Turks president Erdogan en Mustafa Yeneroglu, de voorzitter van het mensenrechtencomité in het Turks parlement, hebben de harde maatregelen na de mislukte staatsgreep verdedigd. Erdogan beschuldigde het Westen ervan ‘de kant van de putschisten te hebben gekozen’.
President Recep Tayyip Erdogan laakte de kritiek van het Westen bij een spoedzitting van de Diyanet, de Turkse religieuze raad. ‘Het Westen heeft de kant van de putschisten gekozen’, stelt Erdogan, ‘en niet de kant van de regering die zich ertegen verzet’.
Woensdag verwierp ookMustafa Yeneroglu, net als Erdogan van de AK-partij, op de Duitse radiozender Deutschlandfunk de kritiek van mensenrechtenorganisatie Amnesty International. Eind vorige maand drukte die haar bezorgdheid uit over het lot van de Turkse gedetineerden. Die zouden volgens ‘geloofwaardige aanwijzingen’ gefolterd en mishandeld worden. Veel Westerse, maar ook Turkse stemmen klagen over een ‘uitholling van de rechtsstaat’.
‘Het moet duidelijk zijn dat Turkije, na de mislukte staatsgreep waarbij honderden doden en duizenden gewonden vielen, zich in een noodtoestand bevindt en duidelijk en hard moet terugslaan’, reageerde Yeneroglu.
Yeneroglu verwijst daarnaast naar het feit dat veel mensen die na de staatsgreep gevangen waren genomen intussen opnieuw op vrije voeten zijn ‘omdat de klachten tegen hen niet gegrond waren’. Ook het lot van de tienduizenden geschorste staatsambtenaren ligt volgens hem nog niet vast. ‘Er wordt nog onderzocht of zij al dan niet aansprakelijk zijn. Velen zullen opnieuw hun ambt gaan bekleden, en anderen zullen volledig ontslagen moeten worden.’ (BELGA/JVL)
