De Verenigde Arabische Emiraten, die helemaal aan het begin van de internationale coalitie tegen IS prominent aanwezig waren, met onder meer een vrouwelijke piloot die gevechtsmissies uitvoerde, hebben sinds eind december alle gevechtsvluchten gestopt. Men vindt dat de VS niet genoeg doen om geraakte piloten te redden, en dat er te veel toegevingen gedaan zijn aan Iran.
Dat meldde The New York Times en het nieuws werd intussen door weliswaar anonieme Amerikaanse bronnen bevestigd.
De ommekeer in de politiek van de Emiraten volgde onmiddellijk na het neerhalen van de Jordaanse piloot Maaz al-Kassabehin op 24 december.
Maar er was, schrijft de Times, al langer ongenoegen omdat de VS volgens de Emiraten geen prioriteit maken van het redden van piloten. De Amerikaanse opsporings- en reddingsdiensten opereren vanuit Koeweit, wat vertraging oplevert voor reddingsvluchten naar Irak en zeker Syrië, waar de Jordaanse piloot strandde.
Tot zolang apparatuur (V-22 Osprey, een toestel dat kan opstijgen als een helikopter en dat vliegt als een vliegtuig) en personeel niet overgeheveld worden naar Noord-Irak of naar de Emiraten zelf, dichter bij de doelwitten, voeren de Emiraten geen gevechtsvluchten meer uit, aldus de krant.
Iran
Amerikaanse specialisten argumenteerden dat IS de Jordaanse piloot binnen enkele minuten had gevangen genomen en dat in die omstandigheden elke reddingsmissie te laat zou zijn gekomen, van waar ze ook werd ondernomen.
Er is echter, nog altijd voor de New York Times, meer aan de hand.
Vorige week ging de nieuwe Amerikaanse ambassadeur Barbara Leaf op bezoek bij minister van Buitenlandse Zaken Sheik Abdullah bin Zayed bin Sultan Al Nahyan, die behalve de reddingsmissies ook in gestrenge bewoordingen de houding van de VS tegenover Iran zou opgeworpen hebben. Hij vond het onrustbarend, aldus de Times, dat de VS Iran de ruimte bieden om een steeds grotere rol te spelen in de strijd tegen IS.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier