Vulkanische superuitbarstingen uiterst zeldzaam

© iStock
Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Tussen twee superuitbarstingen van een vulkaan kunnen honderdduizenden jaren liggen.

Diep onder het aardoppervlak liggen enorme magmareservoirs. Ze bestaan deels uit halfgesmolten rots die, als een spons, magma opzuigt. Soms komt van daaruit langzaam magma terecht in hoger gelegen kleinere reservoirs. Die kunnen finaal onder zo’n grote druk komen dat ze tot superuitbarstingen van vulkanen leiden. Dat meldt de in Wales werkende Vlaamse aardwetenschapper Wim Degruyter met zijn collega’s in Nature Geoscience.

Volgens de onderzoekers is er ook goed nieuws: het kan miljoenen jaren duren voor zo’n reservoir volgelopen is. Superuitbarstingen zijn daardoor uiterst zeldzaam. Een voorbeeld van een sluimerende supervulkaan vind je in het Amerikaanse Yellowstone: zo’n 640.000 jaar geleden heeft hij zich het laatst geroerd.

Een superuitbarsting kan grote gevolgen voor het leven op aarde hebben. Een recente studie in Nature Communications bevestigt dat de natuurlijke milieuramp waardoor 200 miljoen jaar ongeveer 60 procent van de toenmalige diersoorten uitstierf, grotendeels volgde uit extreem hoge magma-activiteit. Ze was gekoppeld aan enorme hoeveelheden CO2 die door de uitbarsting in de atmosfeer terechtkwamen en een grote klimaatverandering in de hand werkten. Daartegen was het toenmalige leven niet bestand.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content