Er is nieuwe hoop in de strijd tegen het olielek in de Golf van Mexico.
Een in Portugal omgebouwde supertanker uit Taiwan zal het vervuilde water opzuigen en voor het grootste deel gereinigd in zee terugspuwen. Het gigantische schip heet dan ook toepasselijk “A Whale”, wat staat voor “een walvis”.
Grasmaaier
Het Taiwanese bedrijf TMT schat dat er dagelijks bijna 80 miljoen liter zeewater naar binnen kan gezogen worden. Dat gebeurt via twaalf openingen die zich in de boeg bevinden. De zuivering vindt plaats in de buik van het schip. In enorme speciale tanks stijgt de olie, die lichter is dan water, naar de oppervlakte, wordt daar afgeschept en in kleine tankschepen gepompt.
Volgens Nobu Su, de stichter van TMT, zal “A Whale” zich zoals een “grasmaaier door het gras” door het olietapijt ploegen. Nobu Su liet het 360 meter lange en 60 meter brede schip op eigen kosten ombouwen en stuurde het naar de rampregio.
Twijfels
Gezien de enorme verspreiding van de olievervuiling hebben sommige experts hun twijfels of het concept zal functioneren.
De olieramp heeft het Britse olieconcern BP al 3,12 miljard dollar gekost. Naar eigen zeggen heeft BP al 95.000 aanvragen voor een schadevergoeding ontvangen, en zouden er al meer dan 47.000 betalingen voor een totaal van 147 miljoen dollar zijn uitgevoerd.
Ongeveer 44.500 mensen, 6.563 boten en 113 vliegtuigen zijn al ingezet in de strijd tegen de vervuiling. Ondanks alle pogingen blijft er dagelijks massaal olie in zee stromen.
Sinds het ongeval met het boorplatform op 22 april lekt dagelijks een hoeveelheid olie van ongeveer 30.000 tot 60.000 vaten in zee. Maandag maakte BP bekend dat het in totaal al 585.400 vaten olie heeft kunnen opvangen sinds de vervuiling.
De opruimingsacties aan de oppervlakte werden de voorbije dagen bemoeilijkt door de tropische storm Alex.
