Knap lastig

De Franstalige partijen maken in deze campagne op institutioneel vlak een wel heel behoudsgezinde indruk.

De Franstalige partijen maken in deze campagne op institutioneel vlak een wel heel behoudsgezinde indruk.

Liggen de kaarten voor een staatshervorming na 13 juni echt beter dan in de voorbije jaren? De verkiezingsslogans van de Franstalige partijen plaatsen alvast de institutionele toekomst van het land centraal. ‘Een stabiel land’, heet dat bij de PS. De voorzitter van de Franstalige socialisten, Elio Di Rupo, muntte ook de term welvaartsfederalisme, voor een staatshervorming waar iedereen beter van wordt. Van alle Franstalige partijen mag de PS zich in elk geval het rijkst rekenen. Geen schandaalsfeer dit keer. Behoudens ongelukken wordt de PS opnieuw de grootste Franstalige partij. PS-voorzitter Elio Di Rupo, dromend van het premierschap, oogt dan ook ontspannen.

Dat geldt niet voor CDH-voorzitster Joëlle Milquet. Haar op en top belgicistische campagne zal misschien sommige nostalgici in de Rand en een aantal nieuwe Belgen in Brussel aanspreken. Maar het CDH is duidelijk op zoek naar zijn tweede adem. Voor de voorzitster valt het te hopen dat de lage opkomst van de pro-België manifestatie vorig weekend geen indicatie is van het electorale potentieel van haar ‘eendracht maakt macht’-campagne.

Ook de MR vreest een pak rammel van de kiezer. Bij de partij van Didier Reynders draait het in deze campagne allemaal om ‘respect’ – net zoals bij de CD&V in 2004, maar dan voor de Franstaligen natuurlijk. FDF-voorzitter Olivier Maingain mag in Brussel-Halle-Vilvoorde opnieuw de MR-Kamerlijst trekken, en ook de opstandige faciliteitenburgemeesters hebben verkiesbare plaatsen gekregen.

Behalve Ecolo, dat met de slagzin ‘Wij blijven open tijdens de verbouwingswerken’ voor een vrolijke noot probeert te zorgen, maken de grote Franstalige partijen in deze campagne een wel heel behoudsgezinde indruk op institutioneel vlak. En toch heet het dat deze partijen klaar zijn voor de Grote Staatshervorming – dat beweren zowel vooraanstaande Vlaamse politici als Franstalige kopstukken.

Een paar bedenkingen daarbij. De Franstaligen vonden het zogenaamde eerste pakket staatshervorming – de borrelnootjes uit 2008 – al heel wat. De Franstaligen zullen ook niets aanvaarden waar ze zelf financieel minder van worden. Voorts willen ze extra middelen voor Brussel. Ze willen zeker niet raken aan de sociale zekerheid. Ze willen ruime compensaties voor een splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde. En zo ze toch doordrongen zijn van de noodzaak tot communautaire pacificatie, dan werden ze tijdens de B-H-V-onderhandelingen met Jean-Luc Dehaene toch niet afgeschrikt door het vooruitzicht van vervroegde, ongrondwettelijke verkiezingen en een Europees voorzitterschap in mineur. De Franstaligen zijn sinds 2007 communautair eigenlijk altijd op hun strepen blijven staan. Waarom zou dat nu ineens anders worden?

Een tweederdemeerderheid vinden in Kamer en Senaat wordt na 13 juni, en na het verwachte succes van de N-VA ook geen sinecure. Bovendien lijken kwesties zoals B-H-V tamelijk futiel in vergelijking met de economische en financiële storm die momenteel door Europa raast. Zeker nadat gebleken zal zijn dat die zogenaamd onwettige federale verkiezingen dan toch een wettig nieuw parlement hebben opgeleverd. Het kan dus knap lastig worden om het land na 13 juni institutioneel weer op de sporen te krijgen en het vertrouwen tussen Vlamingen en Franstaligen te herstellen.

Han Renard

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content