Uw verzekeraar ziet u

De verzekeraars hengelen naar een lager gewaarborgd minimumrendement in de groepsverzekeringen.

Na de brandverzekering, waarvoor de meeste maatschappijen dit jaar hun premies optrekken vanwege meer stormschade, lieten de verzekeraars vorige week een nieuw proefballonnetje op. Heel voorzichtig, want de sector is er nog niet helemaal uit hoe hij het ‘probleem’ precies wil aankaarten. Het gaat dit keer over verzekeringen in de sector ‘aanvullende pensioenen’: groepsverzekeringen en pensioenfondsen.

Een aantal wetten – de bekendste is de ‘wet Vandenbroucke’ – schrijft aan die aanvullende pensioenverzekeringen een minimumrendement voor van 3,25 of 3,75 procent. Jarenlang hebben we dat heel bescheiden rentevoeten gevonden, maar in de huidige context krijgen die cijfers een gouden randje. De meeste verzekeraars zorgen voor het rendement door de premies voor vrije lange looptijden te beleggen in risicoarme producten, veelal overheids- en bedrijfsobligaties. Maar de opbrengst van dat type beleggingen is de voorbije paar jaar erg laag geworden, en sommige verzekeraars zouden ontevreden zijn met hun rentabiliteit in dit segment.

De sector loopt op eieren, want hij is als de dood dat het aansnijden van deze problematiek de indruk zou wekken dat er ook in België een acuut uitbetalingsprobleem zou rijzen met de aanvullende pensioenen. Zoals in Nederland, waar enkele pensioenfondsen niet meer bij machte zijn om hun verplichtingen na te komen en daarom verplicht zijn de pensioenen zelf enkele procenten af te toppen. In België, zo verzekert de sector, is de toestand grondig anders. De uitbetaling verschilt (Nederlanders krijgen meestal een rente in plaats van een kapitaal), en ook de financiering is er helemaal anders geregeld. De Belgische maatschappijen beschikken wel degelijk over alle nodige middelen om hun beloften waar te maken. Maar… wat meer rentabiliteit zou leuk zijn. En die verplichte gewaarborgde rente ligt toch wel hoog ten opzichte van wat de belegde premies opbrengen.

Bij Test-Aankoop kijken ze bijna likkebaardend uit naar de manier waarop Assuralia dit dossier op tafel zal leggen. Volgens de verbruikersorganisatie zijn er ook nu nog overheidsobligaties die bijna 3 procent opbrengen; de rente op langere termijn is niet zo laag als sommigen willen doen geloven. In de sector van de individuele levensverzekeringen, waar de wet geen minimum maar maximumrendementen bepaalt, en waar maatschappijen dus vrij zijn om het rendement te laten dalen als de marktrente hen daartoe dwingt, bieden sommige verzekeraars nog steeds rendementen (inclusief winstdeelname) van 4 procent. Bovendien wijst Test-Aankoop fijntjes op iets wat Assuralia zedig verzwijgt: het verplichte minimumrendement wordt berekend op de totale looptijd van het contract en hoeft niet elk jaar opnieuw gerealiseerd te worden. Wordt het dit jaar niet gehaald, dan komen er nog vele jaren om dat goed te maken. En iedereen weet dat de huidige lage rente een tijdelijk fenomeen is. Het is immers een beleidsbeslissing: goedkoop geld om de economie lucht te geven. Zodra de economie aantrekt, zal een verhoging van de rente nodig zijn om de inflatie in de hand te houden. En voor die inflatie… zullen de verzekeraars wel zorgen.

Luc Baltussen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content