Facebook voert onderzoek in de VS om te achterhalen hoe vaak gebruikers een product fysiek aankopen nadat ze er een advertentie van gezien hebben op de sociale netwerksite. Dit stuit op heel wat controverse.
Steeds meer adverteerders vragen Facebook om een dieper inzicht in de effectiviteit van hun reclamecampagnes op het platform. Om dat uit te zoeken, gaat de netwerksite in zee met Datalogix. Dit bedrijf bezit actuele aankoopinformatie van zo’n zeventig miljoen Amerikanen, vooral afkomstig van klantenkaarten. Door de e-mailadressen die aan deze klantenkaarten gekoppeld zijn te linken aan de bijbehorende Facebook-accounts, kan Datalogix nagaan in welke mate de gebruikers zich naar de winkel begeven om een product aan te schaffen dat ze via een Facebook-advertentie hebben leren kennen.
Het bedrijf rond Mark Zuckerberg beweert dat de gegevens geanonimiseerd worden voordat ze in het onderzoek terechtkomen. Toch stellen heel wat privacy-advocaten zich vragen bij de betrouwbaarheid van dit onderzoek. Zo vindt Jeff Chester van het Center for Digital Democracy dat gebruikers te weinig controle krijgen. Om niet aan het onderzoek deel te nemen, moeten ze namelijk naar de website van Datalogix surfen. Uitschrijven kan dus niet op Facebook zelf.
In Europa zijn Google en onderzoeksbureau GfK al twee jaar in de weer met een gelijkaardig onderzoek. Ook hierbij wordt informatie over aankopen in winkels gebruikt. (MI)
