Het dertiende “Grote vogelweekend” van Natuurpunt is een recordeditie geworden. Afgelopen weekend hebben meer dan 10.000 mensen het aantal en de soorten vogels in hun tuin geteld, in totaal meer dan 390.000 vogels. Vorig jaar klokte de actie af op 7.413 deelnemers en 288.000 vogels. Het gaat nog om voorlopige cijfers. Waarnemingen blijven welkom tot 10 februari 2013, zo deelt Natuurpunt mee.
Van de vink werd met 50.660 exemplaren het grootste aantal vogels waargenomen, gevolgd door de koolmees met 41.917 waarnemingen. Daarmee verdringt de koolmees de huismus naar de derde plaats (36.020). In 2010 was de huismus nog de meest getelde vogel. Ook heggenmussen doen het slecht. De rietgors is in toenemende mate een bezoeker van de voederplank, als broedvogel is er bij deze soort echter geen toename.
Merel is meest verspreide soort in Vlaanderen
Soorten die het beter doen dan de afgelopen jaren zijn de boomklever, grote bonte specht en gaai. Vorig najaar was behoorlijk notenloos, waardoor deze vogels massaal naar de tuinen trekken, op zoek naar voedsel. De vogel die in het grootst aantal tuinen werd gezien is de merel. Die kwam voor in 92% van de tuinen en is daarmee de meest verspreide soort in Vlaanderen en Brussel.
Gemiddeld werden er dit jaar 37 vogels per tuin geteld. Dat is minder dan de 43 per tuin tijdens de koude winters van 2006 en 2011. In vergelijking met de vriesperiode van de voorbije weken waren de omstandigheden om vogels waar te nemen in de tuin minder gunstig. Bij sneeuw en vorst trekken vogels massaal op zoek naar voedsel in tuinen. Dat was het voorbije weekend minder het geval. (Belga/KS)
