Medea 100 % fysiek (* * * * 1/2)

Muziek en dans waren zelden zo met elkaar verstrengeld als in de hedendaagse opera Medea van Pascal Dusapin.


Gezien en gehoord in De Munt in Brussel op 13 april: Medea van Pascal Dusapin, in een regie en choreografie van Sasha Waltz, door Caroline Stein (sopraan), Vocalconsort Berlin en het Symfonieorkest van de Munt o.l.v. Marcus Creed.

Een moeder die haar kinderen vermoordt. Het is helaas van alle tijden, maar door de berichtgeving rond Geneviève L’Hermite en andere monsters in ons eigen kleine landje, kijk je toch anders aan tegen een opera als Medea. Brengt deze opera waarin een moeder uit wraak haar twee kinderen vermoordt antwoorden? Nee, niet op een rationele manier. Tekstschrijver, componist en choreograaf leiden je hoogstens als toehoorder doorheen de tragedie van Euripides en laten je binnenkijken in de getormenteerde ziel van Medea.


Medea van de Franse componist Pascal Dusapin is geen nieuwe opera. In 1992 ging hij onder de naam Medeamaterial reeds in de Munt in première, zonder choreografie. Het succes was toen matig, want het resultaat oogde redelijk statisch in verhouding tot het horribele gegeven. Nu de Duitse choreografe Sasha Waltz de opera herwerkt heeft voor haar 17 dansers en coloratuursopraan Caroline Stein, valt alles op zijn plaats. Regie en scenografie, rake videofragmenten incluis, vormen een sluitend geheel. De dansbewegingen doet ze in hun sierlijke beslistheid wonderlijk aansluiten bij de sobere en krachtige muziektaal van Pascal Dusapin. Het wrede verhaal krijgt nu ‘een lichaam’. De tekst van de Duitse dramaturg Heiner Müller, vol verwijzingen naar lichamelijke kwetsbaarheid en naar het dierlijke in de mens, roept daar ook om. De handen bijvoorbeeld. Medea doodt haar kinderen ‘eigenhandig’, uit wraak op haar echtgenoot Jason. Of nog, Medea noemt zich na alle opofferingen die ze voor Jason deed (o.m. het laten doden van haar broer) vol zelfhaat ’teef’ en vraagt haar twee kinderen: Welk dier schuilt er in jullie? Hond, rat of slang?


Pascal Dusapin vertaalt dat fysieke maximaal naar de menselijke stem. De opera is één grote solo voor coloratuursopraan Caroline Stein, die haar rol als uitgebuite en verstoten vrouw groots neerzet. Haar stembereik is bewonderenswaardig, haar inzet fascinerend. In de orkestbak zingen ook nog een vocaal kwartet en een koor (Vocalconsort Berlin) mee, als echo, als commentator, en vaak op declamerende toon, net zoals in de Griekse Oudheid het geval was. Dit alles samen levert sublieme en bijzonder doelmatige muziek op! Het Muntorkest o.l.v. Marcus Creed krijgt een onderlijnende rol in een sobere, efficiënte instrumentatie. Een orgeltje en een klavecimbel zetten soms slechts een paar noten neer. Geen noot te veel of te weinig.

Pascal Dusapin (°1955) heeft doorheen de jaren een eigen muziektaal ontwikkeld die zich laat omschrijven als microtonaal en atonaal heterofoon. Hij combineert graag verschillende atonale lijnen met elkaar tot een eigenzinnig geheel. Zijn talrijke instrumentale werken hebben vaak ‘vocale’ kwaliteiten. Voeg daar nog zijn esthetische afkeer van grootspraak aan toe en je krijgt een fijnzinnige muziektaal die ook een breder publiek kan aanspreken. In deze Medea, zijn tweede opera, valt dat less-is-more-principe nog meer op. Hij schrijft geen ’theatrale muziek’ in de strikte zin van het woord. Hij mijdt ze juist. Dusapin schrijft daarom nog geen slappe kost, integendeel. Zijn muziek zit vol reliëf, ze golft en brandt, maar vanbinnen.


Muziek en dans leggen in één beweging ook beide kanten van Medea’s ziel bloot: haar vrouwelijke, zorgende kant, en haar mannelijke, revolterende kant . Die tweeledigheid van sierlijkheid en opstandige wreedheid ligt ook verscholen in de kostumering, door een combinatie van weelderig vallende gewaden met sobere zandkleuren en vooral… zwart. Zwart is ook het decor, zoals de wanhoop van Medea. In dat decor staan alleen links en rechts van de scene grote windturbines. Die worden slechts één keer op volle toeren (en loeihard) aangedreven, vlak na de moord. Enkele mensen spurtten de zaal uit. Inderdaad, ook mijn bloed bevroor eventjes in mijn aderen, en het was niet van de koude.

Na de voorstelling verliet ik alleszins in stille verwondering de zaal. Doodde Medea in een moment van zwakte of juist in een moment van bovenmenselijke moed? Joost mag het weten. Maar deze hedendaagse opera op een actueel thema heeft mij geraakt, en zo moet kunst zijn, of ze is overbodig.

Greet Van ’t veld

www.demunt.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content