed idee!

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content