Al meer dan 1.200 mensen zijn sinds midden maart om het leven gekomen door het geweld in Jemen. Dat blijkt uit cijfers van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).
Het conflict in Jemen heeft sinds midden maart al meer dan 1.200 mensenlevens geëist. Dat heeft de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) meegedeeld. In Jemen woedt een hevige strijd tussen sjiitische Houthi-rebellen en het soennitische regime, dat steun krijgt van een coalitie onder leiding van buurland Saoedi-Arabië.
Volgens een rapport van de WHO telden de ziekenhuizen van 19 maart tot 27 april 1.244 overledenen en ruim 5.000 gewonden. Intussen wordt ook de humanitaire situatie steeds zorgwekkender. Er is een tekort aan voedsel, drinkwater en medicijnen en de wegen tussen de hoofdstad Sanaa en de regio’s van Taëz, Lahj, al-Dhale en Aden worden steeds minder toegankelijk.
Luchtaanvallen
Rondom de havenstad Aden is de voorbije nacht zwaar gevochten. In de nacht van donderdag op vrijdag zijn volgens ziekenhuisbronnen bijna vijftig doden gevallen bij gevechten en luchtaanvallen. De pogingen van de Houthi-rebellen om de controle over de tweede grootste stad van het land te verwerven, stuiten er op zware tegenstand van soldaten van president Abd Rabbo Mansour Hadi. Ze worden volgens ooggetuigen vanuit de lucht gesteund door Saoedische gevechtsvliegtuigen.
Saoedi-Arabië bombardeert sinds 26 maart posities van de rebellen, in een coalitie met Arabische landen. (Belga/AVE)
