Amedy Coulibaly, de man die begin dit jaar in Parijs een politie-agente en vier mensen in een joodse supermarkt vermoordde, kreeg instructies via e-mail. Dat maakten Franse media bekend, op basis van gerechtelijke bronnen.
Het Franse gerecht heeft volgens de media de hulp van de Amerikanen ingeroepen om te achterhalen wie de opdrachtgever is.
Het e-mailverkeer, dat gebeurde via het platform Netcourrier, werd teruggevonden op de pc van Coulibaly. Die kwam zelf bij de gijzeling van de joodse supermarkt om het leven.
Eén mail is opgemaakt op 8 januari om 17.21 uur, enkele uren nadat Coulibaly een politie-agente had gedood in Montrouge. Zijn opdrachtgever riep hem op “te gaan voor het makkelijkste en duidelijkste doelwit”. Deze boodschap werd om 19 uur gewist. In het bericht wordt Coulibaly ook aangespoord om “alleen” te handelen en “op de ring van Parijs als er problemen zijn in het centrum”.
‘Zigoto’
Zijn opdrachtgever vraagt hem ook contact te proberen leggen met “zigoto”. Het is niet bekend om wie dat gaat, maar de speurders vermoeden dat dit de broers Kouachi zijn die op 7 januari op de redactie van het satirisch blad Charlie Hebdo een bloedbad hadden aangericht en voortvluchtig waren. Achteraf bleek dat ze elkaar kenden. Daags na de e-mail, op 9 januari, bestormde Coulibaly een joodse supermarkt aan de Porte de Vincennes in Parijs, waar na een urenlange gijzeling vier mensen om het leven kwamen. Volgens de Franse zender BFMTV werd een valse account gebruikt voor het e-mailadres en gebeurde het internetverkeer via een Amerikaanse server. De verzender van het bericht zou zich in Syrië hebben bevonden, zo valt af te leiden uit enkele commentaren.
Over de coördinatie van de aanslagen van de broers Kouachi en Coulibaly werden al vroeg vragen gesteld.
(Belga/RR)
