Duizenden op straat in Tunesië na ‘politieke moord’ op oppositieleider

© AFP
Simon Demeulemeester

De ‘politieke moord’ op een Tunesische linkse oppositieleider zorgt voor massale protesten. De islamitische regering komt onder vuur te liggen.

Duizenden Tunesiërs komen op straat na de moord op Chokri Belaid, de leider van een Tunesische linkse oppositiepartij die zich kritisch uitliet over de regering die door de islamistische partij Ennahda geleid wordt. Hij werd in de hoofdstad Tunis doodgeschoten. Op de radiozender Mosaique FM hekelde de Tunesische eerste minister Hamadi Jebali (Ennahda) de moord als een “terreurdaad”. President Moncef Marzouki zei niet te zullen buigen voor dergelijke intimidaties.

Chokri Belaid werd door onbekenden in de nek en het hoofd geschoten, toen hij zijn huis verliet en naar zijn werk wou gaan. Dat vertelde zijn vouw aan de radiozender Chems FM. Belaid was een advocaat en leider van de communistische Democratische Patriotistische Partij (Watad), die meestapte in het Front Populaire, een groepering van linkse en seculiere partijen.

Hij had hevige kritiek op de regerende coalitie in Tunesië, die door de islamistische partij Ennahda geleid wordt. Zijn familie beschuldigde Ennahda al ervan verantwoordelijk te zijn voor de misdaad.

Duizend manifestanten schreeuwen revolutionaire slogan ‘Dégage’, politie zet traangas in

De Tunesische politie heeft traangas ingezet tegen de manifestanten die in de stad Sidi Bouzid een politiekantoor probeerden aan te vallen. Ongeveer 2.000 manifestanten trokken er de straten in om de moord op de linkse oppositieleider Chokri Belaid aan te klagen.

Van die tweeduizend manifestanten waren er 200 betrokken bij de aanval op het politiekantoor. De agenten riposteerden onmiddellijk met traangas, waarna ze wegvluchten. Het leger moest tussenbeide komen in de stad, waar in december 2010 de revolutie uitbrak die leidde tot de val van het regime van Ben Ali. Aanleiding was de zelfdoding van Mohammed Bouazzizzi.

In minstens drie Tunesische steden vielen manifestanten kantoren van de islamistische partij Ennahda aan, die de regeringscoalitie leidt. De aanhangers van Belaid beschuldigen de partij ervan verantwoordelijk te zijn voor de moord. In Mezzouna staken tientallen manifestanten de kantoren van Ennahda in brand, net als bij de zetel van de partij in de noordoostelijke stad Kef. In Gafsa vernielden ze het meubilair. Ook de kantoren in Monastir, Sfax, Béja en Gabès werden in brand gestoken en geplunderd.

Daarnaast vonden manifestaties plaats in andere steden van Tunesië. In de hoofdstad Tunis kwamen maar liefst 4.000 mensen samen. Zij scandeerden slogans tegen de islamistische partij. De Tunesische nieuwswebsite twitterde dat de revolutionaire slogan ‘Dégage’ weerklonk. Die slogan, die ‘wegwezen’ betekent, werd in Tunesië ‘bedacht’, maar klonk ook uit Egyptische, Libische en Yemenitische kelen als boodschap aan de dictators.

President Marzouki: ‘Wij weigeren deze boodschap en gaan verder met het ontmaskeren van de vijanden van de revolutie’

President en voormalig mensenrechtenactivist Moncef Marzouki hield een toespraak in het Europees Parlement in Straatsburg. Die werd volledig overschaduwd door de moord op Belaid. “Wij weigeren de boodschap en gaan verder met het ontmaskeren van de vijanden van de revolutie”, sprak Marzouki. “De weg die Tunesië moet afleggen, is geplaveid met obstakels.”

“De afschuwelijke moord op deze politieke leider die ik goed kende, is een bedreiging. Er werd ons een brief gestuurd, maar we zullen die niet aannemen.”

“Het is een criminele daad, een daad van terrorisme tegen niet alleen Belaid maar tegen gans Tunesië”, zo reageerde Ennahda-premier Jebali. Hij beloofde alles in het werk te stellen om de schutter op te pakken.

Met zijn toespraak in het Parlement raakte Moncef Marzouki een gevoelige snaar. Hij kreeg een staande ovatie van de Europarlementariërs en velen hadden daarbij tranen in de ogen. Vanuit Straatsburg keert Marzouki onmiddellijk terug naar Tunesië. Zijn bezoek aan Egypte heeft hij geannuleerd. Ook de Franse president François Hollande veroordeelt de moord op Belaid.

Marzouki genoot als mensenrechtenactivist veel aanzien, maar is als president veel prestige verloren. Velen in de civiele maatschappij van Tunesië verwijten hem te slap te reageren op de manifestatie van islamisme. Die komt in Tunesië enerzijds van Ennahda, de zogenaamd ‘gematigde’ islamistische partij, en anderzijds van een kleine minderheid aan salafisten. Ondanks hun relatief kleine aantal, slagen ze erin de Tunesische samenleving te beroeren met agressieve manifestaties van hun fundamentalisme.

Ghannouchi, leider Ennahda: ‘Daders willen bloedbad in Tunesië’

Ook Rached Ghannouchi, de leider van Ennahda, heeft de moord gehekeld. Volgens hem zijn de daders erop uit een “bloedbad” aan te richten in Tunesië. Ghannouchi doet de beschuldigingen van de familie van Belaid als zou zijn Ennahda achter de moord zitten, af als een “politieke afrekening”. “De begunstigden (van deze misdaad) zijn vijanden van de revolutie, vijanden van de stabiliteit, vijanden van Ennahda en vijanden van de regering”, zegt hij.

Tweede politiek moord

In oktober 2012 werd volgens de tweede overgangspremier na de val van Ben Ali, Beji Caïd Essebsi, “de eerste politieke moord sinds de val van het regime” gepleegd. Slachtoffer was toen Lotfi Naguedh, een coördinator van Essebsi’s partij Nidaa Tounès. Essebsi beschuldigde toen Ennahda en ook de linkse partij van Marzouki. Niet van de moord, maar wel dat ze de islamistische manifestatie, waaruit het geweld vloeide dat leidde tot de dood van het slachtoffer, toegelaten hadden en niet onder controle konden houden.

Veel seculiere Tunesiërs vestigen hun hoop op Nidaa Tounès en Essebsi om het relatief seculiere karakter van Tunesië op zijn minst te bewaren en te verdedigen en liefst te versterken. De commotie rond de moord op Belaid is tekenend voor het klimaat in Tunesië: seculieren en islamisten botsen hard tegen onzacht, volgens een vast stramien. Radicale islamistische elementen stellen zich agressief op – daarin worden ze volgens critici van de regering expliciet of impliciet gesteund door regeringspartij Ennahda. Op die radicale manifestaties komen dan luide signalen van protest vanuit de burgerbewegingen.

Islamisten boeten in aan populariteit

De islamisten van Ennahda wonnen in oktober 2011 nog overtuigend de eerste vrije verkiezingen van Tunesië met om en bij de 40 procent van de stemmen. Die populariteit zijn ze aan het verliezen, blijkt uit peilingen. Dat komt onder meer door hun ambigue houding inzake de religieuze inrichting van de samenleving en het uitblijven van resultaten in de strijd tegen werkloosheid. Die was enorm onder Ben Ali en een van de belangrijkste oorzaken van de revolutie. Bij de val van Ben Ali waren zo’n 700.000 Tunesiërs werkloos. Dat cijfer zou twee jaar later rond de 800.000 draaien.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content