Melat G. Nigussie

Diaspora Blues: ‘Ik ben zwart in België en wit in Ethiopië’

Melat G. Nigussie Mede-oprichtster van het collectief Belgian Renaissance.

Melat G. Nigussie heeft Ethiopische roots, maar groeide op in België. Toen ze jong was, vertelden haar ouders prachtige verhalen over haar thuisland. Toen ze uiteindelijk besloot naar Ethiopië te reizen, sijpelde ook een andere realiteit binnen. ‘Wij, ongewortelde mensen, zijn ons niet bewust van hoe rijk we zijn’, klinkt het.

‘E-thi-opië’ roept mijn vijfjarige ik wanneer klasgenoten mij onderzoekend vragen waar ik vandaan kom. Het woord rolt zachtjes van mijn lippen, en ondanks een kleine hapering tussen de eerste en tweede lettergreep, schijnt mijn trots door in de onbevreesde uitroep van dat heerlijke woord. De kiemen van die weerbarstige trots werden geplant door mijn ouders, die met elk gebaar, en elk gesprek leken te zeggen: vergeet nooit waar je vandaan komt.

Schitterende kronieken

Deze boodschap zat verweven in de verhalen die mijn vader vlak voor het slapengaan vertelde: schitterende kronieken over koningen en koninginnen, hyena’s en leeuwen. Ik voelde het via de melancholische harmonieën van de Tizita liedjes die hij speelde in de auto, altijd vergezeld van zijn nostalgische geneurie waarin een verlangen naar een ver verleden weerklonk.

Diaspora Blues: ‘Ik ben zwart in België en wit in Ethiopië’

Het scheen door in het Amhaars dat we thuis spraken, en hoe we ‘ye’ toevoegden aan elke naam. Melatye, mijn Melat. De meest eenvoudige manier om je liefde uit te drukken. We vierden onze roots door de maaltijden die we deelden terwijl we rond grote borden injera zaten en elkaar gursha’s gaven. Terwijl ik opgroeide, was Ethiopië geen verre plek in Afrika, maar lag het hier in België, tussen de muren van ons klein huis.

The good, the bad and the ugly

Later zou ik beseffen waarom mijn ouders die culturele symbolen zo koesterden, en waarom zij die zo vastbesloten doorgaven aan hun kinderen. Na de vlucht uit hun thuisland, na iedereen en alles achter te laten, hadden ze het gevoel dat ze in het ijle hingen, zonder enige wortels. Als reactie tegen de culturele uitwissing die hen bedreigde, in gang gezet door de immense druk om te integreren en te assimileren, klampten ze zich vast aan hun identiteit. Hun enige reddingsboei.

En dus, toen ik onlangs voor het eerst in bijna tien jaar mijn geboorteland bezocht, besefte ik dat mijn beeld van Ethiopië doordrongen was door de dromen, hopen en wensen van mijn ouders. Maar echt van je land houden betekent de geromantiseerde en geïdealiseerde versie loslaten en de realiteit onder ogen komen. The good, the bad and the ugly.

Ik heb gereisd door acht steden in twee verschillende regio’s en ik zag pracht en praal in elke uithoek. Ik zag het in de imposante bergen die zich uitstrekten over het landschap zover het oog reikt. Ik zag het toen ik voor de uit rots gehouwen kerken en moskeeën stond, getuige van een eeuwenlang gedeeld verleden en wederzijdse liefde tussen christenen en moslims.

Ik zag het in de glimlach van een jonge vrouw die water ging halen, in het geklets tussen buren die buiten zaten voor hun dagelijkse koffie, en ik hoorde het in het vreugdevol gelach van kinderen die verstoppertje speelden op de straten. Ik zag het in de kleine, nederige buiging die mensen maakten wanneer ze je groetten, en in de wijze hoe vrienden en familie vochten om de rekening, want in het land van de nobelen bestaat er geen grotere deugd dan vrijgevigheid.

Frustratie en woede

Maar ondanks de adembenemende schoonheid van het land, voelde ik vaak een golf van frustratie en woede over mij heen komen. Een plotse uitbarsting van wanhoop borrelde in mij op wanneer ik met mensen sprak die zichzelf hadden wijsgemaakt dat het land enkel en alleen bestuurd kon worden als mensen hun basisrechten opgaven. De prijs om Ethiopië bij elkaar te houden, moest betaald worden met ieders vrijheid, schenen ze te geloven. Er is een diepgewortelde notie in onze cultuur dat Afrikanen niet in staat zijn tot goed bestuur, of sterker nog: dat we geen goed bestuur verdienen. Alsof corruptie en nepotisme verankerd liggen in onze genen. Wat zegt dit geloof over de ziel van een natie, de ziel van een continent?

Ik zag hoe Ethiopië, een land dat haar ongekoloniseerd verleden hoog in het vaandel draagt, zomaar stukken land weggaf aan buitenlandse mogendheden, waardoor duizenden mensen uit hun huizen werden verdrongen. En een vraag die ik in België constant voor de voeten geworpen kreeg, ‘waar komen je ouders vandaan?’, moest ik ook nu weer beantwoorden. Maar deze keer als codetaal om mijn etniciteit te achterhalen, zodat ze mij gemakkelijk konden categoriseren als Amhara, Tigre, Oromo en zo verder.

De voorbije zesentwintig jaar heeft de Ethiopische regering een succesvolle etnische verdeel-en-heerspolitiek gevoerd. Ethiopië heeft vele turbulente politieke tijden gekend, maar één ding viel me op tijdens mijn reis: het totale gebrek aan hoop bij de bevolking. Er zit een hele generatie afgestudeerden in de zetel van hun ouders weg te kwijnen, met slechte kabeltelevisie als enige troost. Zij hebben geen perspectieven, geen vooruitzichten. Hun enige uitweg is het land verlaten.

Ongewortelde mensen

Tijdens mijn reis had ik het gevoel dat ik mij op een plek bevond die tegelijkertijd vertrouwd en onbekend aanvoelde. Vooral toen ik tegen mijn familieleden sprak overspoelden mij tegenstrijdige emoties van verwantschap en vervreemding. Hoewel ik een sterke verbintenis tussen hen en mezelf voelde, besefte ik dat we uiteindelijk vreemden waren voor elkaar. Wat we al die jaren verloren hadden, kon nooit volledig hersteld worden.

Maar ik ben niet naar Ethiopië gegaan om een zogenaamde ware oorsprong te ontdekken, of een breuk te herstellen. Ik heb ondertussen aanvaard dat ik een kind van de diaspora ben en zal blijven. Ik ben zwart in België en wit in Ethiopië. Mijn relatie met mijn twee landen zal altijd complex zijn, en dat is helemaal oké. Wij, ongewortelde mensen, zijn ons niet bewust van hoe rijk we zijn: van op een kritische afstand houden wij een spiegel voor aan onze twee gemeenschappen. Laten we die gave koesteren, en zogenaamde vaste definities van identiteit blijven uitdagen. Het draait immers niet om je thuis te voelen op een plek, maar om je thuis te voelen binnen jezelf.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content