‘Er waren nog nooit zoveel topconferenties als vandaag, maar de resultaten blijven karig’

De hele wereld staat voor gezamenlijke uitdagingen, weet Jonathan Holslag, maar de geschiedenis leert dat ze uit nationale belangen vaak op een heel verschillende manier benaderd worden.

Er waren nog nooit zoveel topconferenties als vandaag, maar resultaten blijven karig

De wereld botst steeds meer op de grenzen van de diplomatie. Vorige week nog op een brute manier, toen de Turken een Russische straaljager neerhaalden. Het geeft te denken: eigenlijk zijn alle landen gebaat bij stabiliteit in het Midden-Oosten. De onrust eist een geweldige tol, en het terrorisme kan als een boemerang terugsmakken in het gezicht van zijn rijke broodheren in de Golf. Toch slaagt de internationale gemeenschap er niet in om een gezamenlijke uitdaging om te zetten in gezamenlijk optreden. Er wordt overlegd en gepraat, maar de situatie wordt alleen maar grimmiger. We bereiden ons beter voor op meer van dat, want in een wereld zonder leider wordt samenwerking nog moeilijker.

Nochtans zag het er ooit positief uit. Na de Koude Oorlog namen de Amerikanen, gesteund door Europa, Canada en Japan, het voortouw in het promoten van een nieuwe internationale orde, gekenmerkt door openheid, democratie, mensenrechten en een toonaangevende rol voor internationale organisaties. Het was, weet u nog wel, de periode waarin het einde van de geschiedenis werd bezongen. Beroemde Amerikaanse professoren zoals Robert Keohane en Joseph Nye theoretiseerden dat enkel en alleen het bestaan van internationale organisaties zoals de Verenigde Naties de samenwerking zou bespoedigen, of dat de steeds grotere onderlinge economische afhankelijkheid onvermijdelijk zou aanzetten tot inschikkelijkheid en terughoudendheid.

VN op sterven na dood

Amerikaanse president Barack Obama spreekt Klimaattop in New York toe.
Amerikaanse president Barack Obama spreekt Klimaattop in New York toe.© Reuters

Dat liberale optimisme kreeg al snel een knauw. De terughoudendheid leek namelijk niet te gelden voor de sterkste. De Amerikanen intervenieerden erop los, gebruikten internationale instellingen zoals de Wereldhandelsorganisatie om zwakkeren regels door de strot te duwen, en interpreteerden waarden zoals mensenrechten nogal eenzijdig met het oog op het eigen nationale belang. Plotseling weergalmden de woorden van de beroemde diplomaat-historicus Edward Hallett Carr: de beloftes van samenwerking en openheid zijn doorgaans het machtsmiddel van de sterkste om het verzet van de zwakkeren te breken. Zelfs een aantal Europese bondgenoten begonnen na een tijd te pleiten voor een multipolaire wereld, een wereld waarin meerdere landen het voor het zeggen zouden krijgen. Dat was het moedige moment van leiders zoals Gerhard Schröder, Jacques Chirac, Guy Verhofstadt en co.

Zo’n tien jaar later begon het leiderschap van de Amerikanen effectief af te brokkelen. Van alle kanten werd hun machtige positie belaagd: door de Chinezen, de Russen, de Turken, de Brazilianen enzovoort. De wereld begon te evolueren naar een multipolaire orde. Maar wat zagen we toen? Die nieuwe wereldorde, die herverdeling van de macht, leidde helemaal niet tot meer samenwerking, wel integendeel. De Verenigde Naties en de Wereldhandelsorganisatie werden gemarginaliseerd en zijn op sterven na dood.

Topconferenties

Het grootmachtenconcert liep echter compleet van de sporen. Landen bleven elkaar ontmoeten, maar ondertussen gleed de wereld af in anarchie.

Daarom werd een alternatief uitgedokterd: topconferenties. Grote evenementen waarop wereldleiders, bedrijfsleiders en burgerorganisaties werden uitgenodigd, met vooral veel camera’s in de buurt. Er wordt eindeloos gepalaverd en er zijn wellicht nog nooit zoveel topconferenties geweest als vandaag. Maar in vergelijking met de omvang van de uitdagingen – of het nu gaat om de opwarming van de aarde, veiligheid of financiële stabiliteit – blijven de resultaten nogal karig. Je zou je onderhand beginnen af te vragen of die grote conferenties meer zijn dan dure diplomatenreservaten.

Daarom is men met een alternatief voor de dag gekomen: een nieuwe grootmachtenpolitiek. Vooral de Chinezen zien er wat in om met kleine groepjes toppolitici op een afgelegen plek of in een besloten hotelkamer op geregelde tijdstippen na te denken over de wereld, en om hoge diplomaten hetzelfde te laten doen telkens als er zich een concrete uitdaging voordoet. De Chinezen halen daarvoor hun inspiratie uit het negentiende-eeuwse Concert van Europa, toen de keizerrijken elkaar fêteerden om discreet te bediscussiëren hoe revoluties bestreden konden worden en hoe de machtsbalans in evenwicht gehouden moest blijven.

Het grootmachtenconcert liep echter compleet van de sporen. Landen bleven elkaar ontmoeten, maar ondertussen gleed de wereld af in anarchie. Amper veertig jaar na de aanvang waren de hoofdrolspelers verwikkeld in een bloedbad op de Krim. De essentie van het Europese grootmachtenconcert, een essentie die onze leiders vandaag ook maar beter voor de geest houden, is dat gedeelde uitdagingen vanuit nationale belangen vaak op een heel verschillende manier benaderd worden. En dat een wereld zonder leider doorgaans minstens even gewelddadig is en zonder twijfel veel minder voorspelbaar.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content