De teloorgang van tonijn en makreel

De populaties van tonijn en makreel zijn de voorbije halve eeuw met liefst 60 procent afgenomen.

Het blijft hemeltergend dat de bevoegde autoriteiten overal in de wereld er maar niet in slagen efficiënte maatregelen te nemen om de desastreuze overbevissing die op steeds meer plaatsen in de oceaan vispopulaties in de vernieling jaagt, aan banden te leggen. Wetenschappers hebben een tijd geleden voorspeld dat er, als we blijven vissen zoals we nu bezig zijn, tegen 2050 geen enkele commercieel exploiteerbare vispopulatie in de oceaan meer overblijft. Dat inzicht noopt echter niet tot drastische maatregelen – voor veel politici is 2050 véél te ver weg.

Een internationaal team van visserijwetenschappers (inbegrepen experts van de Europese Commissie die er desondanks maar niet in slaagt om een efficiënt visquotasysteem te implementeren) rapporteert een stand van zaken in verband met populaties van tonijn en makreel in de Proceedings of the National Academy of Sciences. Het ziet er bar slecht uit. Vooral tonijnen uit koud water, zoals de Zuidelijke Oceaan en het noordelijke deel van de Atlantische Oceaan, zijn zwaar in de problemen gekomen, met een afname van de aantallen met liefst 80 procent. Het betreft dure soorten (zoals de blauwvin) met een lange levenscyclus, die dus kwetsbaar zijn.

Maar zelfs de kleinere makrelen krijgen het op steeds meer plaatsen moeilijk.

De strijd tegen overbevissing wordt extra bemoeilijkt door het feit dat controle zo moeilijk is. Er is veel illegale visserij in de wereld. Mee daarom is het zo cruciaal dat alvast de reguliere visserij goed georganiseerd wordt. (DD)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content