Tom Vandyck

President Romney? Je weet waar het begint, maar niet waar het eindigt

Tom Vandyck Tot 2014 correspondent in de VS voor Knack.be

Hoe gematigd hij zich de laatste weken ook presenteerde, Mitt Romney ligt onder de knoet van de meest extremistische elementen in de Republikeinse partij.

De debatten zijn voorbij. De Amerikaanse presidentsverkiezing zit in de laatste rechte lijn. Als het goed gaat, weten we tegen de ochtend van zeven november wie de volgende Leider van de Vrije Wereld wordt.

Wat hebben we geleerd uit drie debatten? Dat Mitt Romney de helft van de tijd staat te liegen dat hij zwart ziet, bijvoorbeeld. En dat Barack Obama niet bepaald een inspirerend programma heeft voor de volgende vier jaar. Meer van hetzelfde, dat is het zo’n beetje.

Zowat het beste wat Obama kan doen, is het verdedigen van zijn acquis, her en der een metertje terrein proberen bij te winnen en voor de rest het deksel op de pot houden. Maar vergis u niet, dat is al heel wat. Het alternatief is namelijk behoorlijk radicaal.

Gewoon authentiek zichzelf

Mitt Romney deed de voorbije weken behoorlijk zijn best om zich te presenteren als een gematigd man. Aangebrande standpunten die hij verdedigde tijdens de Republikeinse voorverkiezingen afgelopen voorjaar waren niet meer te horen.

Geef hem daar overigens maar krediet voor. Als geen ander exploiteert Romney het huidige medialandschap, waarin iedereen in zijn eigen microrealiteit leeft, precies de media kiest die daarbij passen, en doof en blind is voor al wat daarbuiten valt.

Algemeen aanvaarde, objectieve arbiters van de waarheid zijn er niet meer in Amerika. Dat is de perfecte wereld voor Romney, die onwaarheden debiteert met een stalen gezicht en er geen mening op na houdt die hij zo nodig niet op twee minuten verandert.

Op zich is het trouwens niet bijzonder dat Romney rechts ging rijden voor de Republikeinse voorverkiezingen en het centrum opzocht voor de Witte Huis-campagne zelf. Wel dat hij zowat ál zijn standpunten omgegooid heeft en dat tijdens de slotfase van deze campagne zo snel deed dat een windhaan er duizelig van zou worden. De ene week vindt hij het levensgevaarlijk om een deadline te zetten op de Amerikaanse aanwezigheid in Afghanistan, de volgende week wil hij er alle Amerikanen weg in 2014, en geen dag later.

Het is ook niet dat Romney fake is. Je moet stilaan wel concluderen dat hij met al dat bochtenwerk gewoon authentiek zichzelf is: een ledig vat dat als enige doel heeft om president te worden – en het vervolgens ook acht jaar te blijven, als het even kan.

Geen normaal discours

Er is geen reden om te geloven dat Mitt Romney als president een gematigd man zou zijn. Hij zou precies doen wat hij moet doen om zijn eigen politieke overleven optimaal te verzekeren.

Je zou kunnen zeggen: dan moet hij een gematigde koers varen en compromissen maken met de Democraten in het Congres, net zoals hij dat destijds deed als gouverneur van Massachusetts, zodat hij alvast kan beginnen om de levensbelangrijke centrumkiezers aan zich te binden.

Dat is echter een foute redenering, want Republikeinse politici begeven zich tegenwoordig naar het politieke centrum op eigen risico. Voor ze nog maar aan de centrumkiezers bij de volgende stembusgang kunnen denken, moeten ze de wraak van hun eigen partijbasis vrezen.

We hebben het dan over de christelijke fundamentalisten, de Tea Party-schreeuwlelijkerds, de vuurwapenfreaks, de Ayn Rand-fantasten, samenzweringstheoretici en wat heb je al meer aan ultrarechtse fanatici in dit land. Het soort lui dat massaal opdaagt voor Republikeinse voorverkiezingen en daar tijdens debatten homoseksuele militairen uitjouwt en applaudisseert voor executies of mensen die doodgaan omdat ze geen ziekteverzekering hadden, zoals dit voorjaar meermaals gebeurde.

We willen maar zeggen: het discours op plekken waar de Republikeinen onder elkaar zijn, ligt mijlenver af van wat in de rest van de ontwikkelde wereld voor normaal politiek discours doorgaat. Als Europeaan kan je jezelf dat nauwelijks voorstellen, tot je er zelf tussen hebt gestaan.

Maar goed, dat zijn dus Romney’s broodheren. En vergis u niet: als president Romney het zou wagen om van de zuivere lijn af te wijken, zouden zij niet aarzelen om hem over vier jaar op een ultraconservatieve primary-uitdager te trakteren.

Niks zegt dat die er niet in zou slagen om hem voetje te lichten. Vraagt u dat maar aan Robert Bennett uit Utah. Die was één van de allergrootste conservatieven in de Amerikaanse senaat, maar moest in 2010 het onderspit delven tegen een Tea Party-uitdager. Zijn enige zonde: in 2008, toen de wereld aan de rand van een nieuwe Grote Depressie stond, had hij het met het mes op de keel gewaagd om voor de bailout van de banken te stemmen.

De bak in voor abortus

Wat zou je hoogstwaarschijnlijk krijgen met een president Romney? Een buitenlandbeleid dat gestuurd wordt door dezelfde neoconservatieve kliek die de VS onder George W. Bush de Irak-oorlog in loog. Een economisch beleid op maat van miljardairs als de energietycoons Charles en David Koch en Las Vegas-magnaat Sheldon Adelson, die vele tientallen miljoenen dollars uitgaven om Obama uit het zadel te krijgen. Sociaal-ethische wetgeving die doorgedrukt wordt door hardcore-christenen die meer gemeen hebben met de Taliban dan met, pakweg, kardinaal Danneels.

Vervolgens moet je geen al te levendige fantasie hebben om je een Amerika in te denken waar het leven een stuk minder aangenaam wordt dan vandaag.

Een Amerika dat Iran gaat bombarderen zonder al teveel na te denken over de gevolgen, bijvoorbeeld – wéér maar eens een eindeloze oorlog in het Midden-Oosten. Waar vrouwen en dokters de bak in draaien voor abortussen. Waar eindeloze belastingsverlagingen voor de rijken zulke gaten in de overheidsfinanciën slaan dat er steeds hardvochtiger bespaard moet worden op gezondheidszorg, scholen en andere openbare infrastructuur en dienstverlening voor het gewone volk.

Dat is dus de inzet van deze Amerikaanse presidentsverkiezingen: je weet waar het begint, maar niet waar het eindigt. Met een beetje pech blijkt de crisis van 2008 nog maar het voorsmaakje.

Je kan dus wel zeggen dat het allemaal wat tegengevallen is met Obama. En terecht. Wie op ‘hope and change’ gerekend had, kwam de voorbije vier jaar behoorlijk bedrogen uit. De volgende vier jaar beloven niet veel beter. We durven er honderd bucks op zetten dat zowel links als rechts zich mateloos aan hem zullen blijven ergeren. Maar rekening houdende met het alternatief, kan je maar beter bidden dat Obama het haalt.

Tom Vandyck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content