Dirk Draulans

Een handeltje in walvissen

Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Natuurbeschermers pleiten voor een soort veiling voor de verkoop van rechten op het ‘oogsten’ van walvissen.

Veel mensen hebben geen respect voor de natuur. Vorige week verscheen in enkele West-Vlaamse media een triestig beeld van een troep jagers die trots op de trappen van een kasteel poseerden voor een rijtje van acht doodgeschoten vossen. De tekst meldde dat er jammer genoeg vier beesten ontsnapt waren. Die kunnen ze dan de volgende keer doodschieten, nadat ze jongen hebben gekregen. Zo blijven ze bezig.

Nadien kwam er een nog vreselijker beeld, van diezelfde dode vossen die na het afknippen van hun staart gedumpt waren in een ijskelder, naast wat verdelgde kraaien en eksters. Een totaal gebrek aan respect voor dieren. Voor Knack werken we aan een verhaal van Belgische jagers die in Polen twee wolven doodschoten. De mannen werden opgepakt en verdedigden zich met de stelling dat ze dachten dat het wasbeerhonden waren – beestjes die de helft kleiner zijn dan een wolf.

Ook de walvisjacht is weer begonnen. Elk jaar worden er wereldwijd ongeveer tweeduizend walvissen gedood, waarvan de helft door Japanners in de Zuidelijke Oceaan. Koppige Japanners jagen er, onder het mom van wetenschappelijk onderzoek, op vooral dwergvinvissen, ondanks het feit dat er in Japan geen markt meer is voor walvisvlees – de ‘industrie’ moet, net als onze landbouw, in leven gehouden worden met overheidssubsidies. Halsstarrig vasthouden aan achterhaalde culturele gewoontes, heet dat. Niet beseffen dat de maatschappij zo evolueert dat respect voor dieren tot de traditionele gewoontes gaat behoren.

Elk jaar varen er ook steeds meer boten van natuurbeschermers en milieu-activisten uit om te trachten de walvisjagers zo te hinderen dat ze geen dieren kunnen schieten. Een dure onderneming, die veel media-aandacht haalt. In een klassiek verhaal van een Darwiniaanse wedloop huren de Japanners extra-beveiliging in om hun jacht mogelijk te maken. Er ontstond veel consternatie toen bleek dat daarvoor 20 miljoen euro werd gebruikt uit een noodfonds voor de opvang van de gevolgen van de aardbeving en nucleaire ramp van vorig jaar. Investeren in een activiteit van zwaar getroffen kustgemeenschappen, was de verantwoording daarvoor.

Om de kostprijs van de jacht op walvisjagers te drukken zijn wetenschappers met een nieuw initiatief op de proppen gekomen – zo melden ze in het topvakblad Nature. Ze stellen voor een markt in walvissen te organiseren, waarop de rechten op walvissen te koop worden aangeboden. Natuurbeschermingsorganisaties zouden walvisjagers dan kunnen betalen om niet op walvissen te gaan jagen. Waardoor de walvisjacht als industrie leefbaar blijft, en een duizendtal walvissen gered wordt aan een kostprijs die lager zou zijn dan de dure operaties die walvisjagers onderweg moeten hinderen. De prijs van een walvis is bepaald volgens de opbrengsten van de jacht van de voorbije jaren: ongeveer 10.000 euro voor een dwergvinvis en 80.000 euro voor een gewone vinvis.

Het idee is al dertig jaar oud, maar het heeft nooit ingang gevonden. Het wordt nu nieuw leven ingeblazen, ingegeven door het succes van de handel in emissierechten om de strijd tegen de uitstoot van broeikasgassen te stimuleren: vervuilers kunnen investeren in ‘schone lucht’ als compensatie voor hun vervuilende activiteiten. Een belangrijk obstakel tegen de implementatie van een walvisrechtenmarkt is dat natuurbeschermers moeten aanvaarden dat walvisjacht blijft bestaan – zij het dat er minder walvissen worden gedood. Walvissen worden op deze manier ook beschermd omdat bescherming economisch waardevol is, en niet omdat ze het verdienen te blijven leven.

Het systeem zou ook rendabel zijn voor natuurbeschermingsorganisaties, die elk jaar ongeveer 20 miljoen euro investeren in de strijd tegen walvisjagers. Sea Shepherd, dat Greenpeace de loef heeft afgestoken inzake spectaculaire acties tegen walvisjacht, redde in 2008 naar eigen zeggen 350 dwergvinvissen met zijn acties. In de context van een handel in walvisrechten zou de organisatie het leven van die dieren voor 3 miljoen euro kunnen kopen hebben.

En als je het echt ver zou durven drijven, zou je het in leven laten van walvissen kunnen inschakelen in de handel in emissierechten. Want walvissen zijn nuttig in de strijd tegen de opwarming van het klimaat, omdat ze de oceaan bemesten en zo meer van het broeikasgas koolstofdioxide uit de lucht in het water laten vastleggen. Alles hangt samen, zelfs als je economische principes toepast op de ecologie van natuur- en milieubescherming.

Dirk Draulans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content