Tien pond kaas

Nederland stevent af op een centrumrechts minderheidskabinet, met gedoogsteun van Geert Wilders.

En zo lijkt het aftelrijmpje ten einde: iene miene mutte, Wilders is de baas. Na een paar rondjes schaduwboksen met de linkse partijen gaan de liberalen van de VVD (Volkspartij voor Vrijheid en Democratie) en de christendemocraten van het CDA (Christendemocratisch Appèl) met de populistische PVV (Partij voor de Vrijheid) van Geert Wilders onderhandelen over een centrumrechtse coalitie, die door de PVV zal worden gedoogd.

Eerdere pogingen om tot een rechtse meerderheidsregering te komen waren stukgelopen op gewetensbezwaren bij CDA-leider Maxime Verhagen. Die kreeg samenwerking met Wilders bij zijn christelijke achterban niet verkocht, zolang Wilders vasthield aan excentrieke programmapunten zoals de invoering van een belasting op het dragen van hoofddoekjes (‘een kopvoddentaks’), etnische registratie van burgers en een verbod op de Koran. Maar daar is intussen een mouw aan gepast. Als Wilders buiten de regering blijft, hoeft hij zijn retoriek niet te matigen: CDA en PVV sloten een agreement to disagree. Over de islam mag Wilders blijven roepen wat hij wil, zolang hij het beoogde minderheidskabinet van CDA en VVD maar in het zadel houdt.

Voor Wilders is dit het gedroomde scenario. Volwaardige kabinetsdeelname had het risico ingehouden dat hij in zijn eigen zwaard viel – zoals in 2002 de volgelingen van Pim Fortuyn overkwam. Al vóór de verkiezingen liet Wilders weten veel te voelen voor ‘de Deense variant’. In Denemarken gedoogt de Dansk Folkeparti van Wilders’ grote voorbeeld Pia Kjærsgaard al sinds 2001 drie achtereenvolgende minderheidsregeringen, in ruil voor de invoering van strenge immigratiewetten voor mensen uit islamitische landen.

Iets dergelijks staat nu ook Wilders voor ogen. Die ‘kopvoddentaks’ hoeft er niet onmiddellijk te komen (er mag al eens gelachen worden), maar hij eist wel spijkerharde afspraken over immigratie, asiel en veiligheid. Over het sociaaleconomisch beleid zal hij niet moeilijk doen, hij is immers ‘dolblij’ dat ‘de linkse elite’ niet aan de macht komt. En dat betekent: geen kilometerheffing, behoud van de hypotheekrenteaftrek, een tweede kerncentrale, meer asfalt – en verder geen gelul. Ook over het bedrag van de voorgenomen bezuinigingen (18 miljard euro in vier jaar) lijkt er een akkoord te zijn, al is nog niet helemaal duidelijk hoe dat moet worden ingevuld. Er zal meer voor nodig zijn dan alleen de door Wilders bepleite bezuinigingen op ‘linkse hobby’s’ als ontwikkelingshulp en cultuur.

De blijdschap van Wilders is begrijpelijk: zonder dat hij vuile handen hoeft te maken, kan hij zich nu profileren als een betrouwbaar politicus en tegelijk oppositie blijven voeren. Maar de buit is nog niet helemaal binnen. Ook als de onderhandelingen slagen, zal het laatste woord gesproken worden door het congres van het CDA. Binnen het CDA blijven vooral de mannenbroeders van de voormalige ARP (Antirevolutionaire Partij) – een van de zogenaamde ‘bloedgroepen’ van het CDA – moeite hebben met Wilders’ opvattingen over de islam: in hun ogen een religie, in die van Wilders een kwaadaardige politieke ideologie. Als hun geweten toch weer opspeelt en ze samenwerking met Wilders op de valreep nog afwijzen, begint het aftelrijmpje opnieuw van voren af aan.

Piet Piryns

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content