De Syrische president Bashar al-Assad is bereid de rebellen in zijn land amnestie te verlenen, indien ze de wapens neerleggen.
De Syrische president Bashar al-Assad wil dat het sinds zaterdag geldende staakt-het-vuren in de burgeroorlog in zijn land standhoudt. “We doen ons deel om het geheel te doen werken”, zei hij in een interview met de Duitse tv-uitzending Weltspiegel-Extra (SWR/ARD), dat dinsdag vooraf bekendgemaakt werd. Hij bood de rebellen amnestie aan en desgevallend een “terugkeer naar hun normale burgerleven”. Voorwaarde is dat ze de wapens neerleggen.
De Syrische president noemde de toestand voor de bevolking in zijn land “een humanitaire ramp”. Hij bestreed echter dat zijn troepen rebellengebied afsnijden van elke bevoorrading. Het Syrische leger, en steden onder controle van het leger, worden volgens hem vanuit deze gebieden bevochten en gebombardeerd. “Hoe zouden we deze gebieden van de toevoer van voedingsmiddelen kunnen afsnijden als we hun bevoorrading met wapens niet kunnen verhinderen? “, wierp Assad op.
Vluchtelingen
Met betrekking tot Duitsland zei hij dat “het goed is dat vluchtelingen in nood worden opgenomen”. Tegelijk stelde hij de vraag of het niet wijzer en minder kostelijk zou zijn Syriërs te helpen in hun eigen land te kunnen leven. Daartoe moet het Westen tegen terreur vechten en niet tegen zijn land, zei Assad.
Hij erkende dat Syrië niet meer “volledig soeverein” is en militaire hulp krijgt uit Rusland, Iran en Libanon. Dit dient om te islamitische terreur in te dammen, aldus de president. Uiteindelijk “zijn ze niet ons maar zichzelf ter verdediging gekomen.” (Belga/AVE)
