Vrije Tribune

Wereld(des)oriëntatie?

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

In opdracht van de Vlaamse minister van onderwijs – Pascal Smet (SP.A) – peilden onderzoekers naar de kennis van Wereldoriëntatie bij 4500 leerlingen. De resultaten zijn – op zijn zachtst gezegd – erg ontgoochelend, maar zeker niet verrassend.

Ondanks de verwoede pogingen en de vele hervormingen, klagen leerkrachten over het dalend niveau, het gebrek aan interesse en betrokkenheid en het terugplooien op eigen leefwereld van heel wat leerlingen.

De nuance in het onderzoek zit in het feit dat het om twaalfjarigen gaat. Het onderzoek onderstreept dat de Brusselse scholen het slechter doen dan Vlaamse. In het Brusselse onderwijs stromen verhoudingsgewijs veel meer allochtone jongeren in. Dat kan het verschil verklaren.

Naast een aantal kennisvragen – zoals “waar ligt de Noordpool?” – worden tevens een aantal vaardigheden getoetst. De helft van de ondervraagden is niet in staat om een uurrooster in een station te lezen. 66 procent slaagt er niet in om uit een overzicht van metrolijnen de juiste route af te leiden. Dit gebrek aan essentiële vaardigheden bij leerlingen wijst uiteraard op een structureel falen.

Ervaren leerkrachten wijzen er al geruime tijd op dat jongeren steeds minder de basisvaardigheden onder de knie hebben. Rekenen, lezen, schrijven, luisteren, kaartlezen… gaan duidelijk ten koste van bepaalde ICT-vaardigheden, zoals googelen. Het zou verkeerd zijn om ons op Wereldoriëntatie enkel te richten. Ook bij andere basiscompetenties groeit de achterstand.

Minister Smet wil met de scholen rond tafel gaan zitten. Deels wijt hij deze lacune aan een gebrek aan motivatie bij leerkrachten om het vak Wereldoriëntatie te geven en aan de thuissituatie. Waar kranten en boeken liggen, zijn de resultaten heel wat beter.

Met deze eerste, vlugge analyse gaat de minister van Onderwijs weeral voorbij aan een aantal fundamentele ontwikkelingen die het onderwijs onder druk zetten. Vooreerst is er de ongebreidelde instroom van nieuwkomers, allochtonen, kinderen van asielzoekers die veelal met een grote leerachterstand worstelen. Nieuw is dat niet. Eind jaren tachtig werd daar al in verschillende onderzoeken op gewezen. Veelal worden de verschillen in schoolprestaties sociaaleconomisch geduid, maar dit is onvoldoende. Ervaring leert immers dat ook jongeren met een andere etnische achtergrond maar met stevige sociaaleconomische fundamenten ook achterstand oplopen. Antropoloog John Ogbu stelt dat leden van bepaalde minderheidsgroepen goede schoolprestaties relatief onbelangrijk vinden. Zij denken dat vooroordelen hun slagen op de arbeidsmarkt en de maatschappij in zijn totaliteit in de weg zullen staan, hoe hard ze ook hun best doen. De conclusie is dat hard werken op school weinig opbrengt.

Een andere factor heeft te maken met attributies. Onderzoek heeft tevens uitgewezen dat succes op school eerder te maken heeft met externe factoren die zij niet in de hand hebben, zoals geluk of sociale vooroordelen. De grote werkloosheid onder de allochtonen lijkt dit beeld eerder te bevestigen. Kansengroepen die eerder denken dat het falen op school te wijten is aan situationele of tijdelijke oorzaken, zoals hoe hard ze wel werken, hebben meer kans op slagen.

Ook denken heel wat minderheidsgroepen dat goede schoolresultaten niet echt noodzakelijk zijn om het later in het leven goed te doen. Dit kan ertoe bijdragen dat ze dan ook minder hun best doen.

Deze ontwikkelingen kunnen deels de ontgoochelden resultaten mee helpen verklaren. Maar uiteraard is het wat kort door de bocht om de nefaste ontwikkelingen enkel op de kap van de nieuwkomers, kansengroepen… te schuiven. De verschaling van de kennis over de wereld en de terugval van basisvaardigheden heeft ook te maken met de focus op de eigen leefwereld van jongeren. Jarenlang werd het dogma gehanteerd dat onderwijs gefocust moest zijn op de ‘beperkte’ leefwereld van jongeren.

Herkenbaarheid, betrokkenheid, motivatie… zouden daardoor in de hand worden gewerkt. De slinger sloeg natuurlijk door in de ene richting, waardoor de andere richting – betrokkenheid op wat buiten onze leefwereld gebeurt – onderbelicht bleef. Tel daarbij nog de verbrokkeling van het maatschappelijk weefsel – opsplitsing tussen Nederlandstaligen en Franstaligen, tussen autochtonen en de vele allochtone minderheden – en je kan je best voorstellen dat kinderen voor minder het overzicht zouden verliezen en zich focussen op eigen niche.

De permanente veranderingen in het onderwijslandschap hebben daar weinig aan kunnen verhelpen. Zelfs het peperdure decreet Gelijke Onderwijskansen (GOK) lijkt daar weinig aan te kunnen veranderen. Integendeel. Scholen lijken de ongelijkheid naar sociale en etnische afkomst in stand te houden. Dit heeft grotendeels te maken met de context waar scholen in baden.
Vooraleer de focus van deze lacune weer te richten op mogelijks falen van scholen en leerkrachten, kan Minister Smet het brandpunt van de discussie richten op de verbrokkeling van het sociale en maatschappelijke weefsel en stortvloed aan problemen waar de scholen mee worden geconfronteerd. Een gebrek aan kennis over Wereldoriëntatie wijst op een dieper, noodzakelijk debat, waar iedere betrokkene actief moet aan deelnemen.

Julien Borremans Leerkracht

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content