Europese ministers beraden zich over Spaanse banken

© Reuters

De ministers van Financiën van de eurozone komen bijeen om zich te beraden over Europese steun voor de Spaanse banksector. Het treffen vormt het startschot van een tiendaagse die de wereld moet overtuigen dat Europa wel degelijk haar financiële problemen de baas kan.

De ministers van Financiën van de eurozone komen in Luxemburg bijeen om zich te beraden over Europese steun voor de Spaanse banksector. Volgens een anonieme Europese diplomaat zou Madrid tijdens de vergadering een formele vraag om steun indienen. Het treffen vormt het startschot van een tiendaagse die de wereld moet overtuigen dat Europa wel degelijk haar financiële problemen de baas kan.

De ministers hebben enkele weken geleden al aangegeven dat ze tot 100 miljard euro ter beschikking willen stellen om de noodlijdende Spaanse banken te ondersteunen. Het precieze bedrag staat nog niet vast, maar donderdag zouden de auditeurs Roland Berger en Oliver Wyman de eerste bevindingen van hun onderzoek naar de financiële noden van de banken presenteren aan de Spaanse regering. Op basis van die audit zou de Spaanse regering dan een officiële vraag indienen.

Maar het is niet enkel de omvang van de Spaanse krater die voor onduidelijkheid en nervositeit op de financiële markten zorgt. Ook de precieze voorwaarden zijn nog onderwerp van discussie. Zo probeert de Spaanse regering te bedingen dat de Europese steun zo weinig mogelijk impact zou hebben op het begrotingstekort en de overheidsschuld. Evenmin is duidelijk waar het geld voor de Spaanse banken vandaan zal komen: het tijdelijke noodfonds EFSF of het permanente noodfonds ESM dat op 9 juli operationeel zou moeten worden. De meeste eurolanden verkiezen het ESM omdat ze dan als eersten in de rij kunnen staan om geld te recupereren indien Spanje overkop zou gaan.

Tot dusver hebben enkel Frankrijk, Griekenland en Slovenië de ESM-ratificatie voltooid. Het EFSF heeft geen voorrang op andere schuldeisers. Met een steunpakket op maat van de banksector heeft de regering van premier Mariano Rajoy vooralsnog vermeden dat Spanje in navolging van Griekenland, Ierland en Portugal zou moeten instemmen met een algemeen hervormingsprogramma en dat het land onder versterkt toezicht komt te staan.

Het plan heeft echter de druk op de Spaanse rente niet gemilderd. Die bevindt zich al een tijdje in de gevarenzone. Dinsdag betaalde Spanje meer dan 5 procent op obligaties op twaalf maanden en begin deze week schoot de rentevoet op tien jaar door het plafond van 7 procent, wat op termijn als onhoudbaar wordt aanzien. In de slipstream staat ook de Italiaanse rente weer onder druk. Vorige zomer ging de Europese Centrale Bank massaal Spaans en Italiaans schuldpapier opkopen om de druk te verlichten.

Rome en Madrid zouden ditmaal azen op het EFSF, dat sinds vorig najaar ook dergelijke ingrepen kan doen. Dat gaat echter gepaard met een pak voorwaarden. Niet enkel moet de ECB eerst nagaan of er uitzonderlijke financiële omstandigheden en risico’s voor de financiële stabiliteit bestaan, de banken mogen evenmin met solventieproblemen kampen. Ook moet het land instemmen met hervormingen en versterkt toezicht. Met name de Italiaanse premier Mario Monti zou pleiten voor een soepeler regime. Hij sprak van “een versterking van de stabiliteit van de eurozone via mechanismen die goede leerlingen belonen door ervoor te zorgen dat landen die de regels over de openbare financiën respecteren zouden genieten van minder abnormale spreads (het renteverschil tussen een land en Duitsland, nvdr)”.

In een reactie zei de woordvoerder van eurocommissaris voor Economische en Monetaire Zaken Olli Rehn alvast dat hij geen weet heeft van een Italiaans of Spaans verzoek. Hij wees er bovendien op dat dergelijke operaties geen substituut mogen vormen voor budgettaire inspanningen en structurele economische hervormingen. “Het kan de markten wat kalmeren voor een tijdje, maar verhelpt niets aan de oorzaken van de onrust op de financiële markten. Het is financiële paracetamol”, zo liet hij optekenen.

Verwacht wordt niettemin dat het onderwerp ter sprake zal komen om de vergadering die Monti in Rome belegt met Rajoy, de Franse president Francois Hollande en de Duitse bondskanselier Angela Merkel. Enkele dagen nadat de vier leiders op de G20-top in Mexico de boodschap meekregen om “alle noodzakelijke maatregelen” te nemen, willen ze in Italië het pad effenen voor de Europese top van 28 en 29 juni. Daar zou een consensus over de verdieping van de economische en monetaire unie de wereld duidelijk moeten maken dat de euro “onomkeerbaar” is.

De Franse premier Jean-Marc Ayrault erkende dat echte Europese obligaties niet voor de nabije toekomst zijn. Duitsland eist immers dat er voorafgaand meer soevereiniteit wordt overgeheveld naar het Europese niveau, dit om te verhinderen dat landen opnieuw de financiële teugels gaan vieren. Parijs blijft intussen wel ijveren voor meer bescheiden alternatieven. De baas van de Duitse centrale bank Jens Weidmann zei echter dat ook light-versies van de euro-obligaties geen optie vormen. Ayrault brak ook een lans voor een Europese bankenunie met gemeenschappelijk toezicht en een gemeenschappelijk stelsel voor depositogaranties. Parijs blijft ook pleiten voor een banklicentie voor het ESM. Duitsland en Frankrijk zetten zich wel samen schrap voor de invoering van een taks op financiële transacties, één van de pijlers van het plan van 120 miljard euro waarmee Hollande de economische groei in Europa wil aanzwengelen.

Over het geladen dossier bestaat echter grote verdeeldheid, wat vrijdag opnieuw zal blijken wanneer de ministers van Financiën van de overige tien lidstaten aanschuiven bij hun collega’s van de eurozone. Onder de ministers van de eurozone wordt ook de Griekse situatie opnieuw tegen het licht gehouden. Zoals bekend stuurt de nieuwe Griekse premier Antonis Samaras aan op een herziening van het steunprogramma. Zo zou hij volgens de Griekse pers het uitgestippelde begrotingspad met twee jaar willen opschuiven. Knopen worden er echter nog niet doorgehakt. Eerst gaan experts in Griekenland de achterstand opmeten die het land heeft opgelopen bij de uitvoering van het programma. (Belga/RDM)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content