De Japanse jacht op walvissen is in strijd met het internationaal recht, stelt Australië. Daarom dient het land een klacht in bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag.
Australië vindt dat Japan moet ophouden met de jaarlijkse afslachting van honderden walvissen in de Zuidelijke Oceaan. Daarvoor trekken ze naar het Internationaal Gerechtshof in Den Haag. Op 26 juni gaat de mondelinge behandeling van de zaak van start.
Volgens Australië schendt Japan de Internationale Conventie voor de Regulering van de Walvisvangst uit 1946. Die beoogt de walvisstand van bedreigde soorten op peil te houden. In 1986 werd een ‘moratorium’ ingesteld: een tijdelijk verbod op de commerciële vangst.
Officieel vangt Japan de walvissen voor wetenschappelijk doel, maar milieuorganisaties beweren dat ze de dieren gewoon opeten. Volgens Australië is het aantal gevangen zeezoogdieren te groot om gerechtvaardigd te worden door de onderzoeksdoelstelling.
‘Wordt moeilijk voor Australië om zaak te winnen’
Volgens Don Rothwell, een expert in internationaal recht aan de Nationale universiteit van Australië, wordt het moeilijk voor Australië om de zaak te winnen. “Als het inderdaad zo eenvoudig zou zijn om de jacht aan banden te leggen, zouden vorige regeringen daar al jaren in geslaagd zijn”, zegt hij.
Mark Dreyfus, de Australische procureur, is optimistischer over de zaak. “Het ICJ zal de jacht verbieden nog voor de nieuwe expeditie op het einde van het jaar kan starten”, meldt hij aan de Britse krant The Guardian.
Populariteit walvisvlees daalt
In Japan zijn de meningen over de walvisjacht verdeeld. Veel Japanners vinden dat hun land het recht heeft om door te gaan met het jagen en eten van de dieren, terwijl een kleinere groep tegen de jacht is. Sommigen uit ecologische overwegingen, anderen omdat de jacht sterk gesubsidieerd wordt. “Weggegooid geld”, noemen ze het.
Een studie door Nippon Research Group, berekende dat de walvisconsumptie de laatste jaren is gedaald en nog maar 1 procent bedraagt van de piek in de jaren zestig. Overschotten (tot 5.000 ton) niet verkocht walvisvlees stapelen zich op, vier keer meer dan vijftien jaar geleden. Milieuactivisten gebruiken deze argumenten om aan te tonen dat walvisvlees niet meer populair is.
‘Geen diplomatieke rel’
De afgevaardigde van de Japanse minister van Buitenlandse Zaken Koji Tsuruoka, die de delegatie in Den Haag zal voorzitten, liet weten dat “dit meningsverschil”, niet zal uitmonden in een diplomatieke rel. Ook de Australische procureur Dreyfus benadrukt de belangrijke bilaterale banden tussen beide landen. “We waren het er allebei over eens dat het Internationaal Gerechtshof de beste plek was om dit dispuut uit te klaren.”
De mondelinge behandeling van de klacht duur drie weken. (AVE)
